Hossende kroeggangers zingen straks „In de naam van Jezus”; wat vindt de nieuwe directeur van de Bond tegen vloeken daarvan?
Als nieuwe directeur van de Bond tegen vloeken wil Martijn Schot (46) in de samenleving opkomen voor Gods Naam. Is de missie van de bond nog relevant? „De boodschap is nooit achterhaald.”

In september hoopt Schot zijn voorganger Kees van Dijk op te volgen als directeur van de bond. De huidige manager bij NPV – Zorg voor het leven werkte eerder onder meer bij Stichting Ontmoeting.
Schot had een sollicitatie bij de bond in eerste instantie „niet zo op het vizier”, vertelt hij vanuit zijn woonplaats Houten. Tot hij zich wat meer verdiepte in de missie van de organisatie. „De naam zegt: tégen vloeken. Maar de bond is juist vóór respectvol omgaan met elkaar door middel van taal. Ik zie deze baan als een functie in de frontlinie: opkomen voor een missie die in de maatschappij niet zomaar meer gedeeld wordt.”

Vloeken wordt steeds normaler in onze seculiere maatschappij. Is het geen achterhaalde discussie?
„De discussie in de maatschappij is misschien wel achterhaald, maar de boodschap is dat nooit. Het derde gebod, al duizenden jaren oud, blijft staan: we mogen Gods Naam niet misbruiken.
Maar hóé je die boodschap brengt in onze samenleving verandert. Om mensen bewust te maken van hoe je over God spreekt, is het niet verstandig om als eerste een waarschuwend vingertje op te heffen. Beter is het om te beginnen met wat je wél moet doen: thuis, op straat en op je werk respectvol omgaan met elkaar in de taal die je gebruikt. Dat houdt in dat je niet vloekt, maar ook geen scheldwoorden of ziektetermen gebruikt.”
Verlegt de bond de focus meer naar verruwing van taalgebruik?
„Ik denk dat de bond meebeweegt met de maatschappij, maar tegelijkertijd vasthoudt aan de kernmissie. We willen mensen motiveren om goed te spreken over God en met elkaar. Ik weet niet of dat echt een verandering is; het is wel zoeken naar een vorm waarin die boodschap ook nu nog relevant is en overkomt.”
De donateursgroep van de bond vergrijst en verkleint. Hoe gaat u nieuwe donateurs bereiken?
„We moeten duidelijk maken wat de impact van ons werk is. Daarop zijn mensen van alle generaties aanspreekbaar. Tegelijk zie ik ook bij de NPV dat mensen zich tegenwoordig moeilijker voor lange tijd aan een organisatie verbinden. We zijn blij met iedere gift die binnenkomt.”
Een casus uit de praktijk. Volkszanger Mart Hoogkamer bracht donderdag het lied „In de naam van Jezus” uit (zie kader). Wat vindt u daarvan?
„Laat ik als eerste zeggen: ik zie bij de zanger een respectvolle intentie. Het lied is niet bedoeld om te spotten, maar als een waardevolle herinnering aan het met zijn oma naar de kerk gaan.
Tegelijkertijd: ook onbewust kun je op een verkeerde manier met de Naam van Jezus bezig zijn. „Het maakt niet uit wat je doet, het komt allemaal wel goed”, zingt de zanger. Ik ben ervan overtuigd dat dat niet zo is. Je kunt niet zomaar zeggen wat je wilt, en dan komt het allemaal wel goed. Als Jezus Zijn leven gaf voor zondige mensen die dat niet verdienen, vraagt dat geloof en respect in de omgang met Zijn Naam.”
Deze zomer wordt het lied misschien massaal meegezongen in kroegen.
„Weet wat je zingt als het gaat om de Naam van Jezus, zou ik willen zeggen. Bedenk dat Hij voor veel mensen Iemand is die ze diep liefhebben en heilig achten. Dat is niet zomaar een Naam die je scandeert of oppervlakkig meezingt. Je kunt er zeker van zijn dat je daar mensen mee kwetst.”
Sommige christenen zeggen: er kan een boodschap van uitgaan.
„God kan alles, ook met een kromme stok een rechte slag slaan. Hij kan mensen het besef geven: Over wie zing ik nu eigenlijk en wat betekent de overwinning in Jezus’ Naam?
Tegelijkertijd: het is geen automatisme dat we overwinnen in de Naam van Jezus. We moeten verantwoord omgaan met Zijn Naam. Vanuit de bond wil ik in de samenleving graag duidelijkheid geven over de lading die Jezus’ Naam heeft voor christenen.”