Direct naar artikelinhoud
Natascha van Weezel.
Natascha van Weezel

Elk weldenkend mens is moedeloos en wanhopig over de gruwelijke situatie in Gaza

Deze week stond in het teken van de bezetting van de Universiteit van Amsterdam. Duizenden studenten en docenten demonstreerden om aandacht te vragen voor de oorlog in Gaza, onder andere op Roeterseiland en in de Oudemanhuispoort. Hoewel de protesten aanvankelijk vreedzaam begonnen, liepen ze al snel uit de hand. Meermaals trad de ME hard op.

Ik ben er zeker van dat de meeste studenten en docenten niets anders willen dan hun stem laten horen, omdat elk weldenkend mens moedeloos en wanhopig is over de gruwelijke situatie in Gaza. Zeker nu een grondoffensief in Rafah ophanden is.

Wat me wel zorgen baart, is dat ze soms onbewust optrekken met organisaties die helemaal niet zo vredelievend zijn, zoals Samidoun. Er zitten professionele activisten tussen die het bloedbad van 7 oktober verheerlijken en willen dat Israël van de kaart geveegd wordt.

Bij Op1 vertelde minister Dijkgraaf van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over gesprekken die hij hierover voerde met Joodse studenten en docenten aan de UvA. Zij vertrouwden hem toe dat ze niet meer naar de universiteit durven.

Ook sprak hij met geschiedenisleraren op middelbare scholen die elke dag de hele school doorlopen om alle getekende hakenkruizen weg te halen. Zij proberen Holocaustlessen te geven, maar worden ontvangen met de Hitlergroet.

Schokkend, zou je zeggen. Toch vond ik de reacties op dit item nog veel schokkender.

Ik las er honderden, ook van mensen die ik zelf goed ken. Enkele voorbeelden: “Het antisemitismeframe wordt weer losgelaten door het establishment om vreedzame studenten in een kwaad daglicht te plaatsen.” “Kritiek op Israël is geen antisemitisme.”

En: “De Joden krijgen weer bescherming met hun gejank, maar tegelijkertijd staan ze aan de verkeerde kant van de geschiedenis.”

Meteen dacht ik terug aan vorig weekend. Op 4 mei mocht ik na de twee minuten stilte een krans leggen bij een herdenking in het Gooi. Terwijl ik dat deed werd ik geflankeerd door twee bodyguards. Een dag later sprak ik een vrijheidslezing uit. Na afloop wilde ik buiten naar een muziekoptreden kijken. Dat mocht niet van de beveiliging. Wat heeft dit nog te maken met kritiek op Israël?

Ik wil nogmaals benadrukken dat deze dreiging niet komt van het overgrote deel van de demonstrerende studenten. Je kunt hen niet zomaar wegzetten als een ‘stelletje antisemieten’. Wel wil ik wat tegen ze zeggen: kijk uit met wie je je inlaat. En wees je ervan bewust dat dit mogelijk gevolgen heeft voor anderen.

Het maakt me machteloos om te zien dat we steeds verder uit elkaar drijven. Dat alles wordt onderverdeeld in ‘goed’ en ‘fout’ en ‘links’ en ‘rechts’. We zouden als maatschappij juist een gezamenlijk punt moeten maken, vóór het redden van levens van burgers in Gaza. En vóór de veiligheid van alle Nederlanders, inclusief Joden.

Dat kan, nee, dat móét naast elkaar bestaan.

Natascha van Weezel (1986) is journalist. Elke maandag schrijft ze een column voor Het Parool.

Reageren? natascha@parool.nl