Direct naar artikelinhoud
Theodor Holman.
Theodor Holman

Beschaving en vrijheid leggen het altijd af tegen de willekeur van het kwaad

De veiligheid van Joodse studenten is zoek.

Struikelstenen worden uit de grond gehaald.

Er worden antisemitische leuzen verspreid. Er wordt gegooid met ammoniak.

Er werd kunst vernield. Docenten van de universiteit lopen mee met anti-Israëldemonstraties. Ook die hebben zich ‘stoer’ omwikkeld met Palestijnse sjaals en dragen mondkapjes.

Joodse studenten voelen zich constant bedreigd.

Demonstreren is een goed recht, maar is een vorm van geweld als je iemands persoonlijke bezittingen of staatseigendommen vernielt. Die discussie voerden we al in de jaren zeventig. Mag je een vlag met een hakenkruis vernietigen? Wij vonden van wel, want je vernielde op een geweldloze manier een opinie.

Maar wat moeten die Joodse studenten nu doen?

Ze overwegen naar Israël te vertrekken.

Ook dat herinnert mij aan die geliefde en verdomde jaren zeventig.

Vriendinnen en vrienden reisden af naar Israël.

Waren ze zionist?

Zij waren ‘socialistisch zionist.’

Ik kopieer even de definitie daarvan van Wikipedia: ‘Socialistisch zionisme stond aanvankelijk een socialistische maatschappij voor en benadrukte dat Joden zich de beroepen in landbouw en industrie (weer) eigen moesten maken om een volledige zelfvoorzienende natie te kunnen vormen.’

Ook destijds discussieerden we al over de vraag: is zionisme niet een vorm van fascisme?

Wijlen vriendin Mirjam fluisterde mij weleens toe: “Denk je echt dat ik in Nederland wil blijven, waar mijn familie en ik nog steeds worden gezien als rare Joden, waar men niets van ons verdriet wil weten, niets wil weten van de vernietigingskampen, terwijl er een land is waar ik wat kan opbouwen, waar we gelijkwaardig zijn, waar ik me onbedreigd kan voelen?”

You’re gonna lose that girl,” zong ik de Beatles na, en daarna (van dezelfde lp) Help!, want ik wist dat ik haar zou kwijtraken.

Ik was woedend toen ze vertrok en moest de wond die Cupido’s pijl in mijn hart had gemaakt geruime tijd schoonlikken.

“Ik zou gaan,” adviseer ik nu.

“Maar die verschrikkelijke Netanyahu?”

“Die vertrekt... Bouw iets op.” En ik spreek over het Israëlische leger en afschrikking.

“Israël is ook een eng land, Theodor. Je schrijft wel steeds dat wij het leven vieren, maar dat komt omdat de dood altijd bij ons logeert. Ook daar. We worden constant bedreigd.”

“Waar wil je dan heen? Beschaving en vrijheid eisen zelfbeheersing, die leggen het altijd af tegen de willekeur van het kwaad. Studeer, word wijs.”

“Mijn docenten zullen me niet beschermen.”

“Niemand beschermt je. Niemand is een geest die niemand beschermt.”

Theodor Holman (1953) is columnist, schrijver, televisie- en radiomaker. Elke dag, uitgezonderd zondag, lees je hier zijn column. Lees alle columns van Theodor Holman terug.

Reageren? t.holman@parool.nl