Direct naar artikelinhoud
De Russische schrijver Michael Sjisjkin die het boek ‘Mijn Rusland’ heeft geschreven.Beeld Jean-Pierre Jans
InterviewMichaïl Sjisjkin

In Rusland zelf woedt ook een oorlog, betoogt schrijver Michaïl Sjisjkin

Volgens schrijver Michaïl Sjisjkin bestaat Rusland uit twee naties, die op voet van oorlog verkeren. Europese Russen willen democratie, Russische Russen willen een tsaar. ‘Zij zien Rusland als omringd door vijanden.’

Liefst 75 maal laat Michaïl Sjisjkin het exotische begrip ‘oeloes’ vallen in zijn essaybundel Mijn Rusland. De oeloes was de staatsvorm die Rusland, of liever gezegd Moskovië, kende toen het een vazalstaat was binnen het Mongoolse Rijk.

Bij Sjisjkin is de oeloes een metafoor voor een constante in Ruslands tirannieke staatsmodel, vanaf de dertiende eeuw tot op de dag van vandaag. Revoluties lieten de machtspiramide onberoerd. Prachtige grondwetten werden geschreven, maar die hadden geen vat op de ongeschreven ijzeren wetten over de omgang van tsaren, Sovjetleiders en presidenten met hun ondergeschikten. Ook die ondergeschikten bleven hun leiders met dezelfde blik bezien.

Een kenmerk van de oeloes, schrijft Sjisjkin, is dat mensen part noch deel hebben aan wat die leiders beslissen. Dat verklaart waarom ze zich per definitie niet verantwoordelijk voelen voor de daden en beslissingen van hun leiders. Op zeldzame uitzonderingen na dan, zoals dissidenten die in 1968 protesteerden tegen de Sovjetinval in Tsjecho-Slowakije, schrijft Sjisjkin. Zij waren daaraan zelf niet schuldig, maar ze voelden zich wel verantwoordelijk. Net zoals een minderheid van de Russen zich nu wel verantwoordelijk voelt voor de oorlog in Oekraïne.

Twee soorten bewustzijn

“Geweldige, moedige mensen”, beaamt Sjisjkin, op bezoek in Nederland om zijn boek te presenteren. “Waar zijn ze nu? Ze zitten in de gevangenis, of ze moesten emigreren.”

Tegenover deze minderheid, zegt Sjisjkin, staat de meerderheid, aan de andere kant van de breuk in de samenleving. “Honderdduizenden Russen gingen de oorlog in om Oekraïners te doden en gedood te worden. Om dat te begrijpen moet je beseffen dat we in Rusland twee verschillende soorten van bewustzijn hebben.

“Het begon met Peter de Grote, die naar Nederland kwam en zag hoe mooi alles hier is, en zei: laten we Amsterdam in Rusland bouwen [Sint-Petersburg, red.]. Het is een misverstand dat hij ook de Europese cultuur en Europese ideeën wilde introduceren in Rusland. Dat wilde hij niet. Hij wilde westerse technologieën, om het Westen te bestrijden. Maar met de technologieën en de kanonnen kwamen ideeën mee over gelijkheid, vrijheid en broederschap.

Mijn Rusland of het Rusland van Poetin

“Zo kregen we twee verschillende naties, van – zeg maar – Russische Russen en Russische Europeanen. Voor de Russische Russen bleef Rusland een heilig eiland, omringd door een oceaan van vijanden die ons willen elimineren. Alleen de tsaar en onze generaals kunnen ons redden. Voor de Russische Europeanen is dat een doodlopende weg. Zij willen de vrijheid en de rechtsstaat.”

Deze twee Russische naties verkeren sinds mensenheugenis met elkaar op voet van oorlog, betoogt Sjisjkin. De ene kant, Sjisjkins Rusland – Mijn Rusland zoals de boektitel luidt – staat tegenover het andere, het Rusland van Poetin en de leiders die hem voorgingen en hun navolgers.

“Twee keer in onze geschiedenis zijn wij – míjn Rusland – de winnaar in deze oorlog geweest. We wonnen in februari 1917 [de democratische revolutie voordat de communistische bolsjewieken later dat jaar de macht grepen, red.]. Dat bracht democratie voor ons, de Europese Russen. Maar voor 150 miljoen Russische boeren betekende het anarchie. Het lukte de bolsjewieken om weer een dictatuur, weer een ‘oeloes’ te vestigen.

“In de jaren negentig beleefden we onze tweede overwinning. Maar die overwinning voor ons ging gepaard met enorme chaos voor de bevolking.”

Democratie als wetteloosheid

Het woord democratie raakte onder toenmalig president Boris Jeltsin besmet en werd synoniem voor bendegeweld, graaiende oligarchen, armoede en wetteloosheid. Rusland was weer rijp voor een tsaar, namelijk Poetin, die beloofde het tij te keren door een echte tsaar te zijn. Hij bracht de oeloes weer terug.

“Voor óns Rusland is het dictatuur, maar voor het andere Rusland is het orde. Voor hen geldt: als de tsaar nep is, krijgen we chaos en anarchie. Alleen de zegevierende tsaar is de echte. Stalin kon miljoenen en miljoenen mensen doden, maar zelfs nu houden mensen van hem omdat hij de zegevierende tsaar was. Sovjetleider Michail Gorbatsjov, zo geliefd hier in het Westen, verloor de oorlog in Afghanistan en verloor de Koude Oorlog. Hij wordt veracht, hij was een nep-tsaar.”

Ook Jeltsin begreep dat hij een zegevierende tsaar moest zijn om zichzelf legitimiteit te verschaffen, betoogt Sjisjkin. “Hij begon de eerste Tsjetsjeense oorlog. Zijn generaals hadden hem verteld: binnen drie uur nemen we de Tsjetsjeense hoofdstad Grozny in. Maar Jeltsin verloor de oorlog. En hij werd door iedereen in Rusland gehaat.”

Oorlogsmisdadiger tegen de eigen bevolking

Opvolger Poetin begon om dezelfde reden – de legitimiteit van de tsaar – de tweede Tsjetsjeense oorlog. Die oorlog werd ingeleid door een serie bomaanslagen op flatgebouwen, waarschijnlijk gepleegd door Poetins geheime dienst, en toegeschreven aan Tsjetsjeense terroristen.

“Poetin was vanaf het begin een oorlogsmisdadiger tegen zijn eigen bevolking. En in Tsjetsjenië pleegde hij regelrechte genocide. Maar de tsaar moet zichzelf nu eenmaal legitimiteit verschaffen, keer op keer. Dus annexeerde hij in 2014 de Krim. De meeste Russen waren zo gelukkig: ‘De Krim is van ons! De Krim is van ons! Nu hebben we een echte tsaar’.

“En zijn generaals vertelden hem: ‘We zullen Kyiv binnen drie dagen innemen’. Als Poetin had geweten wat we nu weten, was hij deze oorlog nooit begonnen. Voor veel Russen is hij geen echte tsaar meer. Want: waar blijft de overwinning?”

Wachten op de nieuwe tsaar

Veeg teken voor Poetin was de opstand van huurlingenbaas Jevgeny Prigozjin en zijn Wagnerleger van vorig jaar. “Zijn tanks rukten op, 400 kilometer van Moskou, 300 kilometer, 200 kilometer. In Rostov werden Prigozjins soldaten begroet met bloemen en ijsjes. Iedereen wachtte op de nieuwe tsaar. Niemand wilde vechten voor Poetin. Rusland is dus klaar voor een nieuwe tsaar. Een winnaar, een echte tsaar.”

De volgende tsaar zal in ieder geval geen Prigozjin heten. De man die duizenden nauwelijks getrainde ex-gedetineerden bij Bachmoet de dood in joeg, deserteurs liet ombrengen met een moker, en opriep tot algehele mobilisatie in de strijd tegen Oekraïne, stierf vorig jaar bij een ‘vliegtuigongeluk’, twee maanden na zijn opstand.

Sjisjkin maakt zich weinig illusies over de volgende tsaar en de mogelijkheid dat die een democratische keer teweeg kan brengen. “Om een ​​democratische samenleving op te bouwen, heb je de samenleving nodig, een maatschappelijk middenveld, mensen die begrijpen waar democratie over gaat, hoe het werkt. Wij hebben burgers nodig. Maar miljoenen en miljoenen van hen hebben Rusland de afgelopen dertig jaar verlaten. Op dit moment zie ik geen voorwaarden die nodig zijn voor een​​ democratische samenleving.”

Controle over kernwapens

Een omwenteling komt er zeker niet zolang de oorlog voortduurt. “In de eerste plaats is Ruslands nederlaag in deze oorlog nodig”, zegt Sjisjkin. Maar de steun aan Oekraïne is tanende, en het land krijgt te weinig wapensteun om de oorlog te kunnen winnen.

Ook het Westen wacht op een nieuwe tsaar, denkt Sjisjkin. “De leiders van democratische staten zijn bang voor de chaos die in Rusland kan ontstaan, en het verlies van controle over de Russische kernwapens. Ze zullen iedere volgende tsaar die controle over de kernwapens belooft de hand drukken.”

Ook een andere voorwaarde voor een vredelievender en democratischer Rusland ontbreekt, meent hij. “Russen moeten hun nationale schuld erkennen. De volgende Russische tsaar moet op zijn knieën, zoals de Duitse bondskanselier Willy Brandt dat deed in 1970 in Warschau. Hij moet knielen in Kyiv en overal waar Russische tanks waren: in Boedapest, in Praag, in Vilnius.”

Moordenaar of held?

Maar het benodigde schuldbesef ontbreekt. “In het Westen denken velen dat de Russen slachtoffer zijn van propaganda, dat ze de waarheid niet kennen door gebrek aan vrije media. Maar ze vergeten dat Rusland de afgelopen twintig jaar al onafhankelijke media had, voordat deze verboden werden.

“Stel: je bent de vader van een Russische soldaat die in de loopgraven in Oekraïne is gesneuveld. Dan kun je kiezen tussen twee waarheden. De eerste waarheid is dat de Oekraïners een democratische samenleving wilden opbouwen, zich naar Europa wilden wenden, zich wilden bevrijden van hun Sovjetverleden. Jij bent de vader van de fascist die kwam om Oekraïense kinderen te vermoorden. Schaam je.

“De tweede waarheid is: je zoon is een held. Oekraïense nazi’s hebben onze kinderen vermoord omdat we Russisch spraken. Hij verdedigde ons thuisland, onze Russische cultuur. Jij bent de vader van de held, wees hier trots op. Welke waarheid zou jij kiezen?”

Een brug over haat

De rol van schrijvers om het bewustzijn te bevorderen is beperkt, zegt Sjisjkin. “De grote literatuur kon Auschwitz niet tegenhouden. De Russische literatuur kon de Goelag niet tegenhouden. We moeten dus begrijpen wat literatuur kan en wat niet.”

Sjisjkins boeken worden niet meer in Rusland uitgegeven. “De mensen die denken zoals ik – Russische Europeanen, de mensen aan mijn kant van de frontlinie – die weten het allemaal wel. En mensen aan de andere kant zullen mijn boeken nooit lezen, omdat ik een verrader ben.

“Maar ik denk dat we de cultuur en de literatuur nodig hebben, want op een dag zal de oorlog voorbij zijn. Niet morgen, maar misschien over twee jaar, misschien over twaalf jaar. Maar als de oorlog voorbij is, zal er tussen Russen en Oekraïners een afgrond gapen, gevuld met dood, bloed en haat. En over dat ravijn zullen we een brug moeten slaan. Misschien niet onze generatie, misschien de tweede of de generatie daarna. Wie zal deze brug over de haat bouwen? Dat zullen mensen van cultuur zijn: schrijvers, muzikanten, kunstenaars.”

‘Word eerst maar eens president’

Op de vraag waarom het de Russische oppositie in ballingschap niet lukt om zich te verenigen, blijft Sjisjkin het antwoord schuldig. “Het doet pijn om te zien hoe mensen, geweldige mensen, niet willen samenkomen. Ze nodigen elkaar uit voor gemeenschappelijke congressen, maar altijd wil iemand niet komen, ook het team van Aleksej Navalny niet. Die ziekte van de Russische oppositie is geen nieuwe ziekte. Het was altijd hetzelfde.”

Sjisjkin memoreert in zijn boek een even treurige als veelzeggende anekdote over Navalny toen die zich in 2017 kandidaat had gesteld voor de presidentsverkiezingen. Na afloop van een verkiezingsbijeenkomst in een Russische provinciestad werd hij aangesproken door een man die zei: “Aleksej, ik hou van de manier waarop je spreekt en van wat je zegt. Ik mag je als persoon, maar word eerst maar eens president. Dan zal ik op je stemmen.”

“Zo werkt het in Rusland”, verzucht Sjisjkin. “Om democratie te introduceren moet je eerst tsaar worden. Maar nadat je tsaar bent geworden, speel je alleen maar de rol van tsaar. Je kunt die rol niet veranderen. De rol zal jou veranderen. Dat is het probleem.”

Michaïl Sjisjkin (1961) is een van de bekendste hedendaagse Russische schrijvers. Zijn werk is in dertig talen gepubliceerd. In 1995 emigreerde hij naar Zwitserland. ‘Poetin is een symptoom, niet de ziekte’, schrijft Sjisjkin in zijn net vertaalde essaybundel Mijn Rusland. Oorlog of vrede.

‘Word eerst maar eens president’

Michaïl Sjisjkin
Mijn Rusland. Oorlog of vrede
Querido; 240 blz. € 24,99

Lees ook:

Waarom vermomt Poetin zich als democraat?

Ruim vier miljard mensen mogen dit jaar naar de stembus, meer dan ooit tevoren. Dat klinkt als een feest voor de democratie, maar hang de vlag nog even niet uit. De wereld telt een groeiend aantal autocraten en ook die houden graag verkiezingen.

Russen in Nederland praten liever niet over de oorlog: ‘Zelfs als je niets hebt misdaan kan je in Rusland in de gevangenis belanden’

De Russische gemeenschap in Nederland is sinds de oorlog in Oekraïne diep verdeeld. Over de oorlog praten durft bijna niemand, maar stiekem heeft iedereen een mening.