TikTok en het Chinese moederbedrijf ByteDance slepen de Amerikaanse overheid voor de rechter. Ze willen een stokje steken voor gedwongen verkoop van de app aan een Amerikaanse eigenaar. Volgens een nieuwe wet heeft TikTok daar tot januari de tijd voor. Anders wordt de app verboden.
ByteDance: verkoop of verbod is geen keuze
De Amerikaanse president Biden zette twee weken geleden zijn handtekening onder de wet. Daardoor staan Bytedance en TikTok voor de keuze: verkopen aan een Amerikaanse eigenaar of een verbod riskeren. Maar dat is volgens hen geen échte keuze. Het bedrijf claimt dat het niet mogelijk om TikTok te verkopen.
Er zouden, zo zegt het bedrijf, allerlei hindernissen zijn. Commercieel, technisch, maar ook juridisch. Die zijn niet op te lossen. Zeker niet binnen de 270 dagen die het bedrijf ervoor heeft gekregen, aldus ByteDance.
Zorgen om Chinese spionage en beïnvloeding
Amerikaanse politici zien de app als risico voor de nationale veiligheid. Ze zijn bang dat China bij ByteDance kan aankloppen en data kan inzien. Daardoor zouden dan gegevens van Amerikaanse burgers in handen van China komen.
Maar nog veel belangrijk: China zou TikTok kunnen inzetten om de Amerikaanse verkiezingen te beïnvloeden.
Dat gevaar is niet meer aan de orde als de app Amerikaans eigendom is, zo is de veronderstelling. Dus schrijft de nieuwe wet voor dat app stores van Apple en Google de app niet meer mogen aanbieden, als het bedrijf niet in Amerikaanse handen is gekomen voor 19 januari 2025.
TikTok ontkent, wet gevaar voor vrijheid van meningsuiting
TikTok ontkent dat het gebruiksgegevens deelt en vindt dat er wordt gespeculeerd. Ze waarschuwen dat andere apps en ook uitgevers van nieuwsmedia nu ook risico lopen op een opgelegde verkoop of een verbod.
Amerikaanse politici zouden met de wet de bescherming van de vrijheid van meningsuiting kunnen omzeilen, door een platform aan te merken als risico voor de nationale veiligheid, aldus TikTok.
