Direct naar artikelinhoud
Reportage

Vegakroketten in de kantine en met de bus op teamuitje: werknemer moet grotere rol nemen in verduurzaming

Elleke Claessen (bril op) in de kantine van de VPRO met collega's bij de saladebar voor de lunch.Beeld Marcel van den Bergh / de Volkskrant

Werknemers moeten een grotere rol gaan spelen bij het verduurzamen van hun bedrijf. Dat stelt vakbond FNV in zijn nieuwe Klimaatvisie. Maar is dat wel hun verantwoordelijkheid en leidt activisme op de werkvloer niet tot polarisatie?

Jeanine Pothuizen was met haar elektrische leaseauto en vegetarisme al langer een curiositeit op haar werk. Maar toen ze haar collega’s van het adviesbureau meedeelde dat ze met de trein naar het bedrijfsuitje in Valencia zou reizen in plaats van met het vliegtuig, kwamen pas echt de vragen: ‘Is dat niet duur? Duurt dat niet lang?’ En: ‘Vind je dat zelf ook niet een beetje extreem?’

Pothuizen stond haar collega’s geduldig te woord. Legde omstandig uit dat de trein helemaal niet duur is, ‘maar vliegen juist veel te goedkoop’. Het eerstvolgende bedrijfsuitje ging naar Berlijn – met de trein.

Over de auteur
Marieke de Ruiter is economieredacteur voor de Volkskrant. Ze schrijft onder meer over de arbeidsmarkt en sociale zekerheid.

Pothuizen is voor het vakverbond FNV een schoolvoorbeeld van hoe werknemers een rol kunnen spelen in de verduurzaming van bedrijven. In een maandag gepubliceerde Klimaatvisie roept de vakbond werkenden op in actie te komen. ‘Want als het gaat over klimaat, gaat het steeds over wat je als consument kunt doen: korter douchen, de verwarming naar beneden’, zegt bestuurslid Bas van Weegberg. ‘Maar de werkvloer wordt buiten beschouwing gelaten, er wordt aangenomen dat de ceo het wel doet – of niet.’

Werkvloer ziet wat groener kan

Terwijl werkenden wél de negatieve consequenties ondervinden van klimaatverandering: zij voelen het als hun banen in vervuilende sectoren verdwijnen of als ze in de hitte moeten werken. ‘Bovendien hebben werknemers veel kennis van de processen binnen het bedrijf’, aldus Van Weegberg. ‘Zij zien wat er groener kan. Die kennis moeten we aanboren.’ Dat moet ertoe leiden dat er versnelling komt in de duurzame transitie van het bedrijfsleven.

En dat is hard nodig, want volgens recente onderzoeken van ING en de Rabobank stagneert die transitie. Het draagvlak voor verduurzaming neemt af. Vooral mkb-bedrijven, goed voor zo’n 60 procent van de banen, zeggen moeite te hebben om de investeringen op te brengen in schone machines, gebouwen en technologie. Grote bedrijven doen het, mede dankzij maatschappelijke druk en regelgeving, iets beter.

‘Heikel punt’

Senior producer Elleke Claessen van de VPRO trad vier jaar geleden toe tot het ‘groene team’ van haar omroep. ‘We zijn meteen begonnen met het laaghangende fruit’, vertelt ze. ‘Led-verlichting, zonnepanelen op het dak, afvalscheiding en een groen mobiliteitsplan.’

Maar al snel liep de duurzaamheidscoördinator aan tegen ‘een heikel punt’: de kantine. Daar wilde het groene team natuurlijk het liefst stante pede de vleeskroketten vervangen door kaassoufflés. ‘Maar het beperken van de keuzevrijheid bleek toch iets waar mensen moeite mee hebben’, merkte Claessen. ‘En je wilt ook geen cultuur creëren waarin collega’s die een keer de lift pakken of met de auto komen zich een paria voelen.’

Klimaatmaatregelen kunnen stuiten op weerstand, erkent hoofddocent sociale-omgevingspsychologie Lise Jans van de Rijksuniversiteit Groningen. Toch blijkt uit haar onderzoek naar duurzame transities dat de kans daarop juist kleiner is als die van onderop komen. ‘Het management staat verder af van de werkvloer, dus als die duurzaamheid afdwingt, kan dat leiden tot weerstand: wéér iets dat ‘ze van bovenaf’ willen. Collega’s komen uit de eigen ‘groep’, hun initiatieven kunnen juist leiden tot een gevoel van verbondenheid en zo de norm veranderen.’

Om polarisatie te voorkomen, helpt het soms om niet alle grote veranderingen in één keer door te voeren. ‘Je kan de norm geleidelijk veranderen, bijvoorbeeld door havermelk in de kantine de standaard te maken maar wel gewone melk achter de hand te houden.’ Nog een advies van de hoofddocent: mobiliseer een groep collega’s. ‘En dan niet alleen de jonge veganisten, maar ook oudere collega’s en mensen van andere afdelingen, zodat iedereen zich met de initiatiefnemers kan identificeren.’

Video voor het pensioenfonds

Collectieve actie was precies waar Claessen van de VPRO na verloop van tijd op zon. ‘Ik vond het lastig om dit probleem zo individualistisch te benaderen en vroeg me af of die Doppers op de set nou echt de stappen waren waarmee we het verschil maakten.’ De producer ging op zoek naar iets waarmee ze als collectief meer impact konden maken en kwam zo al snel uit bij het pensioenfonds, dat 230 miljoen euro van Claessen en haar collega’s bleek te investeren in de fossiele industrie.

De producer en haar groene medestrijders riepen alle collega’s met een petitie op zich hiertegen uit te spreken. Samen maakten ze een gelikte videoboodschap voor het pensioenfonds en wisten ze ook de directie achter het plan te krijgen. Met succes: inmiddels heeft het pensioenfonds de beleggingen in 160 olie- en gasbedrijven stopgezet.

Een stukje collectivisme waarbij vakbondsman Van Weegberg zijn vingers aflikt. ‘Want het gaat er heus niet om dat je als individuele werknemer verandering probeert af te dwingen, maar juist dat je met collega’s gebruikmaakt van je collectieve kracht – dat kan in een OR of met de vakbond. En dan vervolgens samen naar baas stappen om te kijken hoe het beter en groener kan.’

Voor treinreiziger Pothuizen ging de verandering bij het adviesbureau waar ze werkte niet snel genoeg. Ze besloot haar ambities voort te zetten bij de stichting KlimaatGesprekken, die duurzame keuzes thuis en op het werk vanzelfsprekend wil maken. Dat is haar bij haar oude werkgever in ieder geval gelukt: dit jaar gaat het adviesbureau naar de Ardennen, met de bus. ‘En ja, dat maakt me toch wel een beetje trots’, glimlacht ze.