Direct naar artikelinhoud
Opinie4 en 5 mei

Gedenk juist wel de mogelijke genocide in Gaza

Twee veteranenweduwen op de eerste herdenking van de Joodse slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog, in 1962.Beeld ANP / EPA

‘Nooit meer oorlog’, het is een illusie gebleken. Dat schrijft Tineke Bennema, historica en oud-correspondent in Palestina onder meer voor deze krant.

Het is nu niet meer voor te stellen, maar tot 1962 herdacht Nederland geen Joodse slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog. Oud-verzetsmensen organiseerden een jaarlijkse herdenking voor gevallen kameraden. Pas vanaf 1987 herdacht Nederland als natie onder leiding van het Comité 4 en 5 mei de grootste industriële genocide in de wereld.

De herdenking werd uitgebreid met andere slachtoffers van de nazi’s: Roma, Sinti, homoseksuelen. Later kwamen daar gevallenen van de oorlog in Korea en vredesmissies bij. En inmiddels hebben we ook ruimte voor slachtoffers van Nederlands kolonialisme in de Oost en de West. Het is duidelijk dat de Dodenherdenking zich ontwikkelde onder invloed van globalisering.

Het Comité heeft die evolutie nu een halt toegeroepen. Voor het eerst is een maximum aantal deelnemers vastgesteld bij de herdenking. Dat Israël verdacht wordt van genocide door het Internationaal Gerechtshof in Den Haag met westerse steun, beheerst de discussie zo kolossaal, dat burgemeester Halsema en het Comité liever kiezen voor repressie dan voor ruimte aan onwelgezinde sprekers over Gaza. Dit nooit meer, stelden we op 4 mei. Wat is daarvan de huidige betekenis?

Zeker is dat het zelfgenoegzame Westen zich jarenlang rijk rekende om eeuwig in vrede te leven en niet geloofde dat de verschrikkingen van de Tweede Wereldoorlog ons ooit weer zouden bereiken. We hebben ons vergist. Hedendaagse genocides vonden plaats in Cambodja, Rwanda, Darfur en Bosnië. De Russische inval in Oekraïne betekende oorlog op onze eigen stoep. En na de weerzinwekkende aanval van Hamas op 7 oktober en de zeer gewelddadige inval in Gaza door Israël, komt door de wapenleveranties weer de westerse medeplichtigheid aan mogelijke genocide ter tafel.

Moedige tante

Toen ik twee jaar geleden onderzoek had gedaan naar mijn oudtante in het verzet, kon ik niet bevroeden haar stem nog een keer te horen. Onlangs vonden we een brief van Hendrika Stoffels uit het Oranjehotel, de nazigevangenis in Scheveningen. Ze schreef hem in november 1941 aan haar familie. De nazi’s hadden haar gearresteerd op 11 september na verraad van een collega die wist dat ze ‘deutschfeindliche’ pamfletten verspreidde, waarvan ze een deel zelf had geschreven.

Mijn sterke, gezellige tante, wier bijnaam Puck was ook omdat ze niet langer mat dan 1,55 meter, met een litteken van een gespleten gehemelte dat haar gezicht ontsierde, stond altijd op tegen onrecht. Ze schrijft over haar overplaatsing van het Huis van Bewaring in Groningen naar Scheveningen, ‘geflankeerd door 2 brave jongens vd marechaussees’. Ze moet eenzaam zijn geweest tijdens haar voorarrest. “Vreemd is het ineens weer even te verkeren tusschen menschen, het dag te zien worden en bos en huizen en graslanden te zien.”

Met galgenhumor schrijft ze te hopen dat de openbare rechtszitting op 5 december ‘een surprise’ zou opleveren. En ze zegt vol ‘goede moed’ te zijn. Ze kwam er genadig vanaf met drie maanden cel. Na vrijlating sloot ze zich meteen aan bij het verzet en begeleidde joodse kinderen naar onderduikadressen.

Nooit meer zette ze een stap in Duitsland. Maar toen ik trouwde met een Palestijn was ze glunderend van de partij. Hoewel ze pal achter Israël stond als veilige haven voor joden waar Europa een moordmachine was gebleken, liet ze zeer kritisch uit over de Israëlische bezetting van Palestina.

‘Nooit meer’ is een handeling

Naast alle slachtoffers van de nazi’s, de verzetsmensen zoals mijn tante, herdenk ik op 4 mei ook de vele onschuldige slachtoffers wereldwijd van genocide. Ik beschouw als voorbeeld de leeuwinnenmoed van dat kleine onooglijke vrouwtje met het grote hart, dat altijd empathie had, dat altijd plek bood aan alle mensen die bedreigd zijn en beschermd moeten worden.

‘Nooit meer’ als bede, als constatering is een misvatting geweest. ‘Nooit meer’ moet een handeling zijn. Een bewustwording dat genocide uit het verleden weer kan gebeuren. Moed om een einde te maken aan het bloedvergieten in de wereld, zeker daar waar wij er zelf de hand in hebben. Daarom moet er naast minuten stilte van eerbetoon aan slachtoffers van de Holocaust ook jaarlijks ruimte zijn voor een spreker die ons vertelt van hedendaags genocide en noodzakelijk verzet.

De organisatoren van de herdenking doen het voorkomen alsof er neutraal herdenken bestaat. Herdenken is niet neutraal, het is kiezen. Nederland steunt op dit moment Israël met wapens in een mogelijk genocidale oorlog. Daartegen ingaan vergt moed. Moed die boven eigen belang uitgaat, gebaseerd op moraal. Moed zoals mijn tante liet zien.

Lees ook:

Herdenk op 4 mei alleen de Tweede Wereldoorlog

Ga op 4 mei weer terug naar de basis en spreek alleen over de Tweede Wereldoorlog. Zodat iedereen zelf er zijn eigen gedachten bij kan hebben, schrijft Bas Kromhout, hoofdredacteur van het Historisch Nieuwsblad.

Nabestaanden van ‘foute’ Nederlanders: Zet dossiers collaborateurs niet direct online

Het archief met dossiers van ‘foute’ Nederlanders, dat in 2025 openbaar wordt, mag niet direct online komen, vinden nabestaanden van collaborateurs. Doe eerst een gecontroleerde proef, stellen zij voor.