Kernvraag is nog steeds: is de gewetensnood van homo’s terecht of hebben we die opgedrongen?
Opinie
Dominee Henk Folkers herinnert zich de woorden van de homoseksuele Max nog goed. Max zei niet in opstand tegen God te willen leven. Maar dat liep niet goed af.
Max (niet zijn echte naam) stond wel in de lijst van gemeenteleden, maar zonder adres. Oudere broeders wisten wel wie hij was, maar het contact was opgedroogd. Een verwant gezin wilde niets zeggen, waarschijnlijk uit schaamte voor wat ik zou aantreffen.
Ik ben naar de gemeente gegaan waarvan ik vermoedde dat hij daar woonde.
De medewerking op het gemeentehuis was niet van harte, maar als je als dominee duidelijk maakt dat er reden is voor bezorgdheid, gaat er toch een deurtje open. En zo ging ik op weg.
Max zat in kleurrijke outfit op de bank. Zijn appartement was smaakvol ingericht. Hij was niet alleen. Er waren ook twee toyboys - jonge mannen die betaalde seks aanbieden. Zij bedienden Max op zijn wensen, vooral door hem in een c..
