De totale schuld van de noodlijdende voetbalclub Vitesse bedraagt 18,9 miljoen euro. Dat staat in de stukken die de club heeft overlegd aan de rechtbank Gelderland in het zogeheten WHOA-verzoek.
Deze schuldenlast bestaat onder meer uit ongeveer 150 handelscrediteuren met vorderingen van ongeveer 3,1 miljoen euro en een schuld aan de Belastingdienst van circa ongeveer 1,45 miljoen euro. De schuld aan de Amerikaanse investeerder Coley Parry is opgelopen tot een totaalbedrag van 14,3 miljoen euro.
Vitesse mag op grond van de wettelijke regeling een betalingsregeling treffen met zijn schuldeisers en zo kwijtschelding van een deel van schulden afdwingen. De rechtbank ging donderdag met de nodige aarzeling akkoord met de procedure die de club nodig heeft om financieel weer wat gezonder te worden en het voortbestaan te garanderen.
Overtredingen
Uit de beoordeling van de rechtbank valt op te maken dat het allerminst zeker is dat Vitesse zal slagen in zijn opzet, maar dat het op dit moment "het voordeel van de twijfel geniet". Daarbij speelt mee dat er geen schuldeisers zijn die het faillissement van de club hebben aangevraagd.
De rechtbank Gelderland heeft een Amsterdamse advocaat aangesteld als zogeheten 'herstructureringsdeskundige'. Hij moet snel inventariseren of en hoe er incidentele inkomsten en giften op korte termijn te realiseren zijn. Daarnaast moet hij "de haalbaarheid van een akkoord in het belang van de gezamenlijke schuldeisers onderzoeken."
De advocaat is een andere dan die Vitesse aandroeg. De rechtbank wees deze advocaat af, omdat hij niet onafhankelijk genoeg werd geacht. Hij is de vader van een keeper die tot 1 september 2023 nog in dienst was van Vitesse. "Het behoeft geen verdere toelichting dat iemand wiens zoon recent in dienst was bij Vitesse niet voldoende op afstand staat om de rol van onafhankelijke herstructureringsdeskundige te vervullen."
