Direct naar artikelinhoud
Oosting naar de Kuip? Niet doen, Joseph!
Column

Oosting naar de Kuip? Niet doen, Joseph!

De rode appelwangen van Joseph Oosting glommen van trots. Logisch. De trainer van FC Twente werd er woensdagavond bij de NOS mee geconfronteerd dat zijn naam rondzingt als opvolger van de wellicht vertrekkende Arne Slot bij Feyenoord. Zo gaat dat in de mallemolen van het voetbal. Oosting was vereerd dat hij wordt genoemd, en zei dat Feyenoord ‘een grote club’ is. “Maar ik zit nu ook bij een mooie, grote club.”

Aan de ene kant zou het prachtig zijn: Joseph Oosting trainer bij de grootste volksclub van het land. Je kunt er een mooie bespiegeling over emancipatie op loslaten. Oosting groeide op in een ‘pipowagen’ zonder wc, zoals hij in 2022 vertelde aan mijn collega Jan-Cees Butter. Die wandelde met Oosting over zijn woonwagenkamp, De Ark in Emmen. Hij woont daar nu nog om de hoek. Zijn ouders Jan en Grietje en andere familie wonen nog altijd op het kamp. Oosting vertelde dat ze hem er vroeger bij een snoepwinkel altijd uitpikten om te fouilleren. Hij stond lang in zijn leven ‘met 1-0 achter’.

Het maakte een diepe bewijsdrang in hem wakker, als voetballer en nu als trainer. Hij snapt dat dit vak in essentie niet draait om theorie en tactiek maar om mensen. Bij zijn vorige club RKC legde de lange Michiel Kramer na een overwinning voor de camera eens zijn arm om de schouder van Oosting. Een teder tafereel. Woensdagavond zag ik ook zo’n liefdebetoon. Bedremmeld, wat verlegen liep Oosting naar de Twentefans die zijn naam scandeerden. Ricky van Wolfswinkel (35) sprong van vreugde op de rug van zijn geliefde baas.

De wijzen in ons voetbal komen tegenwoordig niet uit de Randstad

Doen dus, Feyenoord? Oosting laat Twente immers fris en leuk voetballen én constant presteren. Hij overtreft zelfs Ron Jans en koerst met Twente af op de voorronden Champions League. Oosting heeft daar met Robin Pröpper een perfect verlengstuk in het veld. Pröpper veroverde onlangs mijn hart: hij trok ploeggenoot Sadilek ruw overeind toen die zich tegen PSV lag aan te stellen na een duwtje. Doelman Unnerstall is de allergewoonste profvoetballer van zijn tijd, een man zonder kapsones die al tien jaar dezelfde auto rijdt.

Geen woorden maar daden dus straks, Joseph? De wijzen in ons voetbal komen tegenwoordig sowieso niet uit de Randstad. Kijk maar naar Ajax. Daar maken Amsterdammers er onderling alleen maar een puinhoop van sinds ‘de provincie’ (Overmars, Ten Hag, Huntelaar, Hamstra en Veldmate) is vertrokken. In Eindhoven vormt Veluwenaar Peter Bosz een perfecte match met zijn oude ploegmaten die nu PSV runnen, de Brabanders Brands en Stewart. Oer-Drent René Hake verrichtte een mirakeltje bij Go Ahead Eagles. Feyenoord kwam weer op de rails dankzij Slot, uit Bergentheim, in het verre oosten.

En toch Joseph, dóe het niet, als Feyenoord komt. Er komt een beter instapmoment. Slot begon ook in de Kuip toen Feyenoord op een dood spoor leek te zitten. Wees jij nou de uitzondering, Joseph, en dien gewoon eerst eens je contract tot 2025 uit. Dit seizoen werden er in de eredivisie maar liefst zes trainers ontslagen en bij nog eens drie clubs gaat de trainer vertrekken. Dat totale gebrek aan continuïteit komt het Nederlandse voetbal niet ten goede. Ik snap heus de verleiding van de Kuip, meer geld, je ambities en eergevoel, beste Joseph, maar Emmen ligt veel verder van Rotterdam af dan Enschede. Koester wat je hebt en doe eerst met Twente een échte gooi naar de landstitel.

John Graat is chef sport bij Trouw en schrijft wekelijks een column. Lees ze hier terug.