Direct naar artikelinhoud
Laten we op 4 mei treuren omdat ménsen stierven en sterven, niet bepaalde mensen
Column

Laten we op 4 mei treuren omdat ménsen stierven en sterven, niet bepaalde mensen

Als we op 4 mei de Nederlandse doden herdenken die vielen tijdens de Tweede Wereldoorlog en in oorlogssituaties daarna, zoals het officiële memorandum van het Nationaal Comité 4 en 5 mei zegt, zullen de gedachten van elk van ons hun eigen vlucht nemen. De jaren 40-45 en de Shoah zullen bij velen op de voorgrond staan, neem ik aan. Maar vervolgens – zo vergaat het mij tenminste altijd – komen andere oorlogen naar boven, niet chronologisch, en ook niet per se met Nederlandse doden. Ik denk aan de paar oorlogsgebieden waar ik ooit was, ik denk aan de gebieden waar het nog steeds oorlog is.

Bij degenen die het woord voeren bij alle herdenkingen in het land gebeurt vast iets soortgelijks, en het zou vreemd zijn als zij daar over zwegen. In mijn woonplaats werd de afgelopen twee jaar uitgebreid stilgestaan bij Oekraïne, en de Oekraïense vluchtelingen die aanwezig waren, kregen een speciaal welkom. Vorig jaar was dat al helemaal passend, omdat president Zelensky die dag de Eerste en Tweede Kamer bezocht, een bijeenkomst die werd geboycot door Caroline van der Plas; zij vond dat het op 4 mei uitsluitend om ‘onze’ (met hoofdletters) doden moest gaan.

Je zou ook kunnen zeggen dat 4 mei juist een datum is om de waarde van ieder leven te benadrukken, ongeacht nationaliteit, etniciteit of wat dan ook, maar het idee dat we een hoog hek moeten zetten om wie we herdenken, komt elk jaar weer terug. En dit jaar des te meer vanwege Gaza. Ik geef toe: het gevaar bestaat dat het uiten van verdriet en woede om de vele onschuldige Palestijnse doden ten koste gaat van het verdriet en de woede om de massamoord op de Joden in WO II. Maar zo zou het niet moeten zijn, en zo hoeft het ook niet te zijn. Het heeft geen zin elke referentie aan Israël en Gaza te smoren, als je weet dat de gedachte daaraan bij iedereen leeft, zij het op zeer verschillende wijze.

“Laten we op deze manier maar ophouden met 4 mei”, reageerde de hoofdredacteur van het Nieuw Israëlietisch Weekblad, toen het Amsterdamse stadsdeel Nieuw-West meldde ‘alle slachtoffers wereldwijd in heden en verleden’ te herdenken. Ik weet niet wat men in Nieuw-West van plan is, maar als je de doden uit WO II noemt, en met name stilstaat bij de Holocaust, om vervolgens te memoreren dat de dood nog steeds toeslaat op plekken als Oekraïne, Soedan, Israël, Gaza en Myanmar, dan lijkt mij dat niet onjuist. Laten we treuren omdat ménsen stierven en sterven, niet bepaalde mensen.

Daarna – vanaf de 5de mei – kunnen we weer twisten over de oorzaken van oorlog en de wegen naar vrede, want dat moet. In 1993 had ik een interview, of een poging daartoe, met Marek Edelman, de laatste overlevende leider van de opstand van het getto van Warschau. Ik wilde hem laten vertellen over de details van die opstand, maar hij stuurde me de deur uit met slechts één mededeling: ‘Het heeft geen zin om over 1943 te praten, terwijl er oorlog woedt in Joegoslavië en jullie dat laten gebeuren’.

Ik dacht dat het interview mislukt was, maar later ging ik daaraan twijfelen.

Twee keer per week schrijft Stevo Akkerman een column waarin hij de ‘keiharde nuance’ en het ‘onverbiddelijke enerzijds-anderzijds’ preekt. Lees ze hier terug.