Direct naar artikelinhoud
Analyse

Extra Patriots naar Oekraïne? Na het groene licht van de Navo bekijkt het kabinet de opties

President Zelensky (l.) op bezoek in Nederland, mei 2023.Beeld David van Dam/VK

De dodelijke Russische luchtaanval op civiele doelen in Tsjernihiv woensdag viel samen met een duidelijke oproep van Navo-chef Stoltenberg: stuur nu luchtafweersystemen zoals de Patriots, ook als je daarmee tijdelijk niet voldoet aan Navo-verplichtingen. Nederland onderzoekt opnieuw de mogelijkheden.

Oekraïne vraagt urgent om zeven Patriot-luchtafweersystemen, maar zal ook blij zijn met de vergelijkbare Franse Samp-T-luchtafweer. Van die twee systemen hebben Europese bondgenoten er een vijftigtal. Nederland heeft drie Patriot-systemen plus één in reserve. Tot nu toe zegde alleen Duitsland één Patriot-systeem toe, en donderdag nog een Iris-T luchtafweersysteem.

Een schamele oogst voor wie bedenkt dat Oekraïne aan de vooravond staat van een bloedige zomer waarin Rusland maximaal wil profiteren van de militaire kansen die het nu heeft, als gevolg van de haperende Amerikaanse steun en de laat op stoom gekomen Europese productie.

Over de auteur
Arnout Brouwers schrijft voor de Volkskrant over veiligheid, diplomatie en buitenlands beleid. 

Volg alles over de kabinetsformatie hier. 

Dus waarom kan Nederland niet een systeem afstaan? Demissionnair premier Rutte beriep zich dinsdag op militair-operationele overwegingen van Defensie en op Navo-taken. Na de oproep van Navo-chef Jens Stoltenbergs, die Rutte samen met Tsjechië en Denemarken zelf had georkestreerd, zegde hij toe dat Nederland nogmaals gaat kijken of ‘de pijngrens wel maximaal is opgezocht’.

Die pijngrens heeft te maken met het feit dat Nederland niet veel Patriot-systemen heeft, dat bemanningen getraind moeten blijven, en dat Nederland Navo- en nationale taken (de bewaking van kritieke infrastructuur) heeft voor zijn luchtafweer.

Urgentie wordt gevoeld

Bij Defensie is het gevoel van urgentie voor Oekraïne permanent aanwezig, zegt men daar, ook door de zeer frequente contacten van demissionair minister van Defensie Kajsa Ollongren en commandant der strijdkrachten Onno Eichelsheim met hun Oekraïense collega’s. Stoltenbergs aansporing is meer gericht aan landen die altijd nieuwe excuses vinden om weinig bij te dragen. Een woordvoerder beaamt dat ‘alle manieren’ (ook kopen van materieel van landen die niet rechtstreeks aan Kyiv willen leveren) permanent worden onderzocht.

Hoogleraar oorlogsstudies Frans Osinga denkt dat er een Patriot-systeem voor Oekraïne kan worden vrijgespeeld, maar begrijpt de aarzelingen die voortkomen uit ‘militair professionalisme’. ‘Een systeem kan voor training nodig zijn, of in langdurige revisie zijn, waardoor het überhaupt niet operationeel is. De afdeling operatiën kijkt naar wat de normen zijn, en daar houdt Eichelsheim zich aan, totdat de politiek zegt: we vinden andere dingen belangrijker.’ En dat is nu aan het gebeuren. Volgens Osinga heeft bovendien Stoltenberg hem ruimte geboden een andere afweging te maken. Overigens zitten niet alle generaals bij Defensie op dezelfde lijn, zeggen insiders.

Osinga krijgt bijval van een andere voormalige F-16-piloot, oud-commandant der strijdkrachten Dick Berlijn. ‘Of je kunt spreken van ‘afstand doen’ van Patriot-systemen hangt af van hoe je naar de oorlog kijkt’, zegt hij. ‘Misschien als je denkt dat het jouw oorlog niet is. Maar anders is het volstrekt logisch om direct Patriots te sturen.’

De gedachte dat Patriots nu onze havens moeten beschermen, wuift hij weg. ‘Nou, als onze havens al bedreigd worden, dan zitten we echt in een heel andere situatie die collectieve actie van de Navo zou vragen. Ik ben bang dat we heel belangrijke tijd verspillen. Stel dat Charkiv straks wordt ingenomen, dan moeten we alsnog dingen doen waar we nu voor terugdeinzen.’

Te hoge verwachtingen

Berlijn waarschuwt trouwens voor te hoge verwachtingen van alleen de Patriots, die maar ‘een zeer beperkt gebied’ beschermen en heel dure raketten gebruiken. ‘Uiteindelijk moet je met langeafstandswapens de Russische bronnen van die luchtaanvallen neutraliseren, zeker als die zich in bezet Oekraïens gebied bevinden.’

Gezien de brede steun in de Kamer voor Oekraïne zal het sturen van Patriots daar niet slecht vallen, denkt Derk Boswijk (CDA). Internationale samenwerking kan ervoor zorgen dat de Nederlandse Patriot-eenheden getraind blijven. ‘Onze tankbemaningen houden we ook getraind terwijl we geen tanks hebben.’ En het risico van een Russische aanval op Rotterdam is de komende paar jaar klein. ‘Geef Oekraïne dus nu die systemen en bestel meteen nieuwe.’

Boswijk heeft moeite met de trage en weifelende besluitvorming. ‘Mij bekruipt een déjà vu-gevoel na de discussie over F-16’s. Daar begonnen D66 en wij over in januari vorig jaar, maar het besluit werd pas diep in de zomer genomen. Dat frustreert. Ik snap de angst voor escalatie, maar dat moet je ook spiegelen: wat is het risico als we niet leveren? Dat doen we onvoldoende.’

Ook Kamerlid Ruben Brekelmans (VVD) zegt oog te hebben voor de militair-operationele overwegingen, maar hij vindt het goed dat gezocht wordt naar oplossingen. ‘Ik kan me voorstellen dat Nederland uiteindelijk bereid is een stap te zetten, maar dat moet dan wel in coördinatie met andere landen.’