Direct naar artikelinhoud
Drie vragen

Kan de Revolutionaire Garde na de aanval op Israël als terroristisch worden bestempeld?

Na de Iraanse aanval op Israël pleiten Europese landen voor nieuwe sancties tegen Iran. Een heikel punt is het aanmerken van de Iraanse Revolutionaire Garde als een terroristische organisatie. Hoe werkt dat precies en wat zouden de consequenties zijn?

Een lid van de Revolutionaire Garde richt zijn pistool op een pop die de Israëlische premier Benjamin Netanyahu voorstelt.Beeld Morteza Nikoubazl / Getty

Waarom willen landen de Revolutionaire Garde aanmerken als terroristische organisatie?

Toen de Verenigde Staten in 2019 onder president Trump de Iraanse Revolutionaire Garde aanmerkte als terroristische organisatie, stelde zijn regering dat die ‘het belangrijkste vehikel’ van het Iraanse regime zou zijn voor zijn ‘wereldwijde terroristische campagne’. Nederland maakt zich binnen de Europese Unie al geruime tijd hard voor eenzelfde actie. De Iraanse aanval op Israël heeft voor de regering de noodzaak daarvan extra onderstreept, zei buitenlandminister Hanke Bruins Slot gisteren na een bijeenkomst met haar Europese collega’s, waarbij ze spraken over nieuwe sancties tegen Iran.

De Iraanse Revolutionaire Garde staat al decennialang te boek als de machtigste militaire organisatie van het land. Waar het reguliere leger de landsgrenzen verdedigt, geldt de Revolutionaire Garde als de hoeder van het conservatieve regime zelf. De ongeveer 125 duizend gardisten vallen onder directe verantwoordelijkheid van Irans hoogste geestelijke leider, Ali Khamenei, en treden op tegen iedere bedreiging van zijn macht.

Over de auteur
Thom Canters is algemeen verslaggever van de Volkskrant.

Daarbij laat de Revolutionaire Garde zich zowel binnen Iran, zoals bij de grootschalige burgerprotesten van 2022, als in het buitenland op een gewelddadige manier gelden. De organisatie onderhoudt nauwe banden met pro-Iraanse groeperingen in het Midden-Oosten, zoals Hezbollah, Hamas en de Houhthi’s, die aanvallen uitvoeren op Israël. Het Israëlische bombardement op het Iraanse consulaat in Syrië, dat directe aanleiding vormde voor de Iraanse aanval van afgelopen weekend, had een hoge commandant van de Revolutionaire Garde als doelwit. Mohammad Reza Zahedi onderhield onder meer het contact met de Libanese Hezbollah.

Hoe komt een organisatie op de Europese terrorismelijst terecht?

Het Amerikaanse voorbeeld laat zich binnen de Europese Unie niet snel volgen, temperde EU-buitenlandchef Josep Borrell gisteren de verwachtingen. Alhoewel hij aankondigde dat de EU zich opmaakt voor nieuwe sancties tegen Iran, verwees hij voorstellen voor het plaatsen van de Revolutionaire Garde op de terrorismelijst terug naar de lidstaten.

‘Om op de lijst terecht te kunnen komen moet er in een individuele lidstaat een besluit liggen van een bevoegde instantie dat de Revolutionaire Garde een terroristische organisatie betreft’, zegt terrorismeonderzoeker Jelle van Buuren (Universiteit Leiden). ‘Als Nederland dat zou willen, dan zou het moeten aantonen dat de Revolutionaire Garde in of vanuit Nederland betrokken is bij het uitvoeren of faciliteren van terroristische activiteiten’. De lidstaten kunnen dat besluit dan overnemen.

Maar zoals Bruins Slot in een Kamerbrief van afgelopen oktober al moest concluderen: dat bewijs bestaat (nog) niet, noch is er in andere EU-landen voldoende juridische basis voor. Van Buuren: ‘Het verzoek van Nederland leest dan ook als een oproep aan de andere lidstaten om toch te kijken wat er mogelijk is. Het is nooit bij voorbaat uitgesloten dat onder druk van de actualiteit juridische interpretaties verschuiven.’

Wat zijn de gevolgen van een plaatsing op de terrorismelijst?

De tegoeden van de Revolutionaire Garde in de Europese Unie zouden worden bevroren. Bovendien is het Europese burgers en organisaties verboden om op welke manier dan ook zaken te doen met de organisatie. Dergelijke maatregelen gelden al tegen organisaties als Hamas en de Koerdische PKK-beweging. Individuele leden van de Revolutionaire Garde staan overigens al wel op de lijst.

Binnen de Europese Unie bestaan er echter zorgen over wat voor gevolgen zo’n besluit kan hebben. Het is hoogst ongebruikelijk om (delen van) het leger van een soeverein land als terroristische organisatie aan te merken. Tegenover The Financial Times noemt een anonieme EU-diplomaat zo’n stap ‘een oorlogsverklaring’.

Volgens Van Buuren spelen bij zulke beslissingen altijd politieke en economische overwegingen. ‘Als landen om die reden eigenlijk de stap niet willen zetten, is het fijn als ze zich kunnen beroepen op juridische argumenten.’ Nu het Midden-Oosten, in de woorden van Borrell, ‘aan de rand van de afgrond’ staat, zal hij niet meer olie op het vuur willen gooien dan nodig is.