Direct naar artikelinhoud
Analyse

Met zijn nieuwe transgenderwet is Zweden geen progressieve voorloper meer

Een lhbti-demonstratie in Gothenburg.Beeld SOPA Images/LightRocket via Gett

De Europese landen lopen niet in de pas met hun nationale transgenderwetten. Zweden was in 1971 het eerste land met zo’n wet, maar is inmiddels niet meer de progressiefste van Europa.

Huilen en tandenknarsen, zo omschreef een lid van de Zweedse regeringspartij De Gematigden de partijdiscussies van de afgelopen weken over de nieuwe transgenderwet. In de wet, waarover het parlement vandaag stemt, wordt geregeld dat het voor transgenders makkelijker wordt hun geslacht in de basisadministratie aan te passen. Een meerderheid van de Zweedse Rijksdag lijkt voor, al is er ook veel tegenstand, onder meer in de liberaal-conservatieve partij van premier Ulf Kristersson. ‘Het wordt er min of meer doorheen gedrukt’, klaagde iemand tegenover de krant Dagens Nyheter.

Onder de oude wet moesten Zweden die hun geslacht wilden aanpassen door een ingewikkelde procedure. Een van de voorwaarden was dat een arts of psycholoog genderdysforie moest diagnosticeren, het gevoel van onvrede met het geboortegeslacht. Onder de nieuwe wet is het voldoende als een arts of psycholoog vaststelt dat sprake is van een duurzame overtuiging om tot het andere geslacht te behoren. Daarnaast wordt de leeftijdsgrens voor de juridische geslachtsverandering verlaagd van 18 naar 16 jaar –16- en 17-jarigen hebben nog wel toestemming nodig van hun ouders of voogd.

Over de auteur
Jeroen Visser is correspondent Scandinavië en Finland voor de Volkskrant. Hij woont in Stockholm. Hiervoor was hij correspondent Zuidoost-Azië. 

Farce van a tot z

Het voorstel komt opmerkelijk genoeg niet uit de koker van de Zweedse regering. Daarvoor was de centrum-rechtse coalitie, die gedoogsteun krijgt van de radicaal-rechtse Zweden Democraten, te verdeeld. Jimmie Åkesson, leider van de Zweden Democraten, noemde de wet een ‘farce van a tot z’. ‘Om een biologische man als vrouw te laten registreren uitsluitend op grond van hoe hij zich voelt, is in mijn wereld ronduit postmodern en iets waar rechts zich tegen zou moeten verzetten’, schreef hij in een opiniestuk.

Zijn regeringspartner, premier Kristersson, is juist voorstander, al had hij liever gezien dat de wet alleen voor meerderjarigen was gaan gelden. In een eigen opiniestuk schreef hij dat de wet is gemaakt voor ‘een relatief kleine maar kwetsbare groep, die lijdt onder de krachtige ervaring dat hun genderidentiteit niet overeenkomt met hun geregistreerde geslacht. Het gaat over een complexe kwestie, iets dat gemakkelijk ondersneeuwt in een gepolariseerd en vereenvoudigd debat.’

Met de wetswijziging en het debat volgt het Scandinavische land het voorbeeld van een trits van andere Europese landen die de afgelopen jaren hun transgenderwetten hebben aangepast. Zo stemde de Duitse Bondsdag vorige week na een emotioneel debat in met een ‘zelfbeschikkingswet’ als vervanging voor de oude ‘transseksuelenwet’ uit 1981. Spanje gooide vorig jaar het roer al om. ‘Het valt onder een trend waarbij landen werken aan meer inclusievere wetgeving en oude transgenderwetten worden gemoderniseerd. De gemene deler is dat de wet die juridische geslachtswijziging regelt, wordt losgekoppeld van regels omtrent geslachtsverandering’, aldus politiek wetenschapper en genderonderzoeker Emil Edenborg van de universiteit van Stockholm.

Verschillende leeftijden

Dit betekent niet dat de nieuwe transgenderwetten overal hetzelfde zijn. Waar in Duitsland, Spanje en Denemarken alle hordes zijn weggenomen, kiezen veel andere landen om een lichtere barrière te houden, zoals een gesprek met een huisarts. Er is ook verschil van mening over de leeftijd waarop mensen hun geslacht zouden mogen wijzigen. In Denemarken moet je meerderjarig zijn, in Duitsland kan het straks vanaf 5 jaar, mits de ouders de aanvraag indienen en er een verklaring is van een psycholoog.

Elders in Europa wordt op de rem getrapt. In Hongarije werd juridische geslachtsverandering in 2020 verboden. De Britse regering is tegen versoepeling van de bestaande transgenderwet en blokkeerde vorig jaar zelfs een poging van het Schotse parlement om een zelfbeschikkingswet in te voeren. Volgens de Britse regering zou de Schotse wet voor juridische en praktische problemen zorgen, maar wellicht speelde ideologie ook een rol.

In Nederland ligt een wetsvoorstel klaar om de verklaring van een psycholoog te schrappen en om – na tussenkomst van de kinderrechter – juridische geslachtsaanpassing mogelijk te maken voor kinderen onder de 16. Een meerderheid van de Tweede Kamer ziet dat evenwel niet zitten.

Volgens Edenborg komt het verzet in Europa met name van rechts-conservatieve partijen. ‘Een van de veelgehoorde argumenten is dat het wisselen van geslacht met het oog op zorgvuldigheid niet te snel zou mogen kunnen. Ook hoor je dat de transgenderwetten indruisen tegen de natuurlijke orde van man en vrouw.’

Vrouwenbeweging

Daarnaast is er kritiek uit sommige delen van de vrouwenbeweging. Die richt zich op het risico voor vrouwen als transvrouwen, ook die met mannelijke geslachtskenmerken, gebruik zouden kunnen maken van faciliteiten die exclusief voor vrouwen zijn, zoals vrouwenvleugels in ziekenhuizen of sportkleedkamers. Veel experts wijzen erop dat dit gaat om aannames die niet op bewijs zijn gestoeld.

Zweden was in 1971 ooit het eerste land met een transgenderwet, met deze nieuwe wet belandt het qua barrières voor transgenders in de subtop van Europa, achter de Scandinavische buren. ‘Mensen denken altijd dat Zweden het meest progressieve land ter wereld is, maar dat imago klopt niet.’