Direct naar artikelinhoud
Reportage

De Britse oorlog tegen Amerikaanse eekhoorns: ‘Als ze de Alpen oversteken, dan is West-Europa verloren’

Ian Glendinning, op jacht naar grijze eekhoorns.Beeld Carlotta Cardana / de Volkskrant

Grote, grijze indringers uit Amerika verdrijven de geliefde rode eekhoorn uit Groot-Brittannië. Vrijwilligers voor wie de maat vol is, grijpen naar de wapens om de inheemse diertjes te beschermen. ‘De hoofdstad is een verloren zaak. We moeten de linie hier verdedigen.’

‘Ssst. We moeten nu stil zijn.’ Met een jachtgeweer over zijn schouder loopt Ian Glendinning door een bos in de Coquet-vallei in de grensstreek van Engeland en Schotland. De schutter is gekleed in groenbruine camouflagekleding. Alleen het geluid van kaplaarzen die wegzakken in de drassige aarde en de klagende roep van een buizerd, verstoren de stilte. Opeens schiet een fazant weg, maar Glendinning negeert de vogel. Hij toont meer interesse in het leven in de bomen, want een bevriende jachtopziener heeft hier een vijandelijke indringer gesignaleerd: de grijze eekhoorn.

Dagelijks loopt de oud-politieagent door de bossen van Northumberland om jacht te maken op de grijze eekhoorn. Samen met het naburige Cumbria, waar het nationaal park Lake District toe behoort, is dit het enige graafschap van Engeland waar de inheemse en bedreigde rode eekhoorn nog in de meerderheid is.

Over de auteur
Patrick van IJzendoorn is correspondent Groot-Brittannië en Ierland van de Volkskrant

In de rest van het land is deze schuwe eekhoorn verdreven door zijn grotere en sterkere Amerikaanse broer. Sinds het begin van Glendinnings offensief tegen de grijze eekhoorn is het aantal inheemse eekhoorns in deze omgeving gestegen van tien naar negentig.

Rijdend over de landelijke wegen van Northumberland, waar kleine forten getuigen zijn van de stammenoorlogen die hier in de Middeleeuwen hebben gewoed, vertelt Glendinning over zijn jeugd ten zuiden van de Muur van Hadrianus. ‘Je zag overal rode eekhoorns, als in een boek van Beatrix Potter. Een jaar of vijf geleden drong het tot me door dat actie vereist is.’

Een rode eekhoorn.Beeld Ian Glendinning

Deze liefde deelt hij met de koning, die de beschermheer is van de Red Squirrel Survival Trust. Zijn zoon William vertelde in het blad Country Life dat Charles de eekhoorns zelfs rond laat lopen in zijn Schotse landhuis.

Ongedierte

De veramerikanisering van het Britse eekhoornbestand begon in 1876, toen de bankier Thomas Brocklehurst een paar ‘greys’ (grijzen) uit Amerika had meegenomen en ze als exotische toevoeging aan de Britse fauna losliet in Henbury Park, een landgoed in Cheshire, in Noordwest-Engeland.

Ze pasten zich zo goed aan dat er inmiddels 2,7 miljoen op het eiland rondscharrelen. Het aantal rode eekhoorns is gereduceerd tot naar schatting 120 duizend, waarvan driekwart in Schotland leeft. De grijze eekhoorn wordt officieel gekwalificeerd als ‘ongedierte’ – als ‘ratten met schattige staarten’ zelfs.

De grijze eekhoorn.Beeld Getty

‘Het is een misverstand dat de grijze eekhoorns agressiever zijn dan de rode’, zegt Glendinning (67). ‘De rode zijn klein maar fel en kunnen heel goed van zich afbijten. Het probleem is dat ze veel vatbaarder zijn voor dodelijke ziekten. De grijze eekhoorns zijn vrijwel immuun en hebben bovendien een gevarieerder dieet. Ze eten bijvoorbeeld verse eikels, terwijl de rode de eikels eerst moeten begraven zodat het looizuur eruit kan verdwijnen. De grijze zijn ook heel behendig gebleken in het stelen van de voedselvoorraden die hun rode soortgenoten hebben begraven.’

In Glendinnings cottage hangt een foto waarop te zien is dat hij als undercoveragent kroonprins Charles bewaakte. Nadat hij meer dan dertig jaar als gewapende agent bij de politie had gediend, ging Glendinning op zijn 49ste met vervroegd pensioen. In de zee van vrije tijd ging hij whisky stoken, haalde hij met een metaaldetector een museum aan Romeinse schatten uit de aarde en bouwde hij een eigen sterrenwacht bij zijn boerderij. Tegenwoordig gaat de meeste tijd op aan het redden van de rode eekhoorn, dat speelse symbool van merry old England.

Tijdrovende strijd

Glendinning heeft tientallen camera’s in de bossen opgehangen, die gericht zijn op een eethuisje en een val. Wanneer een eekhoorn in de val terechtkomt, krijgt hij een melding op zijn telefoon. ‘In de meeste gevallen is het een grijze, die ik vervolgens doodschiet en zijn lichaam achterlaat voor de vossen of dassen. Heel soms komt er per ongeluk een rode in terecht, dan breekt mijn hart en scheur ik erheen om deze vrij te laten.’ Tevens heeft Glendinning enkele tenten neergezet, waar hij soms uren zit te wachten op een grijze indringer. ‘Het is een tijdrovende strijd.’

Het bosgebied in Northumberland waar de Coquetdale Squirrel Group hun eekhoornbevolking nauwlettend in de gaten houdt.Beeld Carlotta Cardana / de Volkskrant

Niet iedereen stelt deze guerrillastrijd, die geheel legaal is, op prijs. Nabij het dorp Hepple zwaait hij naar een wandelaar. ‘Aardige man. Zijn vrouw schrijft kinderboeken en haat wat ik doe. Ze praat niet met me. En zie je het landgoed daar? Daar mag ik niet schieten, want er worden yogalessen gehouden en de jacht zou de vrede verstoren.’

Hoofdschuddend luistert Glendinning naar verhalen uit Londen, waar grijze eekhoorns in de parken volop te eten krijgen, fastfood zelfs, van enthousiaste toeristen. ‘De hoofdstad is een verloren zaak. We moeten nu de linie hier verdedigen.’

Tijdrovende strijd

Sommige experts zetten vraagtekens hij het ruimen van grijze eekhoorns. Zo beweert de ecoloog Nigel Dudley in zijn vorig jaar verschenen boek Why biodiversity matters dat de de rode eekhoorn op mondiaal niveau niet op uitsterven staat en dat populatie in delen van Groot-Brittannië nog gezond is. Vanuit een ethisch-filosofisch perspectief wijst Dudley, die werk heeft verricht voor Unesco en het WWF, dat er een balans moet bestaan tussen biodiversiteit en dierenrechten, waaronder het recht van de grijze eekhoorns.

De Britse staat heeft zich echter vierkant achter de eigen eekhoorn geschaard. Zo probeert de door koning Charles opgezette Red Squirrel Survival Trust bosbouwers ertoe te brengen om bij het kappen van bomen rekening te houden met de mogelijke aanwezigheid van rode eekhoorns. Ondertussen werkt het ministerie van Landbouw aan een genetisch sterilisatieprogramma voor de grijze diertjes. Tevens wordt de boommarter, een natuurlijke vijand van de grijze eekhoorn, teruggebracht naar de Britse bossen.

Hazelnoten

In zijn Raging Bull-terreinwagen heeft Glendinning altijd een zak hazelnoten bij zich, het lievelingseten van de eekhoorns. Binnen de Coquetdale Squirrel Group verschillen de meningen over het dieet. ‘Een koppige collega geeft pinda’s, omdat die goedkoper zijn, maar hazelnoten zijn beter.’

Hij wijst naar een steengroeve waar de rode wegbedekking voor Buckingham Palace vandaan komt. Kort nadat Glendinning hazelnoten in een eethuisje heeft gedaan, verschijnt de eerste rode eekhoorn, een vrouwtje. ‘Is het geen magisch gezicht?’

Rijdend over de hobbelige en heuvelachtige paden in Kidland Forest, waar het landschap is verschraald door intensieve bosbouw, houdt hij halt bij een groep fijnsparren. ‘De rooien hebben flink gegeten,’ constateert hij, wijzend op afgekloven dennenappels. ‘Geweldig nieuws.’

Glendinning toont de afgekloven dennenappels.Beeld Carlotta Cardana / de Volkskrant

Hij wil graag benadrukken dat de eekhoornkwestie geen exclusief Britse zaak is. ‘Er zijn grijze eekhoorns in Italië gesignaleerd. Als ze de Alpen weten over te steken, dan is West-Europa verloren. Als er niets wordt gedaan heeft ook Nederland aan het einde van deze eeuw geen rode eekhoorn meer. Maar het is niet te laat.’

Vergrijzing

Bij een bijeenkomst van leden van de plaatselijke eekhoornstudiegroep in een herberg, zegt Janet Fenwicke-Clennell dat het doden van de grijzen een noodzakelijk kwaad is. ‘Jongere mensen hebben er soms moeite mee, maar mijn generatie kijkt anders tegen leven en dood aan. Op de lagere school ging ik ooit kijken naar een dode koe op het boerenerf van een klasgenoot. Het eindigde ermee dat het dode, opblazen lichaam als een glijbaan werd gebruikt. Dood hoorde bij het plattelandsleven. De enige dode koe die mensen nu willen zien, ligt verpakt in de supermarkt.’

De ‘eekhoornologen’ maken maken zich zorgen over de vergrijzing van hun actiegroep. ‘Mensen hebben het nu vaak te druk,’ aldus Fenwicke-Clennell. Thuis, in het dorp Holystone, laat Glendinning video-opnamen zien van de rode eekhoorns die hazelnoten openbreken en spelen met een hermelijn. ‘Kijk, daar is Tommy, onze luilak. Ik heb hem een keer heel actief gezien, dat was toen zijn maatje Patsy in de val was beland.’

Hij plaatst zijn mok met thee op een onderzetter met de tekst: ‘Ik heb geen korte aandachtsspanne, ik heb slechts… wacht, kijk, een eekhoorn!’

Glendinning, al jaren met pensioen, hoopt dit jaar een universitaire graad te halen in eekhoornstudies. ‘Graag zou ik ook het gedrag van de grijzen bestuderen, maar het is een te groot risico om ze vrij te laten rondlopen.’

Tijdens de patrouille in de mistige bossen van een aristocraat, komt hij geen grijzen tegen. ‘Ze zijn er wel, zoveel is zeker, misschien zit er een in het nest daar.’ Hij wijst op een nest in een eik. ‘99 procent zeker dat het een grijs nest is, maar die ene procent kans dat het een rood nest is, weerhoudt me ervan een schot te lossen. Je kunt niet voorzichtig genoeg zijn.’