‘Zeker 38 doden bij Israëlische aanval op het noorden van Syrië’

Een Israëlische aanval op het noorden van Syrië, in de buurt van het internationale vliegveld van Aleppo, heeft in de nacht van donderdag op vrijdag aan minstens 38 mensen het leven gekost. Het gaat voornamelijk om Syrische militairen. Dat melden het Syrische Observatorium voor de Mensenrechten, een in het Verenigd Koninkrijk gevestigd informatiebureau, en persbureau Reuters vrijdag op basis van het Syrische ministerie van Defensie. Volgens de mensenrechtenorganisatie was de aanval gericht op „raketdepots van de Libanese groep Hezbollah”.

Over het exacte aantal doden bestaat onduidelijkheid. Het Syrische Observatorium schrijft dat er 42 Syrische militairen zijn gestorven, Reuters spreekt van 38 doden, onder wie burgers en vijf Hezbollah-strijders. Daarmee is het de dodelijkste aanval die Israël sinds het uitbreken van de Gaza-oorlog op Syrië heeft uitgevoerd.

Sinds op 7 oktober vorig jaar de oorlog tussen Israël en Hamas uitbrak, zijn ook de spanningen tussen Israël en buurland Syrië toegenomen. Israël heeft de aanvallen op verschillende bases in het land opgevoerd. Israël stelt dat die bases worden gesteund door Iran, een belangrijke bondgenoot van Hamas. Bovendien verblijven aan Iran gelieerde strijders van Hezbollah in verschillende delen van het land. Het geweld tussen Israël en de militante groep uit Libanon is sinds 7 oktober ook geëscaleerd, met name aan de gedeelde grens.