‘Britse Bill Gates’ liet zich voor miljarden kopen door HP, maar bleek dat bij lange na niet waard
Mike Lynch werd ooit als zakelijk kopstuk geridderd door de Britse koningin. Nu zit de oud-topman in de beklaagdenbank van een Californische rechtbank, als de vermeende oplichter die het Amerikaanse techbedrijf Hewlett-Packard voor miljarden een kat in de zak verkocht.
Hewlett-Packard, onder meer bekend van zijn printers, stond er in 2011 niet al te florissant bij. De Amerikaanse computerpionier van weleer was verworden tot een ‘dozenschuiver’: een aanduiding voor fabrikanten die computers produceren met amper onderscheidende kwalificaties. HP wilde daar verandering in brengen en zijn zakelijke klanten onmisbare software en diensten gaan leveren.
Op zoek naar een investering waarmee ze een grote sprong voorwaarts konden maken, kwamen de Amerikanen terecht bij Mike Lynch. Hij was de baas en medeoprichter van het Britse softwarebedrijf Autonomy, een specialist in de verwerking van omvangrijke, complexe databestanden. In 2010 had het bedrijf een omzet van 870 miljoen dollar. Dat was een bescheiden som, ten opzichte van de inkomsten van HP. Het was vooral de jaren stijgende omzetgroei die HP verlekkerd deed kijken naar het ict-bedrijf.
Gouden toekomstbeeld
Met topman Lynch dacht HP een kanjer in huis te halen. Al jaren werd hij geroemd als de ‘Britse Bill Gates’. Koningin Elizabeth was zo onder de indruk van diens verdiensten voor het bedrijfsleven dat ze hem in 2006 een Order of the British Empire toekende, een hoge koninklijke onderscheiding voor mensen die hun sporen hebben verdiend als ondernemer, wetenschapper of kunstenaar.
Een gouden toekomst lag in het verschiet door Autonomy over te nemen, jubelde Léo Apotheker, toenmalig baas van HP. Een met zoveel goud, dat hij zonder lang aarzelen 10,3 miljard dollar neertelde voor het bedrijf, bijna 80 procent meer dan de beurswaarde. Zijn financieel directeur vond dat idioot, maar die moest volgens Apotheker niet zo zeuren.
Daarna vloog de deal spectaculair uit de rails. In november 2012 — nog geen 15 maanden na de overname — schreef HP 8,8 miljard dollar af op Autonomy. Het achtte het bedrijf bij lange na de aankoopprijs niet meer waard. De boeken die HP voor de overname zo nauwgezet had doorgevlooid, bleken achteraf niet de werkelijkheid weer te geven.
Kat in de zak
Meer dan 27 duizend werknemers verloren bovendien hun baan, doordat HP als gevolg hiervan de broekriem moest aanhalen. Apotheker maakte het debacle niet eens meer mee: hij werd vijf weken na de overname door de raad van bestuur op straat gezet, amper tien maanden na zijn aantreden.
De Amerikanen van HP stelden dat de Britten hun een kat in de zak hadden verkocht door de prestaties van Autonomy veel te rooskleurig voor te stellen. Lynch sloeg terug met het verwijt dat de Amerikanen zijn onderneming door mismanagement in de soep hadden laten lopen. ‘Ze werkten de honderd beste werknemers van Autonomy de deur uit en vervingen die door stagiaires’, mopperde hij in 2012 tegenover The New York Times.
De beschuldigingen over en weer vormden de opmaat voor een hele trits juridische procedures tegen de leiding van Autonomy. Voorlopig de laatste in de reeks is de rechtszaak die maandag in San Francisco begint tegen de nu 58-jarige Lynch. De Brit heeft lang gestreden tegen uitlevering aan de Verenigde Staten, maar verloor vorig jaar april het pleit bij het Hooggerechtshof in Londen.
100 miljoen borg
De tien maanden voorafgaand aan het begin van zijn proces mocht Lynch na het betalen van een borgsom van 100 miljoen dollar in huisarrest doorbrengen, met een enkelband om en bewaking. De Brit hield 800 miljoen dollar over aan de verkoop van zijn bedrijf aan HP, vandaar dat de rechter zo’n hoge prijs zette op de wens van Lynch om de behandeling zijn zaak af te wachten in luxueuze en redelijke vrije omstandigheden.
De vooruitzichten van Lynch zijn niet erg gunstig. In 2019 veroordeelde een Amerikaanse rechter Sushovan Hussain, Autonomy’s toenmalige financiële voorman, al tot vijf jaar achter tralies. Hij had de werkelijke financiële prestaties van het bedrijf verbloemd en beleggers om de tuin geleid.
Twee jaar geleden, in een civiele rechtszaak in het Verenigd Koninkrijk aangespannen door HP, kwam een jury na zes jaar tot de conclusie dat Lynch inderdaad schuldig was aan oplichting. Nu moet ook een Amerikaanse jury vaststellen of dat het geval is en kan de rechter de Brit een celstraf van 25 jaar opleggen.
Lees ook
Geselecteerd door de redactie
