Direct naar artikelinhoud
Reportage

Dit is de vrouw achter de legendarische borduur-performance van 23 jaar geleden in De Bijenkorf

Dit is de vrouw achter de legendarische borduur-performance van 23 jaar geleden in De Bijenkorf
Beeld Shutterstock / Rybalchenko Nadezhda

Moderne borduurkunstenaars gooien met naald en draad oude stereotypen over handwerk en gender om, zoals dat 23 jaar geleden ook al gebeurde in De Bijenkorf, tijdens de legendarische borduur-performance van Anne Verhoijsen. Welkom bij het nieuwe borduren: een studiebijeenkomst, een spa-ervaring en een naaikransje ineen.

Onze knieën raken elkaar net niet. Wij, vier mannen, strak in het pak, zitten in het Verwey Museum Haarlem in een kring met een groot tafelkleed op schoot. We gaan borduren, een uur lang, voor publiek. Maar eerst krijgen we instructies van de kunstenaar die de borduurperformance bedacht heeft. Anne Verhoijsen (73) laat zien hoe het garen eigenlijk bestaat uit zes dunne draadjes. Dat moeten we uit elkaar halen, zodat het twee strengen van drie worden. Daarna laat ze zien hoe een draadsteker werkt, een instrumentje dat het mogelijk maakt om de drie draadjes door het oog van de naald te halen.

En dan begint het echte borduren. De grote lap is voorgedrukt met een patroon van bloemenmotieven. Dat we moeten ­volgen met kruissteken. We mogen van Verhoijsen niet praten met het publiek, ook niet als we direct aangesproken worden. We mogen elkaar alleen vragen om het schaartje door te geven. We worden inderdaad aangesproken, maar borduren stoïcijns door. Heel moeilijk is dat niet, want al bordurend, concentreer je je op een kleine handeling. De rest van de wereld lijkt even niet te bestaan.

Herstellingsoord

Splitzij heet de performance van Verhoijsen en het is eigenlijk een herhaling van een legendarische performance die drieëntwintig jaar geleden werd uitgevoerd in de etalage van de Bijenkorf. In december 2001 zaten toen ruim honderd mannen in groepjes van vier te borduren voor het winkelende publiek.

Eind jaren negentig zat Verhoijsen, destijds psychotherapeut in Amsterdam, na een ernstige ziekte in een herstellingsoord. In een van de kamers zag ze een vrouw die aan een ronde tafel zat te borduren. “Ik had als kind veel geborduurd en kreeg er weer helemaal zin in. Maar tegelijk dacht ik: Anne, je komt net uit het land ter doden. Als je nu gaat borduren, dan verlos jij je nooit meer van die kruissteekjes. Dat moet je niet doen!”

Een halfjaar later fietste Verhoijsen door haar geboortedorp in Noord-Brabant. Ze zag een traditioneel winkeltje in fournituren en kreeg weer een onweerstaanbare drang tot borduren. “Toen heb ik met mezelf afgesproken: je mag een tafelkleed kopen, maar dat leg je thuis in de kast. Als je 75 bent en het ligt er nog steeds, dan ga je maar borduren. Maar drie maanden daarna wist ik het. Ik moest helemaal niet borduren. Mannen moeten borduren!”

Kort daarvoor was Verhoijsen in contact gekomen met een groep kunstenaars en filosofen die een presentatie voorbereidden op de Kunstvlaai, de alternatieve kunstbeurs op het Westergasterrein. ­Verhoijsen stelde voor om daar mannen te laten borduren, als een kunstperformance. “Ze snapten er niets van, maar ik hield vol en het gebeurde.”

De performance werd daarna op allerlei plekken in Nederland uitgevoerd. En Verhoijsen besloot om kunstenaar te worden. Ze werd aangenomen op het Sandberg Instituut, een tweede fase-opleiding die normaal alleen toegankelijk is voor kunstenaars die al een kunstacademie hebben doorlopen. Maar Verhoijsen had nooit op een kunstacademie gezeten.

Borduurperformance in de Bijenkorf in 2001. De lap werd een paar dagen na de performance geveild bij Christie’s, de opbrengst ging naar Mama Cash.Beeld Courtesy Anne Verhoijsen

Hoeketalage

Als Verhoijsen iets in haar hoofd heeft, zet ze alles op alles om het te laten gebeuren. “Op een gegeven moment had ik heel veel geborduurd. Overal, in Museum Arnhem, op een feministische dag in het land zelfs op meerdere plekken tegelijk. Er werd goed op gereageerd, maar ik vond het een beetje saai worden. Toen kreeg ik een beeld voor me van kersttijd. Iedereen haast zich om cadeaus te kopen, het sneeuwt buiten en in de etalage zitten vier mannen geconcentreerd te borduren aan een tafelkleed. Eenvoudige vrouwenarbeid zal ik maar zeggen, twaalf dagen lang.”

Het was ergens in september. Verhoijsen belde de Bijenkorf met haar plan. Het duurde drie weken voordat ze überhaupt iemand aan de lijn kreeg die haar te woord wilde staan. Na nog meer bellen en aanhouden mocht ze langskomen met een documentatiemapje. “Ik sprak iemand die verantwoordelijk was voor de etalages en de planning. Hij luisterde naar mijn voorstel en zei toen: ‘Mevrouw Verhoijsen, beseft u eigenlijk wel wat u vraagt? U wil tussen sinterklaas en kerst de hoeketalage op de Dam! Dat is de duurste etalage van Nederland in de duurste tijd van het jaar!’ Maar ik hield me helemaal niet bezig met geld.”

De Bijenkorf wilde wel, maar in april. Dat vond Verhoijsen jammer. Dus ging ze weer bellen. En ze had een goed doel voor haar actie. Het borduurdoek zou geveild worden ten goede van onderdrukte vrouwen in Afghanistan. Dat vond de Bijenkorf wel sympathiek. Ondertussen waren de voorbereidingen in volle gang. Verhoijsen was begonnen met het uitnodigen van mannen en het geven van borduurlessen. Deelnemers kregen een broddellap mee naar huis met hun naam erop. Konden ze lekker oefenen. “Ik mocht op het voetbalveld van Ajax een foto maken met al die mannen en hun doekje.” Er waren hoog­leraren bij, kunstenaars, politici, prominente figuren uit de culturele wereld en schrijvers. Pierre Audi deed mee, Aat Veldhoen, Gerardjan Rijnders en Roy Villevoye. Volgens de overlevering heeft Geert Dales in verloren minuten in de gemeenteraad zitten borduren om zijn lapje af te krijgen. “Maar het kan ook Ton Hooijmaijers geweest zijn, dat weet ik niet meer zeker.”

Twin Towers

Uiteindelijk kreeg Verhoijsen toch toestemming voor de hoeketalage in december. Het contract werd ondertekend op 11 september 2001. Verhoijsen zat in een vergaderzaal van de Bijenkorf klaar met een pen en een fles champagne. “Ineens werd de deur opengegooid en iemand riep: ‘Kom televisiekijken, ze vliegen in de Twin Towers.’ Iedereen stoof de ruimte uit. Ik heb die fles champagne maar aan een ­cassière gegeven.”

De borduurperformance Splitzij ging door dat jaar, maar Verhoijsen moest wel een ander goed doel verzinnen. De Bijenkorf wilde niet meer geassocieerd worden met Afghanistan. Het werd een groot succes. “De Bijenkorf was heel tevreden, want de performance had enorm veel publiciteit gegenereerd, in kranten en op radio en televisie. De lap werd een paar dagen na de performance geveild bij Christie’s, de opbrengst ging naar Mama Cash.

Het beeld van vier heren in pak schuurt volgens Verhoijsen nog steeds. “Je voelt gewoon dat het niet klopt, mannen die samen borduren. Ik heb als kind veel geborduurd en ik weet dat je er heel rustig van wordt. Je moet je aandacht erbij houden, anders gaat het verkeerd. Ik wil mannen de ervaring geven die veel vrouwen hebben bij het borduren. Dat wordt gezien als vrouwenwerk, als een zinloze bezigheid. Het gaat om het contrast tussen die mooie pakken en dat zinloze werk. Ze komen bij wijze van spreken in die donkere pakken regelrecht van kantoor, en gaan dan even borduren.”

Kneuterig imago

De performance in het Verwey Museum Haarlem vormde het startpunt van D(R)AAD, een tentoonstelling over borduren. Het is een techniek die jarenlang te kampen had met een kneuterig imago. Huisvlijt was het, iets voor oudere vrouwen die zich verliezen in suffe bloemmotieven. Toch is borduren sterk in opkomst, ook hedendaagse kunstenaars grijpen steeds vaker naar naald en draad. Echt nieuw is het natuurlijk niet. In de jaren zestig herontdekten feministische kunstenaars typisch ‘vrouwelijke’ technieken als weven en borduren. Ook mannen gingen overstag. Berend Strik begon in de jaren tachtig met borduren, later maakte Michael Raedecker internationaal furore met zijn geborduurde schilderijen.

De nieuwste telg van het het hedendaagse borduren is de Belg Klaas Rommelaere. Hij leerde handwerken op de modeacademie in Gent, later maakte hij de overstap naar de beeldende kunst. Bij het maken van zijn kunstwerken van textiel, wordt hij geholpen door een aantal vrouwen tussen de 60 en de 90 jaar, die inmiddels bekendstaan als zijn ‘madams’. Hij houdt ervan om met de generatie van zijn grootouders te werken, maar de onderwerpen die hij in zijn werk aansnijdt zijn vaak weer echt van nu. Sommige motieven in zijn werk komen rechtstreeks uit Netflixseries en films als Hereditary of Midsommar.

De aandacht voor borduren past in een algehele belangstelling voor oude ambachten. We mogen dan in een wereld leven waar alles met de computer ontworpen is en waar kunstmatige intelligentie steeds belangrijker wordt, kunstenaars kiezen steeds vaker voor de traagheid van het handwerk. Met als gevolg dat kleien, ­glazuren, houtbewerken, vlechten, weven, glasblazen en borduren razend populair zijn.

Een tentoonstelling in CODA Museum in Apeldoorn verkent het werk van tien hedendaagse kunstenaars die zich hebben toegelegd op traditionele handwerktechnieken, met monumentale kunstwerken van Koen Taselaar, Sanne Bax en Tanja Smeets. Joana Schneider leerde bijvoorbeeld unieke knoop- en weeftechnieken van vissers en ambachtslieden in Scheveningen en Katwijk. Die past ze toe in enorme textielwerken.

Bevrijdingsrok

D(R)AAD in Haarlem is gericht op borduren als protest en genezing, en werd samengesteld door Kim Knoppers. “Het Verwey Museum heeft een stadscollectie en daarin bevindt zich een bevrijdingsrok. Vanaf mei 1945 werden overal in Nederland bevrijdingsrokken gemaakt, herkenbaar aan de zoom van oranje driehoeken. Vrouwen maakten deze rokken van oude lapjes en borduurden er jaartallen en herinneringen op.”

Manshoge geborduurde poppen (180 x 200 cm) uit de serie ‘Dark Uncles’ (2019-2022) van Klaas Rommelaere.Beeld Erich Spahn/Galerie Zink

Borduren is hier dus niet zozeer een leuk tijdverdrijf. Het kan een uiting zijn van protest, een manier om je stem te laten horen in moeilijke tijden of helpen bij het verwerken van trauma’s. Knoppers: “Onlangs verscheen The Story of Art without Men, een boek van Katy Hessel waarin de kunstgeschiedenis vanuit een vrouwelijk perspectief wordt beschreven. Er staat ook een hoofdstuk in over textiel. Het is natuurlijk een eeuwenoude traditie, maar in de middeleeuwen waren het juist mannen die borduurden. Pas later werd het een hobby voor gegoede vrouwen. Maar het werd ook gebruikt als protestmiddel door de suffragettes, die opkwamen voor vrouwenrechten.”

De huidige aandacht voor handwerk en ambachten werd aangezwengeld door de coronacrisis, waardoor mensen weer meer tijd en aandacht kregen voor huiselijke dingen. In die tijd ontstond ook de Feministische Handwerk Partij (FHP), opgericht door Emmeline de Mooij en Margreet Sweerts. De FHP organiseert bijeenkomsten, onder andere bij Atria, kennisinstituut voor emancipatie en vrouwengeschiedenis in de Vijzelstraat. Daarin wordt textiel gerepareerd en worden lezingen gehouden over textiel. Het is volgens de organisatoren ‘een studiebijeenkomst, een spa-ervaring en een naaikransje ineen.’

Uit de serie Early Digital Tech, Artifacts from The Age of Acceleration (2021) van Lilly Lulay.Beeld Lilly Lulay/Kuckei + Kuckei

Borduren wordt ook ingezet als middel om veranderingen in de maatschappij vast te leggen. Patricia kaersenhout presenteert in Haarlem een serie geborduurde doeken over een zwarte feministische golf in de jaren tachtig in Amsterdam. De vrouwen noemden zich ZMV-vrouwen (Zwarte Migranten Vluchtelingenvrouwen), als verzet tegen de heersende feministische canon.

Maya Amer gebruikt Palestijns kruissteekborduurwerk, bekend als tatriz, als middel van verzet. Tatriz is een eeuwenoud medium voor het vertellen van verhalen. Amer visualiseert het dodental in Gaza sinds 7 oktober 2023, waarbij elk Palestijns slachtoffer wordt gesymboliseerd door één kruissteekje. Andere ­kunstenaars zetten het borduren in als alternatief op de snelle wereld van de smart­phones en andere digitale apparaten. Als een futuristische archeoloog borduurde Lilly Lulay allerlei apparaten die we de afgelopen jaren langs hebben zien komen: floppydisks, cd-roms, Nokiatelefoons, joysticks en geheugenkaartjes. Bijna allemaal redelijk nieuwe uitvindingen, die desondanks alweer verouderd zijn. Ingehaald door het langzame handwerken.

D(R)AAD, t/m 28 april, Verwey Museum, Haarlem
Craft! Now, t/m 14 april, CODA Museum, Apeldoorn