Direct naar artikelinhoud
AchtergrondRuimtevaart

China is hard op weg de nummer één in de ruimte te worden

Van een enorm succesvol maanprogramma tot de ontwikkeling van hypersonische kernraketten: China laat de technologische spierballen in het kosmische steeds nadrukkelijker rollen. Het lijkt een kwestie van tijd totdat het de belangrijkste ruimtemacht is.

Vanaf links: de Chinese astronauten Gui Haichao, Zhu Yangzhu en Jing Haipeng van de missie Shenzhou-16 bij de lanceerbasis in Jiuquan op 30 mei 2023.Beeld Getty

Robotwagentjes op de maan en op Mars, astronauten in een ruimtestation ver boven het aardse en zelfs plannen voor een internationale, door mensen bewoonde maanbasis. Dat is geen opsomming uit het cv van de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie Nasa, maar van het Chinese CNSA.

De prestaties van de Chinese ruimtevaart zijn zelfs zodanig indrukwekkend dat de vraag volgens kenners niet is óf China de nieuwe kosmische nummer één zal worden, maar wanneer. ‘Het is het strategisch doel van China om de VS uiterlijk in 2045 te vervangen als dominante economische, diplomatieke en militaire ruimtemacht’, waarschuwde een onderzoekscommissie van de Amerikaanse overheid vorig jaar in een rapport over de staat van de ruimtevaart.

Over de auteur
George van Hal schrijft voor de Volkskrant over sterrenkunde, natuurkunde en ruimtevaart. Hij publiceerde boeken over alles van het heelal tot de kleinste bouwstenen van de werkelijkheid.

Antisatellietwapen

‘China is superambitieus. Ik denk dat ze de VS snel zullen inhalen, als ze dat niet al gedaan hebben’, oordeelt ook sterrenkundige Marc Klein Wolt van de Radboud Universiteit in Nijmegen. Hij werkte met de Chinezen samen tijdens hun maanmissie Chang’e-4. ‘Het is moeilijk om te bepalen wie er voorligt. Want wat is dan de maatstaf? Wat betreft ambitie en mankracht is China nu misschien al verder dan Amerika.’

Dat ziet ook onafhankelijk ruimtevaartingenieur Erik Laan, die onder meer werkt voor onderaannemers van de Europese ruimtevaartorganisatie Esa. ‘Als je puur naar de cijfers kijkt lopen ze nog achter’, zegt hij. Zo voert Amerika iets meer lanceringen uit dan China, en lanceerde het Amerikaanse bedrijf SpaceX alleen al, alle lading bij elkaar opgeteld, meer kilo’s naar de ruimte dan China. ‘Maar hun technologie? Ik denk eerlijk gezegd dat ze al hetzelfde kunnen als de VS: prestigieuze ruimtemissies zoals die naar Mars, bemenste ruimtevaart, maar ook spionage en militaire technologie’, zegt hij.

Sommige kenners maken zich zorgen dat China op dat laatste terrein zelfs voorloopt, bijvoorbeeld bij het ontwikkelen van hypersonische kernraketten. En, belangrijker nog bij een toekomstige traditionele oorlog: technologie gericht tegen satellieten van andere landen.

Satellieten spelen in moderne oorlogen een doorslaggevende rol, zo blijkt nu ook in Oekraïne. Ze faciliteren communicatie, bieden een tactisch waardevolle blik op het strijdveld en leveren navigatie-informatie waarmee geavanceerde wapens naar hun doel worden geleid.

Vandaar dat China net als Rusland en de VS al eens succesvol een test uitvoerde met een antisatellietwapen. Bovendien ontwikkelde het land satellieten die in de ruimte heel dicht bij andere satellieten kunnen manoeuvreren. Dat kan onschuldige doeleinden hebben, zoals kapotte exemplaren ophalen of ruimtereparaties uitvoeren, maar kan net zo goed gebruikt worden om vijandige satellieten uit te schakelen. Uit vorige maand gelekte geheime CIA-documenten blijkt bovendien dat China werkt aan cyberwapens om satellieten over te nemen.

Communistische sympathieën

Waar de Amerikanen hun ruimtemacht bouwden op de technologische kennis van oud-nazi-raketbouwer Wernher von Braun, leunden de Chinezen ironisch genoeg juist op Amerikaanse kennis. Hun ‘Von Braun’ was Qian Xuesen, opgeleid in de Verenigde Staten, aan prestigieuze universiteiten als Caltech en MIT. Hij werkte zelfs met de Amerikaan samen bij het Manhattan Project, dat de eerste atoombom ontwikkelde.

In 1950, nadat de communisten in China aan de macht waren gekomen, beschuldigden de Amerikanen de toen 39-jarige Qian van communistische sympathieën. Ze sloten hem eerst op in gevangenis Alcatraz, waarna nog een aantal jaren huisarrest volgden. Toen hij in 1955 eindelijk het land uit mocht, vluchtte hij naar China en ontwikkelde daar de ballistische Dongfeng-raketten, waarvan de huidige versies ook nu nog Chinese kernkoppen dragen. Bovendien trainde hij de generatie wetenschappers en ingenieurs die de basis legden voor het Chinese nucleaire programma.

De behandeling van Qian is ‘het domste dat dit land ooit heeft gedaan’, zo zei Dan Kimball, voormalig hoofd van de Amerikaanse marine, later in de Amerikaanse media. Nooit dook namelijk enig bewijs op dat Qian een spion was. Zelfs na zijn dood in 2009 bleef zijn voormalig werkgever Caltech achter hem staan.

Ondanks het werk van Qian kregen de Chinese ruimteambities een flinke tik te verduren tijdens de culturele revolutie. Hoewel Mao in 1967 nog de opdracht gaf een Chinese astronaut de ruimte in te sturen, kwam daarvan weinig terecht. In die periode werden academici, kunstenaars en ingenieurs namelijk gewantrouwd, opgesloten of zelfs vermoord. Dat kostte ook medewerkers van het nog jonge ruimtevaartprogramma het leven.

30 mei, een soldaat bewaakt de lanceerbasis van het Shenhzou-16-ruimtevaartuig in Jiuquan.Beeld Getty

China lanceerde in april 1970 nog als vijfde land een satelliet (de Sovjet-Unie was in 1957 met Spoetnik de eerste), maar liep vervolgens decennialang achter de feiten aan. Gedurende de Koude Oorlog maakten de VS en de Sovjet-Unie de dienst uit in het kosmische. Tussen 1957 en 1991 lanceerden de Sovjets 2.309 raketten, tegenover 938 voor de VS. China lanceerde er in diezelfde periode 28.

Het duurde uiteindelijk tot 2003 totdat het land de ambitie van Mao vervulde: eigenhandig een astronaut de ruimte in sturen. Dat succes vormde een eerste waarschuwing dat China terug zou keren als ruimtemacht.

-Beeld -

Succesvol maanprogramma

Spoel door naar nu, en het land lijkt de kosmische successen haast vanzelfsprekend aan elkaar te rijgen. China ontwikkelde een zeer succesvol maanprogramma en wist voorwerpen op onze kosmische buurman te doen landen – iets waar onder meer Japan, Israël en India onlangs niet in slaagden. Ook lukte het China in 2020 voor het eerst sinds de Apollo-missies om materiaal van de maan naar aarde te vervoeren. Het landde vervolgens in 2021 succesvol met een robotwagen op Mars, als tweede land ter wereld, en er zijn ambitieuze plannen zoals een bemand station op de maan en een nieuwe missie tot voorbij de grenzen van het zonnestelsel.

Toch is het vooral de lancering van een tegenhanger van het internationale ruimtestation ISS, waarin langdurig astronauten verblijven, dat symbool staat voor de huidige wisseling van de ruimtemacht. Het gebeurt op het moment dat het pensioen van het ISS voor de deur staat (gepland rond 2030) en er nog altijd geen definitieve plannen zijn voor een opvolger.

‘China is bezig aan de grootste geopolitieke, technologische en economische inhaalrace met het Westen in de geschiedenis’, oordeelde de conservatieve Amerikaanse geopolitieke analist Brandon Weichert, auteur van het boek Winning Space: How America Remains a Superpower in 2019 al in een opiniestuk op vakwebsite SpaceNews.

Dat kan omdat het land de zaken anders aanpakt dan de Amerikanen. ‘China is natuurlijk centraal geleid’, zegt Klein Wolt. ‘Als zij besluiten dat ze iets gaan doen, wordt het ook uitgevoerd. ‘Nee’ wordt niet geaccepteerd.’ In de VS waait de strategie juist mee met de politieke wind en werden de plannen afgelopen decennia bij herhaling gewijzigd. ‘Dat maakt de slagkracht van China veel groter.’

Nog een verschil: China hult zich rond ruimtemissies meestal in stilzwijgen. ‘Online is weinig tot niets zichtbaar’, zegt Laan. ‘Ik heb tussen 2011 en 2020 een database bijgehouden van alle wereldwijde lanceringen, maar stopte omdat ik geen greep kreeg op wat China deed. Dan ging er ineens iets omhoog waarvan ik nog nooit had gehoord, had men plots de naam van een missie veranderd of kreeg je er pas lucht van dat er überhaupt iets was gelanceerd doordat het opdook op de ruimteradar’, zegt hij.

Naïeve wetenschapper

Nu China steeds machtiger wordt in de ruimte, doemt de vraag op of Nederland en Europa met hen net zo moeten samenwerken als met de VS. ‘Ik heb zelf geen voorkeur voor China of de VS. Ik hou van samenwerken en denk niet in landsgrenzen’, zegt Klein Wolt, die eerder zowel projecten deed met Nasa als met CNSA. ‘Misschien ben ik een naïeve wetenschapper, maar ik ga altijd uit van het goede van de mens’, zegt hij.

Klein Wolt wil een grote telescoop bouwen op de achterkant van de maan. ‘Dat is complex en duur. Samen kom je dan verder. Bovendien: internationaal samenwerken aan grote projecten is in de wetenschap heel normaal. Een partij als China wegduwen heeft volgens mij geen zin. China gaat toch wel door.’

Tegelijk realiseert hij zich dat niet iedereen er zo over denkt. Sinds in de VS in 2011 het zogeheten Wolf Amendment werd aangenomen, mag Nasa bijvoorbeeld vrijwel niet meer samenwerken met Chinese organisaties en wetenschappers. Het leidde ertoe dat China bij voorbaat buiten de boot viel bij de Artemis-maanmissies van de VS en Europa. En eerder weigerde Amerika al samen te werken met China op het ISS, uit angst voor spionage.

Een model van de Marsrover Zhu Rong op een tentoonstelling van de transportindustrie in Hangzhou in 2020.Beeld Getty

Overdreven, oordeelt Laan. ‘Voor het praktische werk op een ruimtestation moet je informatie over de interfaces delen. Typen stekkers, diameters van aansluitingen, dat soort dingen. Dat is heus niet zo’n risico. Je wilt vooral verbergen hóé je iets maakt, wat het productieproces is. En dat kun je gewoon onzichtbaar houden, ook voor je partners.’

China is volgens Klein Wolt niet blij met de Amerikaanse houding, maar wil daardoor misschien wel extra graag met Europese landen samenwerken. ‘Wij mochten meedenken met hun plannen voor een toekomstige maanbasis’, zegt hij. ‘Ze vroegen aan ons: willen jullie erbij betrokken zijn? Ze zetten de deur nadrukkelijk open.’

Voor zijn vorige project kreeg Klein Wolt steun van de Nederlandse overheid. ‘Ze hebben een overeenkomst met CSNA voor vreedzame toepassingen. Ik heb de vicepresident van CSNA hier zelfs weleens ontvangen en rondgeleid. Maar het hele landschap is veranderd. Sinds de oorlog in Oekraïne staan dit soort dingen meer op scherp. Wil Nederland nu nog zo’n project aangaan met China? Ik denk het niet. Wil China nog met Nederland? Dat denk ik wel’, zegt hij.

Zelf ziet hij een nieuwe samenwerking ook wel zitten. ‘Ik heb daar vriendschappen opgebouwd. Als ik in China kom, is het een warm bad’, zegt hij. ‘Ik blijf altijd op m’n hoede en zorg dat we onze eigen kennis goed beschermen, maar ik heb sterk het gevoel dat we dezelfde wetenschappelijke interesses delen’, zegt hij. ‘Ik denk dat ze met hun ruimteprogramma hun eigen levensbeeld en cultuur willen uitdragen, hun eigen plek willen veiligstellen in de ruimte. Dat ze willen tonen dat China er óók bij hoort’, zegt hij.

Eeuwige droom

Dat is ook het beeld dat het land uitdraagt in de ruimteplannen die China begin 2022 publiceerde. ‘Het is onze eeuwige droom om de uitgestrekte kosmos te verkennen, de ruimte-industrie te ontwikkelen en van China een ruimtemacht te maken’, stelt president Xi Jinping daarin onder meer.

Het beeld dat uit dat document opstijgt, is dat van een land dat vreedzaam opereert. Van een zachte ruimtemacht die vooral wil samenwerken met de Verenigde Naties. Een land dat technologie ontwikkelt en wetenschappelijk onderzoek uitvoert waar de gehele mensheid baat bij heeft. De vraag is of de Chinezen het achterste van hun tong laten zien.

Toen in 1996 een Chinese raket kort na lancering explodeerde en er door de brokstukken zes mensen op de grond omkwamen (naast nog meer gewonden), kwamen de exacte details nooit naar buiten. Ter vergelijking: de hoorzittingen in het Amerikaanse Congres over de ramp met ruimteveer Challenger in 1986, waarbij de inzittenden overleden, waren live te zien op televisie en zijn online nog altijd te bekijken. ‘Dat heeft te maken met de cultuur’, zegt Klein Wolt. ‘In de VS is er een cultuur van fouten maken en daarvan leren. In China wil men vooral gezichtsverlies voorkomen.’

Laan zoekt de verklaring echter in de politiek. ‘In de VS is er tegenwoordig zelfs een livestream wanneer SpaceX een Amerikaanse militaire satelliet lanceert. Die gaat dan op het laatst pas op zwart, wanneer de geheime technologie in beeld zou kunnen komen’, zegt hij. Het illustreert volgens hem perfect het verschil tussen een democratie en een dictatuur. ‘Ik zou in de ruimte het liefst zien dat Europa zelfstandig is, maar als we dan door een land gedomineerd moeten worden, doe mij dan maar de VS in plaats van China.’

Correctie 02-06: In een eerdere versie stond dat Qian Xuesen samen met Von Braun aan het Manhatten Project werkte. Dat was met de Amerikanen.