Direct naar artikelinhoud
Analyse

Met keuze voor orthodoxe econoom Simsek lijkt Turkse president Erdogan nieuw financieel beleid in te luiden

Komt er dan toch een einde aan het merkwaardige financiële beleid van de Turkse president Erdogan? De benoeming zaterdag van Mehmet Simsek tot minister van Financiën lijkt daarop te wijzen.

President Tayyip Erdogan (derde van links) en de nieuwe minister van Financiën Mehmet Simsek (tweede van rechts) tijdens de presentatie van het nieuwe Turkse kabinet.Beeld Reuters

Met de benoeming van Simsek kiest Erdogan mogelijk voor een economisch meer conventionele aanpak, waarbij inflatie wordt bestreden door de rente te verhogen. Simsek hintte zondag zelf op zo’n beleidswijziging. ‘Turkije heeft geen andere keuze dan terug te keren naar een rationele basis’, zei hij. ‘Een op regels gebaseerde, voorspelbare Turkse economie zal de sleutel zijn tot het bereiken van de gewenste welvaart.’ Als doelstellingen noemde hij begrotingsdiscipline en prijsstabiliteit.

De 56-jarige Simsek, van Koerdische afkomst, heeft in de internationale financiële wereld een goede naam. Als minister van Economische Zaken (2007-2011), minister van Financiën (2009-2015) en vicepremier (2015-2018) stond hij bekend als kundig bestuurder en als hoeder van de stabiliteit van de Turkse economie.

Simseks benoeming, als onderdeel van een algehele herschikking van Erdogans kabinet, kan buitenlandse investeerders weer vertrouwen geven in Turkije, zeker als er een eind komt aan het krampachtig laag houden van de rente om de inflatie te bestrijden. Experts kijken al jaren met verbazing naar dit beleid, dat spot met de beginselen van de economische wetenschap.

Over de auteur
Rob Vreeken is correspondent Turkije en Iran voor de Volkskrant. Hij woont in Istanbul. Van Vreeken verscheen onlangs Een heidens karwei - Erdogan en de mislukte islamisering van Turkije.

Erdogan heeft er tot nu toe hardnekkig aan vastgehouden, omdat hij meent dat een lage rente een stimulans is voor economische groei. Buitenlandse investeerders bleven echter weg. Mede daardoor slaagt Turkije er niet in de economische dynamiek te herpakken die kenmerkend was voor de eerste twaalf jaar (2003-2015) van Erdogans regering.

De inflatie in Turkije steeg vorig jaar tot boven de 85 procent. Inmiddels is dat weer gedaald tot circa 45 procent, maar dat is te danken aan veel kunst- en vliegwerk, waarbij de regering miljarden pompt in het kunstmatig op peil houden van de lira, de Turkse munt. Die heeft sinds 2018 al 77 procent van zijn waarde verloren. De centrale bank heeft tot nu 200 miljard lira (9 miljard euro) uitgegeven om economische spelers te lokken of te verplichten in de lira te investeren.

Intussen is het begrotingstekort fors opgelopen. Daar komt nog bij dat de regering diep in de buidel moet tasten voor het herstel van de steden die werden verwoest door de aardbevingen van begin februari.

Simsek regisseur tijdens crisis 2008

Onder regie van Simsek kwam Turkije de wereldwijde financiële crisis van 2008 goed door. Hij heeft ruime ervaring in de financiële sectoren van Londen en New York. In de jaren negentig was hij hoofdeconoom van de Amerikaanse ambassade in Ankara.

Simsek krijgt een van de belangrijkste posten in Erdogans nieuwe kabinet, dat hij zaterdagavond presenteerde. De personele wisseling volgt op de herverkiezing van Erdogan tot president, een week geleden. Hij kreeg in de tweede ronde van de verkiezingen, tegen oppositieleider Kemal Kiliçdaroglu, ruim 52 procent van de stemmen. Eerder op de dag werd Erdogan beëdigd in het parlement.

In zijn inaugurele toespraak sloeg hij een verzoenende toon aan. Hij zei alle 85 miljoen inwoners van het land te ‘omarmen, ongeacht hun politieke opvattingen, afkomst of sekte’. De burgers moeten worden samengevoegd ‘als de stenen van een muur’, aangezien het land meer dan ooit behoefte heeft aan eenheid en solidariteit.

Het nieuwe Turkse kabinet poseert zaterdag voor de pers. Het heeft slechts één vrouw, de uit België afkomstige politicus Mahinur Özdemir Göktas. Zij wordt minister van Familiezaken.Beeld AFP

Ook beloofde de president zich te houden aan ‘de grondwet, de rechtsstaat, democratie, de principes en hervormingen van Atatürk en de principes van de seculiere republiek’.

De herschikking van Erdogans kabinet was rigoureuzer dan verwacht. De president heeft vrijwel alle ministers vervangen. Alleen minister van Volksgezondheid Fahrettin Koca en de als gematigd bekend staande minister van Cultuur en Toerisme Mehmet Nuri Ersoy blijven op hun post.

Houwdegen Soylu vertrekt

Opvallend is het vertrek van minister van Binnenlandse Zaken Süleyman Soylu. Hij was de rechtse houwdegen van de vorige regering. Harder dan wie ook haalde hij uit naar politieke tegenstanders. Ook in de cultuurstrijd rond vrouwen- en lhbti-rechten liet hij zich niet onbetuigd.

Soylu werd soms gezien als een ideologische concurrent van Erdogan binnen de AK-partij. Mogelijk heeft dat meegespeeld bij zijn vervanging. Hij wordt opgevolgd door Ali Yerlikaya, de afgelopen vijf jaar gouverneur van Istanbul.

De enige vrouw in het kabinet is de voormalige Belgische politica Mahinur Özdemir Göktas. Zij wordt minister van Familiezaken. Göktas werd geboren in België en was gemeenteraadslid in Schaarbeek. In 2009 kwam ze als eerste politica met een hoofddoek in het Brusselse parlement, voor de christen-democratische partij CdH. Toen ze in 2015 weigerde de Armeense genocide te erkennen, werd ze uit de partij gezet. Ze ging door als onafhankelijke parlementariër. In 2020 werd ze door de Turkse regering benoemd tot ambassadeur in Algerije.