Direct naar artikelinhoud
Energie

Een topjaar voor zonnepanelen, maar dat vergt veel van het stroomnet

Woonwijk in Zaandam. Op veel daken liggen al zonnepanelen.Beeld ANP / Kim van Dam

Zonnepanelen waren hot in 2022. Al leidt dat her en der wel tot problemen.

2022 was een extreem goed zonnepanelenjaar. Nooit eerder kwamen er in één jaar zo veel zonnepanelen bij, meldt Netbeheer Nederland, de branchevereniging van de Nederlandse netbeheerders.

De zonnepanelenhausse was er in alle provincies, maar Zuid-Holland, althans het zuidelijke deel daarvan waar Stedin de netbeheerder is, spande de kroon. Het aantal woningen met panelen steeg daar met 34 procent. Er zijn in zuidelijk Zuid-Holland nu ruim 220.000 huizen met zonnepanelen. Utrecht volgde op de voet met een stijging van 32 procent, meldt Stedin.

In het gebied waar Liander het stroomnet beheert – Noord-Holland, Friesland, Gelderland, Flevoland en noordelijk Zuid-Holland – nam het aantal panelen met rond de 25 procent toe. Het waren vooral kleine panelen waar veel vraag naar was. De vraag naar grote panelen en zonneweiden steeg minder hard dan in 2021. In het Liander-gebied waren eind december 761.996 woningen en kleine bedrijven.

Enexis, de netbeheerder van Groningen, Drenthe, Overijssel, Noord-Brabant en Limburg sloot vorig jaar 190.000 kleine zonne-installaties aan op zijn net. Daarmee kwam het totaal aantal aansluitingen in Enexis-gebied uit op 860.000. Enexis heeft momenteel moeite om grote installaties aan het net te koppelen. Het net kampt met een nakend capaciteitstekort.

Stroomnet niet berekend op zoveel teruglevering

De netbeheerders stellen dat de subsidieregeling voor zonnepanelen die het Rijk zo’n twintig jaar geleden invoerde – de zogeheten salderingsregel – een groot succes is. De prijs van de panelen is inmiddels enorm gedaald, waardoor panelenkopers hun investering veel sneller terugverdienen dan twintig jaar geleden. Vanwege dat succes is het niet nodig om de subsidie in zijn huidige vorm voort te zetten, vinden de netbeheerders, die het daarom eens zijn met het plan van minister Jetten om de regeling af te bouwen en uiteindelijk, in 2031, af te schaffen.

De netbeheerders zien wel een probleem. Huishoudens met panelen leveren nu veel stroom aan het net als de zon volop schijnt en daar zijn de netten niet goed op berekend. Daarbij vergen elektrische auto’s en warmtepompen ook steeds meer van het net. Huishoudens doen er volgens de netbeheerders goed aan om de stroom te gebruiken als die er is en de was te doen of de stekkerauto op te laden als de zon volop schijnt. Ze pleiten daarnaast voor financiële prikkels om de zelf opgewekte stroom op te slaan. In dat geval wordt het net minder belast en kunnen mensen die stroom ’s avonds gebruiken.

De toenemende populariteit van panelen, e-auto’s en warmtepompen maakt dat de huidige stroomkabels waarop woningen zijn aangesloten vaak niet meer voldoen. Er zijn zwaardere varianten nodig. In 2022 legden de netbeheerders duizenden kilometers nieuwe kabels aan en plaatsten ze honderden nieuwe transformatorhuisjes in de wijken. De komende jaren gaan ze daarmee door.

Lees ook:

Milieu Centraal: thuisbatterij voor zonnestroom geen aanrader

Thuisbatterijen om stroom uit zonnepanelen op te slaan zijn voor huishoudens vooralsnog niet financieel aantrekkelijk. Evenmin is de aankoop van zo’n systeem milieuvriendelijk.