Direct naar artikelinhoud
Rapport

Planbureau: Circulaire economie is nog ver weg in Nederland, meer ‘drang en dwang’ nodig

Lege flessen bij glasrecyclingbedrijf Maltha dat enorme hoeveelheden glas verwerkt.Beeld ANP

In 2050 wil Nederland helemaal circulair zijn. Maar om dat te halen is meer ‘dwang en drang’ nodig, constateert het Planbureau voor de Leefomgeving in de eerste complete inventarisatie.

De circulaire economie in Nederland beweegt in een slakkengang. Het gebruik van grondstoffen daalt niet, de Nederlandse consumptie vereist steeds meer land in het buitenland en zes van de zeven nationale doelen voor afval worden niet gehaald. Ander beleid is nodig, wil Nederland de eigen ambitie halen om in 2050 volledig circulair te zijn.

Een deel van de economie is wel al als circulair aan te merken. Zo is op zes procent van de bedrijven dat label te plakken en is Nederland kampioen recyclen in Europa. Maar de voortgang is bescheiden of stagneert. Het aandeel van die bedrijven in het totaal neemt af en het recyclen dreigt vooral te blijven hangen in de productie van plastic bermpaaltjes.

Het zijn waarnemingen uit de eerste ‘Integrale Circulaire Economie Rapportage’ van het Planbureau voor de Leefomgeving, donderdag aangeboden aan staatssecretaris Stientje van Veldhoven . Vanaf nu steekt het PBL op verzoek van het kabinet elke twee jaar de thermometer in de circulaire economie, samen met andere organisaties. “Diverse trends gaan niet de goede kant op”, zegt Aldert Hanemaaijer, onderzoeker van het PBL. “Het gebruik van grondstoffen daalt sinds 2010 nauwelijks. Een groot deel van de recycling kan veel hoogwaardiger en er wordt toch weer meer afval gestort.”

Het rapport laat zien dat Nederland nog maar aan het prille begin staat van de circulaire economie, terwijl de doelen die het kabinet gesteld heeft, ambitieus zijn. Al in 2030 wil Nederland met de helft grondstoffen toe kunnen en in 2050 zou de hele economie circulair moeten zijn. Er is wel van alles opgetuigd, zoals vijf ‘transitie-agenda’s’, het beleid hangt echter tot nu toe vooral op vrijwillige afspraken, zoals het Plastic Pact en het Betonakkoord. Dat past volgens het planbureau bij ‘de beginfase’. Maar nu zijn meer ‘drang en dwang’ en tussentijdse concrete streefcijfers nodig om verder te komen. Oplopende heffingen op vervuiling kunnen bijvoorbeeld helpen, regels zoals het verplicht gebruiken van een bepaald percentage gerecycled materiaal en meer helderheid over welke materialen er allemaal in producten zitten. “Bij auto’s is de producent al wel verplicht die informatie te geven, maar bij wasmachines nog niet, om wat te noemen. Dat maakt reparatie moeilijker”, licht Hanemaaijer toe.

Planbureau: Circulaire economie is nog ver weg in Nederland, meer ‘drang en dwang’ nodig
Beeld Sander Soewargana

‘Het is nu tijd voor de volgende stap’

Nederland wil naar een circulaire economie om verschillende problemen tegelijk het hoofd te bieden. Verspillende omgang met grondstoffen leidt tot milieuverontreiniging, klimaatverandering, aantasting van ecosystemen, verlies van soorten en afvalbergen. Bovendien stijgt wereldwijd de vraag naar grondstoffen. Efficiënter inzetten van grondstoffen slaat daardoor meerdere vliegen in één klap. Het gaat daarbij zowel om mineralen, metalen en fossiele grondstoffen als om biomassa (zoals hout) en voedsel.

“Daar komt bij dat voor sommige grondstoffen leveringsrisico’s kunnen ontstaan”, zegt de onderzoeker. “Dat geldt voor grondstoffen als kobalt en zeldzame aardmetalen als indium. Die worden in elektronische producten en vervoersmiddelen gebruikt, maar zijn ook belangrijk voor de energietransitie, ze gaan in zonnepanelen en windmolens. De vraag daarnaar zal niet alleen hier, maar in veel andere landen toenemen.”

Volgens het PBL is het goed dat er al een begin is van een ‘kabinetsbrede’ aanpak is van de circulaire economie. “Dat is belangrijk omdat het zo complex is”, zegt Hanemaaijer. “De circulaire economie gaat over heel veel. Er is een grote diversiteit aan maatregelen nodig om er te komen. Lastig is ook dat er niet één maatstaf voor is, zoals de CO2-uitstoot voor klimaatbeleid.” Ook moet Nederland, als koploper in Europa, aandringen op Europese regels voor de circulaire economie zodat er een eerlijk speelveld ontstaat.

Demissionair staatssecretaris Van Veldhoven zegt in een reactie op het rapport ‘trots’ te zijn ‘dat de basis is gelegd’. “We hebben gepionierd en verkend. Het is nu tijd voor de volgende stap.” Van Veldhoven pleit voor een ‘circulaire economiewet’. Daarin is bijvoorbeeld vast te leggen dat iedere bloempot van gerecycled plastic moet zijn en dat bedrijven beloond worden voor terugdringen van CO2-uitstoot door minder gebruik van grondstoffen. De staatssecretaris erkent het probleem dat er nog steeds meer grondstoffen worden gebruikt. “Dat maakt de overgang naar een circulaire economie alleen maar urgenter.”

Lees ook:

Deze ondernemers maken geen ritjes naar de bouwmarkt. Hun hof si circulair

Neem een ongebruikt stuk grond en maak er een levendig en circulair bedrijventerrein van. Zie daar het Hof van Cartesius, waar de buurt een moestuincursus volgt of een gebruikte deur haalt.