Een grote en kleine man, net als in Berlijn

Kijk op een zonovergoten dag op het M.J. Granpré Molièreplein door je oogharen en je waant je op een Italiaans pleintje. Dat komt vooral door de architectuur van de Kerk van Het Nieuwe Verbond, een rooms-katholiek godshuis dat in 1957 werd ingewijd. De kerk is gebouwd met Hollandse bakstenen, maar de gevel, met een uitstekend portaal, verraadt de invloed van Italiaanse romaanse bouwkunst.

In 1999 heeft woningcorporatie Het Oosten de nieuwe wijk Noorderhof rondom de kerk laten verrijzen. Het pleintje voor de kerk werd toen vernoemd naar de architect van de kerk, Marinus Jan Granpré Molière.

Met de nieuwbouw rond het plein verscheen in het midden een beeld van de Duitse beeldhouwer Stephan Balkenhol (1957). De mannelijke figuur is ongeveer levensgroot, maar hij staat op een roestvrijstalen krukje, waardoor hij zich toch boven de voetgangers verheft. De verhoudingen zijn een beetje vreemd, het hoofd lijkt bijvoorbeeld te groot voor zijn postuur. De grote man kijkt stoïcijns voor zich uit en lijkt zich er niet van bewust dat een kleinere man zich aan zijn broekspijp vastklampt, ter hoogte van de linkerknie.

Waarom zit dat kleine mannetje daar? Wie is die grote man eigenlijk? En waarom staan de twee figuren zo pontificaal voor de ingang van de kerk? Het zijn vragen waar geen eenduidig antwoord op te geven valt.

De figuren van Stephan Balkenhol zijn weliswaar realistisch, maar er zijn geen specifieke personen uitgebeeld. De kunstenaar hakt zijn beelden altijd uit een enkel blok hout, zonder gebruik te maken van machines. Hij werkt zijn beelden ook niet glad af, waardoor je de sporen van zijn werktuigen nog in het materiaal ziet. Meestal schildert Balkenhol zijn beelden in verschillende kleuren. In dit geval heeft de kunstenaar zijn houten beeld afgegoten, waarna een bronzen versie is gemaakt. Beide figuren zijn beschilderd.

In Berlijn staat een vergelijkbaar beeld van een grote man en een kleine man. Daarover wordt gezegd dat het gaat over de kracht van het individu in de maatschappij en zijn vermogen om weerstand te bieden aan de staat.

Over het beeld op het Granpré Molièreplein heeft Balkenhol gezegd dat er niet één vaststaande betekenis aan verbonden moet worden. Iedereen mag er een eigen verhaal aan geven.

Heel opvallend is de aanwezigheid van een verkeersbord dat aangeeft dat we ons hier op een voetpad bevinden. Het staat een paar meter voor Grote man, kleine man, waardoor een beeld­rijm ontstaat met de grote en kleine figuur die hand in hand lopen op het blauwe bord.