Direct naar artikelinhoud
Lezersbrief

'Hij slaat op een gong, want we zijn op reis door Japan'

Paroollezer Loes Kuynders schrijft over haar reis door Japan. 'Hoewel ik meer het gevoel krijg van een foute Hollandse camping in Frankrijk.'

'Hij slaat op een gong, want we zijn op reis door Japan'
Beeld Shutterstock

Hij loopt een rondje om de sauna om zich mentaal voor te bereiden op wat komen gaat. Hij ziet er goed uit, maar dat doe je al snel, als enige met kleding aan.

De mensen beginnen zich te verzamelen en er hoeven nog net geen dranghekken te worden neergezet. Het is mijn eerste keer naar een sauna en dan mag de opgieting niet ontbreken. Wanneer de deuren opengaan, rennen de fanatiekelingen meteen naar de bovenste banken.

Het scheelt blijkbaar tien graden per bank en de bovenste bank heeft voor mij een gevoelstemperatuur van tweehonderd graden. Ik vraag mij af hoe ik dit ga volhouden en ga op het onderste bankje zitten. Wanneer de opgieter zijn entree maakt, hoor ik een zucht van verlichting door de ruimte gaan. Er zit verschil in kwaliteit van opgieters en ik heb gehoord dat hij goed is.

Hij pakt z'n handdoek en begint te zwaaien. Voor zover ik nog helder kan nadenken, zit er een techniek in. De mensen op het bovenste bankje doen hun handen achter hun hoofd. 

Het moet zoiets zijn als de handen in de lucht in de achtbaan voor extra sensatie. Voor die mensen voor wie het nooit ­genoeg is. Die het liefst in de put met hete kolen gaan zitten voor het échte gevoel. Ik probeer te ademen wanneer hij met zijn handdoek bij mij heen en weer zwaait. Nee, dit vind ik niet fijn en ik hoop dat hij doorloopt. 

Hij slaat op een gong, want we zijn op reis door Japan, hoewel ik meer het gevoel krijg van een foute Hollandse camping in Frankrijk.

Bij de volgende gong zitten we in Tibet. Ik stel me voor dat ik vredig tussen de yaks loop, maar als ik mijn ogen open, schakel ik meteen naar gieren die hoog in de bergen de in stukjes gehakte witte lichamen van mijn saunamaatjes opeten, als variatie op dode Tibetanen. 

We zijn vijf minuten verder en mijn grens is bereikt. Ik wil niet als eerste weglopen, misschien krijg ik dan geen ijsje. Er haakt één iemand af en geluiden van gezucht, gekreun en irritatie gaan door de ruimte. 

Twee minuten later ga ik naar buiten, pak m'n ijsje en deel de fantastische ervaring.

Loes Kuynders, Landsmeer

Ik wil niet als eerste weglopen, misschien krijg ik dan geen ijsje