Dit is een artikel uit het NRC-archief De artikelen in het archief zijn met behulp van geautomatiseerde technieken voorzien van metadata die de inhoud beschrijven. De resultaten van deze technieken zijn niet altijd correct, we werken aan verbetering. Meer informatie.
Bekijk hele krant

NRC Handelsblad

Wie is de baas van het internationale wielrennen?

Wielrennen Komende week worden in het Oostenrijkse Innsbruck de WK wielrennen gehouden. Achter de schermen woedt een strijd tussen renners, de wielerteams, Tour-organisator ASO en de internationale wielerunie (UCI).

Het wielerpeloton is voor zijn inkomsten afhankelijk van sponsorbudgetten, die al jaren nauwelijks groeien.
Het wielerpeloton is voor zijn inkomsten afhankelijk van sponsorbudgetten, die al jaren nauwelijks groeien. Foto Tim de Waele/Getty

Het had zo’n mooie dag kunnen zijn, de Tourkaravaan door een zonovergoten Bretagne op weg naar het lieflijke plaatsje Sarzeau van burgemeester David Lappartient. Maar Lappartient, ook voorzitter van de internationale wielerunie UCI, had geen tijd om te gloriëren. „Een Bretonse dorpsburgemeester”, werd hij aan de vooravond van de vierde etappe in de Tour de France laatdunkend genoemd door Sir David Brailsford. De baas van het machtige Team Sky verweet Lappartient en de UCI de soap rond het eerst niet en toen toch toelaten van kopman Chris Froome in de Tour. „Als je je zo arrogant opstelt, komt er altijd weer een moment dat je tot nederigheid wordt gedwongen”, kaatste Lappartient terug.

Komende week organiseert de UCI in Innsbruck de WK wielrennen. Zondag verdedigt Team Sunweb bij de mannen en de vrouwen de titel op het laatste WK-ploegentijdrit, later in de week volgen de individuele tijdrit en de wegwedstrijd. Maar achter de schermen vindt in Oostenrijk nog een belangrijke strijd plaats. Op het jaarlijkse congres beslist de UCI over ingrijpende hervormingen voor 2020. Voorzitter Lappartient wil in Giro, Tour en Vuelta nog maar zes in plaats van acht renners per ploeg. Er moet een budgetlimiet komen, zodat een rijke ploeg als Sky niet te veel toprenners kan kopen. En op het hoogste niveau, de World Tour, is in zijn ogen hooguit nog ruimte voor vijftien in plaats van achttien teams.

„Ik heb er vertrouwen in dat we op de juiste weg zijn een globaal akkoord te bereiken”, zei Lappartient onlangs tegen website Inside the Games, na een bijeenkomst met alle partijen uit het profwielrennen in Madrid. Hij sprak met ploegen, renners en Tourorganisator ASO. Hij had „veel steun” geproefd voor zijn voorstellen. Maar vooral ploegen en renners hebben weinig reden tot juichen. Lappartients hervormingen gaan ten koste van drie teams en 120 tot 160 arbeidsplaatsen in de World Tour in 2020. De teams willen juist dat hun sport groeit. UCI, teams of ASO: wie is de baas in het wielrennen?

Ploegen

„Alle teams samen halen zo’n 410 miljoen euro uit de markt”, becijfert Iwan Spekenbrink. De teambaas van Sunweb is sinds 2015 voorzitter van de internationale belangenvereniging van wielerploegen (AIGCP). De ploegen brengen verreweg het meeste geld binnen in de sport, zegt hij. „De wedstrijdorganisatoren, inclusief Giro en Tour, hebben bij elkaar een omzet van 260 miljoen euro.” Maar dan de winstcijfers. Bij de teams, met een gemiddeld budget van 18 miljoen euro, zijn die volgens Spekenbrink nul. „Sterker nog: sinds 2004, het begin van de World Tour, gaat per jaar gemiddeld anderhalf team failliet.”

Voornaamste probleem is sinds jaar en dag dat de ploegen voor hun inkomsten afhankelijk zijn van sponsorbudgetten, die al jaren nauwelijks nog groeien. Maar vermindering van het aantal teams in de World Tour of het aantal renners is volgens de AIGCP geen oplossing. Integendeel. Sponsors weten dat de positie van de teams verzwakt en kunnen kiezen uit meerdere opties. De prijs voor sponsoring zakt. En met slechts vijftien World Tour teams van zes renners die zeker zijn van lucratieve deelname aan topwedstrijden als de Tour zal de onderlinge strijd fel toenemen. Juist die ‘survival’ bleek uit rapporten van de UCI en in Nederland de commissie-Sorgdrager in een vorig tijdperk de grootste drijfveer voor doorgeslagen dopinggebruik.

„Wij willen juist groei en geen reductie”, vertelde Richard Plugge, teambaas van Lotto-Jumbo en vicevoorzitter van de AIGCP, na de bijeenkomst in Madrid aan Inside the Games. De teams wijzen op sporten als voetbal (Champions League) of Formule 1, waar alle betrokkenen de krachten bundelen en teams meedelen in de opbrengst van uitzendrechten. Maar in de Tour gaat die inkomstenstroom van enkele tientallen miljoenen euro’s geheel naar organisator ASO. De teams willen dat de UCI, baas van het wielrennen, het voortouw neemt om te komen tot een beter verdeling. Achter de schermen wordt gedreigd met afsplitsing in een ‘World Tour Incorporated’, een aparte proftak, los van de UCI.

Organisatoren

Tegenover de 410 miljoen euro inkomsten en nul winst van de teams halen de organisatoren volgens Spekenbrink op een omzet van 260 miljoen „ongeveer 100 miljoen euro” winst uit de wielersport. „Bijna uitsluitend voor ASO met de Tour, plus een beetje voor de Giro en de Ronde van Vlaanderen.”

De wielereconomie werkt met twee systemen. Tegenover een ‘open’ model waarin ploegen en renners hard met elkaar moeten concurreren staat aan de kant van de organisatoren juist een ‘gesloten’ model. ASO heeft in feite een monopolie om de Tour te organiseren. Kandidaten voor tv-uitzendrechten of sponsoring van de gele trui moeten tegen elkaar opbieden. De prijs stijgt nog steeds.

Sinds 1965 is de Tour vast in handen van de zeer gesloten Franse familie Amaury, die vorig jaar met een geschat vermogen van 350 miljoen euro op de 235ste plaats stond in de Challenges-index van de rijkste Fransen. Moeder Marie-Odile Amaury leidt het mediabedrijf Les Editions P. Amaury, met krant en tv-zender L’Equipe. Zoon Jean-Etienne is als president van ASO baas over de lucratieve sportactiviteiten. Met de organisatie van onder meer de Dakar Rally, zeil-, golf- en wielerwedstrijden werd in 2016 een winst geboekt van bijna 46 miljoen euro bij een omzet van 220 miljoen, zo bleek uit vorig jaar uitgelekte cijfers op de website INRNG. Met de Tour als grootste melkkoe.

„ASO doet met ons wat het wil”, concludeerde Quickstep-ploegbaas Patrick Lefevere een paar jaar geleden al. Lance Armstrong vatte het heetste hangijzer in het profwielrennen van de zomer treffend samen in zijn eigen podcast. „Er is slecht één entiteit in deze sport die geld verdient en dat is Tourorganisator ASO”, zei de Amerikaan. Hij vergelijkt dat met goed georganiseerde profsporten als American football, basketbal of voetbal. „Alle teams en dus alle spelers delen daar mee in iets heel belangrijks, namelijk de opbrengsten van de tv-uitzendrechten.” Maar hoeveel krijgen de teams en de renners uit de rechten van de Tour? Armstrong: „Het start met een nul en eindigt met een nul.”

UCI

Vorig jaar, bij de WK in het Noorse Bergen, gaven de vertegenwoordigers van de 190 landen die lid zijn van de UCI verrassend de voorkeur aan Lappartient boven de regerende voorzitter Cookson. De Fransman profileerde zich scherp op het thema doping. In december lekte uit dat bij Froome een te hoge dosis salbutamol was ontdekt, het begin van een maandenlange dopingstrijd die de Brit onder dreiging van juridische stappen pas vlak voor de Tour won. „Shame voor wie die zaak georkestreerd heeft gelekt”, verwoordde Lefevere het vermoeden van meerdere ploegleiders. Buiten Froome zelf en Team Sky had alleen de UCI en de nieuwe Franse voorzitter weet van de testresultaten.

De dominantie van Sky in de Tour, Geraint Thomas als winnaar en Froome als derde, was voor Lappartient de belangrijkste reden voor zijn hervormingsvoorstellen. Gelimiteerde budgetten en slechts zes renners per ploeg moeten de krachtsverhoudingen eerlijker maken en de sport aantrekkelijker. Ingrijpende veranderingen voor een probleem dat alleen speelt in één wedstrijd per jaar, de Tour. Met vijftien in plaats van achttien World Tourteams die startrecht hebben, komt er meer ruimte voor organisatoren om hun eigen deelnemersveld te kiezen. ASO wordt door de Franse UCI-voorzitter op haar wenken bediend. ‘Zijn’ Bretonse dorpje van zesduizend inwoners was aankomstplaats in de Tour.

Renners

En de sterren van deze bikkelharde sport, welbespraakte toppers als Peter Sagan of Tom Dumoulin, hebben zij dan geen invloed? Aan de vooravond van de WK ruziën zij over hun internationale vakbond CPA, waar oud-renner David Millar het voorzitterschap wil overnemen van collega Gianni Bugno. Alweer Armstrong schetst de positie van de CPA en de renners genadeloos. „Ze hebben geen kracht, geen macht, geen invloed. En mensen van ASO en de Tour, hoe groot dat evenement ook is, prijzen zich elke dag gelukkig en zeggen: Thank God, Thank God, dat deze gasten niet georganiseerd zijn.”