Direct naar artikelinhoud
Column

De essentie van onderhandelen is zo min mogelijk geven, zo veel mogelijk nemen

De essentie van onderhandelen is zo min mogelijk geven, zo veel mogelijk nemen

De rode draad in het overzicht van de onderhandelingen over een nieuw klimaat- en energieakkoord, dat afgelopen zaterdag in deze krant stond, is: subsidie. Er zijn verschillende tafels waaraan onderhandeld wordt, iedereen die iets betekent in de polder praat mee en allemaal gaan ze moeilijk kijken zodra de kosten ter sprake komen, zo valt uit het krantenverhaal op te maken.

De twaalf industriële bedrijven die de meeste CO2 uitstoten en die aan de Industrietafel zitten, vragen om subsidie.

Aan de tafel Vervoer klinkt het verzoek: subsidie voor particulieren die een elektrische auto willen kopen, subsidie voor de vrachtwagensector ter compensatie van rekeningrijden voor vrachtwagens.

De tafel die onder meer over van het gas los en warmtepompen gaat: of er subsidie mogelijk is voor huishoudens voor wie de overgang van het een naar het ander te begrotelijk is.

De Landbouwtafel: subsidie.

De essentie van onderhandelen is zo min mogelijk geven, zo veel mogelijk nemen, dus dat er nu allerwegen om een financiële bijdrage op kosten van de ander wordt gebedeld, lijkt me volslagen logisch. Zou ik ook doen, als ik aan zo’n tafel zou zitten: permanent met gekwelde blik het hoofd schudden, zuchten dat het ontzettend jammer is en dat ik dolgraag zou meewerken aan de hoogstnoodzakelijke energietransitie, voor de planeet, voor onze kinderen, maar dat het er helaas niet in zit, want geld enzo. Want ik heb uiteraard ook liever dat straks mijn warmtepomp en de versnelde afschrijving op mijn gasfornuis voor rekening van een ander komen.

Het is een reflex die wel meer mensen hebben. Toen deze krant onlangs onthulde dat één van de voorstellen in het nieuwe klimaat- en energieakkoord vermoedelijk een verhoging van de energiebelasting op gasverbruik voor particuliere huishoudens zal behelzen (en een verlaging van de belasting op elektriciteit), stroomden er brieven binnen van ontstelde lezers die repten van de ‘klimaatmaffia’ die ‘gekkigheid’ bedenkt. Iemand eiste ‘een volksopstand’ omdat de kleine man weer eens gepakt wordt. Want ook onder Volkskrantlezers heb je ze die dol zijn op ijsbeertjes en op Groningers, maar gaan steigeren wanneer zo’n liefhebberij geld gaat kosten.

Mij lijkt een eventuele verschuiving van de energiebelasting van elektriciteit naar gas een verstandige prijsprikkel. Een logische ook, gezien het feit dat de aardgasproductie in Groningen om goede redenen versneld wordt afgebouwd én gezien het feit dat de aansluitplicht op het gasnet voor nieuwbouwwoningen verdwijnt. En eentje die men al mijlenver had kunnen zien aankomen: hij staat namelijk gewoon allang in het regeerakkoord (onder het kopje ‘Vergroening burgers’: ‘Schuif energiebelasting tarieven aardgas en elektriciteit’). Om daar ‘maffia’ bij te gaan krijten, is hysterisch.

Het blijft hier gewoon de polder. Er zal dus inderdaad flink met subsidie worden gesmeerd, er zullen lange overgangstermijnen zijn, een deel van de afspraken zal achterin een la belanden, niemand zal onverhoeds op een kwade dag zomaar van het gas worden afgekoppeld en er zullen vuistdikke langjarige onderzoeken komen naar de vraag waar de kosten neerdalen. En er zal een kerstboom aan flankerend beleid voor lage inkomensgroepen worden opgetuigd, want of ze nou links of rechts zijn, politici in dit land zijn dol op flankerend beleid voor onderbedeelde inkomensgroepen.

Allemaal zaken waar ze bij de maffia niet aan doen.