Charlotte de Bourbon, rechterhand van een vervolgde prins
Prins Willem van Oranje trouwde op 12 juni 1575 voor de derde keer, nu met de hoogadellijke Charlotte de Bourbon. Het was voor hem een nieuwe start na het ontspoorde huwelijk met Anna van Saksen. Voor de bijna 30-jarige Charlotte was het een bevrijding: ze had nooit mogen trouwen, want haar ouders hadden haar voorbestemd voor het klooster.

Willem van Oranje was in 1551 getrouwd met gravin Anna van Egmond en Buren. Beiden waren toen 18 jaar. Ze kregen drie kinderen. Nadat Anna in 1558 was gestorven, had Willem buitenechtelijke relaties. Uit een van deze werd een zoon geboren: Justinus, later gouverneur van Breda.
Willem van Oranje trouwde in 1561 met de 16-jarige Duitse hertogin Anna van Saksen. Hoewel zij smoorverliefd was op de prins, verliep het huwelijk uiterst moeizaam. Anna had psychische problemen en pleegde overspel. Het huwelijk werd uiteindelijk ontbonden.

Dillenburg
Willem van Oranje verbleef voor de veiligheid met enkele van zijn kinderen veel op de Dillenburg, het slot van zijn ouders in Duitsland. Zijn broer, graaf Jan van Nassau, bood er zijn familie veilig onderdak. Hun moeder, Juliana van Stolberg, woonde er ook. Ze leefde sterk mee met de ontwikkelingen in de Nederlanden. Drie zonen had ze al verloren in de oorlog tegen de Spaanse tirannie: Adolf was in 1568 gesneuveld in de Slag bij Heiligerlee, Lodewijk en Hendrik in de Slag op de Mookerheide in 1573.
De bewoners van de Dillenburg waren luthers, maar sloten zich begin jaren 70 aan bij de reformatie van Calvijn en van Ursinus en Olevianus, die de Heidelbergse Catechismus hadden samengesteld. In deze verandering had een nieuwe medewerker van Willem sterk de hand: Marnix van Sint-Aldegonde.
Willem van Oranje liet deze fundamentele koerswijziging duidelijk merken toen hij naar Holland terugkeerde. Zijn hofpredikers waren achtereenvolgens Jean Taffin en Pierre Loyseleur de Villiers, en als stadspredikant van Delft diende Arent Cornelisz. (Arnoldus Cornelii) – allen overtuigde calvinisten.

Klooster ontvlucht
Charlotte, geboren omstreeks 1546, was het vijfde kind en de vierde dochter van hertog Louis de Bourbon-Montpensier. Hij stamde af van de middeleeuwse koning Lodewijk IX de Heilige, die deelnam aan de achtste kruistocht en stierf bij Tunis (1270).
Charlottes moeder was een Franse gravin. Zij en haar man besloten hun kind al kort na de geboorte(!) aan de Rooms-Katholieke Kerk toe te vertrouwen. Ze droegen Charlotte over aan een tante die abdis was van het nonnenklooster van Jouarre, niet ver van Parijs. Op haar twaalfde of dertiende legde Charlotte –gedwongen door haar familie– de kloostergelofte af. Ze werd al spoedig gekozen tot abdis.
In de jaren 60 kreeg Charlotte in het geheim reformatorische lectuur onder ogen. Het leidde ertoe dat ze in haar hart koos voor de leer van Calvijn. In de winter van 1571-1572 wist ze het klooster te ontvluchten. Samen met een paar andere nonnen gaf ze aan haar ondergeschikten door dat ze een bezoek zou brengen aan een ander klooster. Buiten de poort stonden drie ruiters met hun paarden rijklaar waarmee de dames hun vlucht uit Jouarre konden beginnen.
Na een hele nacht doorrijden bereikten ze de stad Sedan in het noordoosten van Frankrijk. Daar regeerde de gereformeerde Henri Robert de la Marck, hertog van Bouillon en prins van Sedan (1540-1574). Hij was getrouwd met de eveneens gereformeerde Françoise de Bourbon-Monpensier (1539-1587), een oudere zus van Charlotte de Bourbon. Het prinsdom Sedan fungeerde als een gereformeerd toevluchtsoord. Eerder verbleef Guido de Brès er met zijn gezin.
Toen Charlottes vader van de vlucht van zijn dochter hoorde, werd hij woedend. Weer een dochter die overliep naar de ketters! Hij eiste van de keurvorst dat hij haar terugstuurde naar Frankrijk, maar daar kwam uiteraard niets van. Charlotte trok verder naar Heidelberg. Daar legde ze belijdenis af in de Gereformeerde Kerk.

Bemiddelaar
Willem van Oranje ging begin 1572 op zoek naar militaire en financiële steun bij Duitse vorsten. Zo kwam hij ook in Heidelberg, aan het hof van keurvorst Frederik III van de Palts. Deze calvinist stond bij Oranje hoog genoteerd. Aan het hof ontmoette Willem de 25-jarige Charlotte de Bourbon. Volgens sommige auteurs was Willem vanaf het eerste moment getroffen door deze charmante jonkvrouw.
Doordat Willem van Oranje niet gemist kon worden bij de vredesbesprekingen te Breda in 1575 –die overigens op niets uitliepen– vroeg de prins zijn vertrouweling Marnix van Sint Aldegonde naar Heidelberg te gaan om de keurvorst toestemming te vragen voor het huwelijk van zijn ‘pleegdochter’ Charlotte de Bourbon met Willem van Oranje, die al schriftelijk al om haar hand had gevraagd.
De prins was bij zijn derde huwelijk 42 jaar, de bruid 29. Wat had Willem haar te bieden? Hij was straatarm – zijn prachtige huisraad had hij verpand en werd door kooplieden verkocht. Willem kon alleen beloven een huis voor haar te bouwen in Middelburg.
Wat zag Willem in Charlotte? Zij was niet rijk. Het huwelijk kon Willem problemen opleveren met de Duitse vorsten die beweerden voor Anna van Saksen op te komen. En Willems broer graaf Jan van Nassau, die niet zo voor het huwelijk was, moest worden overgehaald alle aktestukken in verband met de echtscheiding van Willem en Anna beschikbaar te stellen. Marnix wist de hindernissen weg te nemen.
We mogen aannemen dat de band van het gereformeerde geloof een sterke factor is geweest bij de totstandkoming van het huwelijk van Willem met Charlotte. Mevrouw A.C. Roose schreef in 1933 in het tijdschrift Stemmen des tijds: „Zij begeerde niet anders dan met den prins te dragen alles, wat God behagen zou hem en haar, wanneer ze verenigd waren, te zenden.”
Geldige scheiding
Het huwelijk had plaats op zondag 12 juni 1575, nu 450 jaar geleden. Marnix was nog met de bruid onderweg naar Holland toen Willem zijn broer Jan vroeg naar de nog niet ontvangen bewijsstukken van de schuld van Anna van Saksen in de echtscheiding. Indien nodig wilde hij Charlotte ermee overtuigen. Voor alle zekerheid liet Willem naast vijf predikanten ook twee professoren uitspraak doen over de geldigheid van de scheiding.
Marnix reisde met Oranjes bruid vanuit Heidelberg over land naar Emden en vandaar over zee –met een escorte van twee zwaarbewapende oorlogsschepen– naar Den Briel. Daar stond zaterdag 11 juni de bevolking aan de haven om de nieuwe prinses te verwelkomen. De volgende dag werd het vorstelijke huwelijk voltrokken in een dienst in de Catharinakerk waarin hofprediker Jean Taffin voorging.
De bruiloft was sober; het feestmaal telde niet meer dan drie of vier tafels met genodigden en er werd niet gedanst. Het cadeau van de Staten van Holland bedroeg 6000 pond. Dat werd ook het jaargeld voor Charlotte. Ze woonden eerst in Breda, later in Antwerpen, dicht bij de frontlinie.

Moordaanslag
In 1580 vaardigde koning Filips II de ban uit tegen Willem van Oranje. Wie hem zou vermoorden, mocht rekenen op een beloning van 25.000 gulden en zou niet bestraft worden. Hierop liet Willem hofprediker Loyseleur de Villiers een apologie opstellen waarin de prins zich verdedigde. De Staten-Generaal zwoeren Filips II af als koning en maakten dat bekend in het Plakkaat van Verlatinghe. Er kwam een scheuring in de Nederlanden, die duurde tot 1815.
Charlotte de Bourbon vreesde dat haar man elk moment kon worden gedood. Dat werd bijna realiteit op zondag 18 maart 1582, toen de 20-jarige Jean Jaureguy –Bask van geboorte en werkzaam voor een Spaanse koopman in Antwerpen– het kasteel van Oranje te Antwerpen binnenstapte, de prins een petitie overhandigde en tegelijk schoten op hem afvuurde waardoor Oranje zwaargewond raakte. Het bloeden was zo hevig dat het alleen maar gestelpt kon worden door de wond achter het oor met de hand dicht te houden. Dat lukte na enige tijd.
Charlotte werd betreurd door zeer velen die haar hadden leren kennen als een lieve, vrome en onzelfzuchtige vrouw
Charlotte verpleegde haar man wekenlang. Toen Willem weer opknapte, kreeg zijn vrouw zware koortsen. Ze overleed op 5 mei 1582, 35 of 36 jaar oud. De slag was groot. Willem werd weer weduwnaar en bleef achter met tien kinderen.
Charlotte werd betreurd door zeer velen die haar hadden leren kennen als de lieve, vrome en onzelfzuchtige vrouw van Oranje. Jan van Nassau erkende nu ook dat zij een zegen was geweest voor zijn oudste broer. Charlotte de Bourbon werd begraven in de Onze Lieve Vrouwekathedraal te Antwerpen.