Direct naar artikelinhoud
vijf vragen

Koeien en geiten in Amerika besmet met H5N1: gevreesde vogelgriep rukt weer iets verder op

Epidemiologen zijn zeer ongerust nu het vogelgriepvirus H5N1 in Amerika koeien en geiten heeft besmet en ze ziek lijkt te maken. Tegelijkertijd waarschuwen kenners voor overhaaste conclusies. Tekenen dat het gevreesde virus zich opmaakt voor een sprong naar de mens zijn er nog niet.

Een melkveehouderij in het Miden-Westen van Amerika.Beeld Getty

Vogelgriep bij andere dieren dan vogels, hoe bijzonder is dat?

Het is voor het eerst dat het vogelgriepvirus H5N1 opduikt bij herkauwers. In Texas en Kansas vroegen veeboeren zich af waarom sommige van hun koeien ziek zijn: ze eten slecht, geven minder melk en hebben soms koorts en diarree.

Begin deze week kwam de uitslag. De dieren zijn besmet met H5N1, de gevreesde, zeer ziekmakende vogelgriep die in 2020 opkwam in Europa en zich sindsdien over bijna de hele wereld heeft verspreid.

Over de auteur
Maarten Keulemans is wetenschapsredacteur bij de Volkskrant, met als specialismen microleven, klimaat, archeologie en gentech.

Tweeduizend kilometer noordelijker, in de staat Minnesota, doodde het vogelgriepvirus op een hobbyboerderij intussen enkele jonge geitjes. Het virus werd aangetroffen in de hersenen van een van de dode dieren.

Er zijn weliswaar talloze andere zoogdieren die besmet raakten met vogelgriep, uiteenlopend van vossen en beren tot zeehonden, maar daarbij gaat het in de regel om roofdieren of aaseters die waarschijnlijk met H5N1 besmette vogels hadden gegeten.

Hoe heeft het virus de sprong gemaakt naar koeien en geiten?

Dat is nog onduidelijk. Amerikaanse experts vermoeden dat het virus bij de grazers kan zijn terechtgekomen via besmet drinkwater of zwerfkatten. Zo werden op enkele van de getroffen boerderijen dode vogels aangetroffen en deelden de geiten in Minnesota hun erf met een pluimveekolonie die moest worden geruimd wegens vogelgriep.

Aanwijzingen dat het virus zich genetisch heeft aangepast en van koe tot koe kan overspringen, zijn er in elk geval niet. ‘Er is nog geen reden voor paniek. Het ziet ernaar uit dat dit weer een besmetting is vanwege contact met dode wilde vogels’, aldus de Amerikaanse viroloog en griepexpert Stacey Schultz, in de New York Times.

Als er geen reden is voor paniek, wat verklaart dan de onrust onder epidemiologen?

Omdat koeien (en geiten) dichter bij de mens staan, is de grote angst dat het vogelgriepvirus, eenmaal in het lijf van een koe, ‘leert’ om andere zoogdieren te besmetten. Zo is bekend dat griepvirussen soms ook varkens gebruiken als ‘kweekvat’ van meer mensachtige varianten.

‘Zorgwekkend’ en ‘verontrustend’, noemt de Texaanse epidemioloog Gregory Gray de ziektegevallen bij koeien dan ook in wetenschapsblad Science.

Enigszins geruststellend is de uitkomst van een Duits experiment waarbij men vier kalveren besmette met H5N1. De dieren werden niet alleen nauwelijks ziek, ze werden ook niet erg besmettelijk. Dat wekt de indruk dat herkauwers voor het virus eerder een doodlopende straat zijn dan een springplank waarvandaan vogelgriep ook op de mens kan overgaan.

Moeten na pluimvee straks ook koeien en geiten worden geruimd?

Voor zulke speculaties is het nog te vroeg. Het Amerikaanse landbouwministerie vindt het ruimen van de getroffen boerderijen in elk geval nog niet nodig. Melk van zieke dieren wordt apart gehouden, zoals toch al het voorschrift was. Bij eventuele gemiste ziektegevallen zou het pasteuriseren van melk genoeg moeten zijn om het virus, voor zover aanwezig, te doden.

In Europa is het vogelgriepvirus vooralsnog niet vastgesteld bij herkauwers. Wel raden experts aan koeien en geiten voor de zekerheid ook hier te testen op antistoffen tegen H5N1. Dat zijn de immunologische vingerafdrukken van het virus in het bloed, die erop wijzen dat het virus eerder een dier heeft besmet.

Extra waakzaamheid is geboden, vinden kenners. Vogelgriep zorgt doorgaans vooral in het voorjaar voor problemen, omdat dan de vogeltrek op gang komt. Ook dat kan een reden zijn waarom de koeien en geiten uitgerekend nu besmet zijn geraakt.

Zijn er ook weleens meevallers als het gaat om vogelgriep?

Die zijn er. Dinsdag meldden Chileense wetenschappers een geruststellende vondst: het vogelgriepvirus lijkt niet erg dodelijk voor pinguïns. Met gps-trackers volgden de experts zeven adéliepinguïns die besmet waren geraakt met H5N1. Ze ontdekten dat de dieren maanden na de besmetting nog leefden en als vanouds bleken te jagen op vis.

Grote schrik was er toen het vogelgriepvirus vorig jaar ook pinguïns begon te besmetten. Dat zou ‘een van de grootste ecologische rampen van de moderne tijd’ kunnen inluiden onder de geïsoleerde pinguïnpopulaties van Antarctica, schreven biologen in een alarmerend artikel. Maar mogelijk horen pinguïns gelukkigerwijs tot de vogelsoorten die van nature wat minder ziek worden van het vogelgriepvirus.