Direct naar artikelinhoud
Een lange neus richting een machteloos kabinet
Column

Een lange neus richting een machteloos kabinet

Is er ooit in de naoorlogse politieke geschiedenis een pas geïnstalleerde regering geweest die een zo desastreus begin kende? Rutte IV wordt in zijn eerste week al van alle kanten beschoten en uitgedaagd. Denk aan die fakkeloptocht in Groningen waar afgelopen weekeinde tienduizend mensen tegen ‘Den Haag’ fulmineerden. 

Maar ook aan de opstand van de seniorenafdelingen van de regeringspartijen die in een brandbrief tegen het loslaten van de koppeling tussen het minimumloon en de AOW protesteren. Of die vijftienduizend demonstranten tegen de coronamaatregelen die het Museumplein op zondag blijven bezoeken. Als toetje heb je die eerste opiniepeiling na de beëdiging van de nieuwe regering, waarin de grootste coalitiepartijen samen 22 virtuele zetels verliezen (VVD 9, CDA 8, D66 5).

Burgerlijke ongehoorzaamheid

De kern van de onvrede ligt elders, diep in de samenleving verankerd omdat aan het coronabeleid van Rutte IV geen touw vastgeknoopt kan worden. De halfslachtige versoepeling van de lockdown gaat gepaard met het opzwepen van een gevoel van onrechtvaardigheid in de samenleving: waarom kunnen winkels wel open en bars, restaurants of musea niet? Waarom mogen artiesten niet optreden? 

Het antwoord van de betrokkenen heeft de vorm van een brede beweging van burgerlijke ongehoorzaamheid aangenomen. Naar de regering wordt niet meer geluisterd: horeca gaat toch open, theaters worden kapsalons zodat artiesten kunnen optreden, debatcentrum De Balie is door directeur Yoeri Albrecht in een kerkgenootschap omgedoopt, enzovoort. Niets is te ludiek of te gek om een lange neus te kunnen trekken richting een gloednieuw maar machteloos kabinet. “Er zijn 85.000 winkels en 450 musea. Waarom mogen die laatste niet als doorstroomlocatie open zijn?”, vraagt voorzitter Jan Zoet van de Taskforce culturele en creatieve sector zich af.

Zijn er precedenten waarin het regeringsparool zo massaal uit de lucht wordt geschoten? En wat betekent dit voor een overheid waar niet meer naar geluisterd wordt? Tijdens het coronapraatje van Rutte en coronaminister Ernst Kuipers vrijdagavond werd de vraag gesteld of het kabinet zijn gezag in de samenleving is verloren. Van het confuse antwoord van Rutte is mij alleen zijn populistische nietszeggendheid bijgebleven: ‘Ik voel met de hele samenleving mee. Ook zelf ben ik er  helemaal klaar mee, u bent er klaar mee, Ernst Kuipers is er klaar mee. We zijn er allemaal klaar mee’.

En toen vragen werden gesteld over het verschil tussen de open buitenlanden en het nog steeds halfdichte Nederland, toen werd gevraagd waarom Nederland als enige zo streng is, kwam er geen duidelijk antwoord van de premier. Toen Mark Rutte op 18 december de lockdown afkondigde, droomde hij misschien van een hernieuwde status van Europese gidsland. “We zijn niet de enige, heel Europa heeft hiermee te maken.” Niet dus: Nederland lijkt nu op een droevig Gallisch dorp, als enige in ascetische stand en zonder gebraden everzwijnen, maar omringd door de muziek en zang die uit de buitenwereld sijpelt.

Drie keer per week werpt columnist Sylvain Ephimenco zijn blik op de actualiteit. Lees zijn columns hier terug.