Direct naar artikelinhoud
Stevo Akkerman
Column

Fraai, die tradities, maar het moet allemaal niet te kousenband worden

Er wordt weleens geringschattend gedaan over de monarchie en de werkdruk van ­monarchen, maar ik geef het je te doen. 

Door de straten te worden gevoerd in een donker gewaad, voorzien van pluimen, kwasten, een sjerp en een ketting, op je hoofd een baret met een enorme struisvogelpluim en om je linkerkuit een kousenband, terwijl er van een kous helemaal geen sprake is. En dan niet laten blijken dat je jezelf ook wel een beetje afvraagt wat de betekenis van dit alles is.

Willem-Alexander deed dat knap, vond ik, toen hij maandag werd geïnstalleerd als Stranger Knight of the Most Noble Order of the Garter, ofwel de Ridder in de Orde van de Kousenband. Had de Queen hem zelf de band omgebonden? Hoogstwaarschijnlijk niet, ze laat dat al sinds jaren doen door een page, en ik denk dat ze voor onze koning geen uitzondering zal hebben gemaakt. 

Een zekere magie

Er zijn geen beelden van de ceremonie, en zo hoort het ook. Er moet een zekere magie in stand worden gehouden, een onzichtbare band met vorige geslachten, uiteindelijk terug­voerend tot 1348.

Ik stuitte op oude tv-fragmenten; de lach van Beatrix maakte een zeer geamuseerde indruk

En dus betrachtte Willem-Alexander een gepaste mate van ernst, al zag ik hem ook wel lachen bij de wandeling van Windsor Castle naar St. George’s Chapel. Zijn moeder deed dat in 1989 ook, toen zij Lady van de Kousenband werd. Ik stuitte online op prachtige oude tv-fragmenten, en Beatrix’ lach maakte op mij een zeer geamuseerde indruk, maar ik kan me natuurlijk ver­gissen.

De kousenband waar alles mee begon, was van de gravin van Salisbury, zo wil de overlevering, en zij verloor die op de dansvloer. Waarna ­koning Edward III hem opraapte met de woorden ‘Honi soit qui mal y pense’: wee degene die hier kwaad van denkt. Ik dacht: eindelijk! Jarenlang had ik me afgevraagd waar de raadselachtige titel (‘Qui mal y pense’) van de Elsevier-columns van wijlen Jan Brusse vandaan kwam, en nu wist ik het.

Meer moois

Er kwam meer moois tevoorschijn, want via Twitter geraakte ik bij een ietwat erotisch gedicht uit 1665, geschreven door Catharina Questiers en gericht aan juffrouw Cornelia van der Veer, ‘op haar kouseband, die zij op mijn kaamer had laaten leggen’.

Wou my de hulp-goddin van ’t groot Aegyptenlant
Zoo gunstigh zijn, als zy wel eertijds Iphis deedde.
Ik liet, spijt Engelland, een Waapen voor my smeeden,
En wiert een Ridder van dees nieuwe Kousebant.

Zo lijkt het allemaal spel, dit gehannes met kledingstukken en aanspreektitels, dit toneel van vorsten en vorstinnen, maar er moet iets achter schuilgaan dat meer betekent dan wapperende veren op rare hoeden. De monarchie verbindt de natie, zegt men altijd als gevraagd wordt naar het waarom van paleizen, koetsen en kroonjuwelen. Dat wil ik graag aannemen, maar als het al te kousenband wordt, krijg ik last van hevig rationele oprispingen. Dat ongerijmde, dat potsierlijke, waar is dat goed voor? Misschien weet ik het ook wel. Het is omdat het spel belangrijk is; het laat zien dat wij meer zijn dan onze ratio.

Drie keer per week schrijft Stevo Akkerman een column waarin hij de ‘keiharde nuance’ en het ‘onverbiddelijke enerzijds-anderzijds’ preekt.

Lees ook:

Naar oeroude Britse traditie krijgt Willem-Alexander een kousenband aan zijn been gegespt

Willem-Alexander en Máxima zijn weer actief aan de overkant van het Kanaal. Op Windsor Castle, een van de vele paleizen van de Britse royals, werd de Hollandse koning, evenals de Spaanse Felipe, geïnstalleerd als ridder in de Orde van de Kousenband.