Tbs’er minder vaak in de fout na vrijlating
Utrecht
Deze daling blijkt uit een grootschalig onderzoek naar recidive in de forensische zorg van het WODC, het wetenschappelijk onderzoeksinstituut van het ministerie van Justitie en Veiligheid. De rechter kan deze geestelijke gezondheidszorg, verslavingszorg of verstandelijke gehandicaptenzorg opleggen naast een gevangenisstraf. Tbs (terbeschikkingstelling) met dwangverpleging is de zwaarste maatregel en wordt gemiddeld honderd keer per jaar opgelegd. Daarnaast is er bijvoorbeeld een ISD-maatregel voor veelplegers en zijn er algemene forensische klinieken voor behandeling van psychische stoornissen, die soms een rol kunnen spelen bij gepleegde zeden- of geweldsmisdrijven.
Gemiddeld gaat meer dan de helft van alle veroordeelden weer in de fout binnen twee jaar na de beëindiging van de forensische zorg. Het percentage recidivisten na tbs is met 19 procent het laagst van alle groepen die forensische zorg hebben ontvangen. ‘Dat komt ook doordat de gemiddelde leeftijd van tbs’ers die vrij komen hoger is’, zegt onderzoeker Klaus Drieschner. ‘Mannen zijn begin twintig in de leeftijd met het hoogste risico. Vanaf 40 jaar plegen zij al veel minder delicten.’
Dat het gemiddeld aantal delicten van de ex-tbs’ers daalt, vindt Drieschner opvallend. ‘Dat zou kunnen komen doordat burgemeesters en zorginstellingen meer samenwerken en ze er na een delict goed op toezien dat zo iemand niet nog eens in de fout gaat.’
veelplegers
Het is voor het eerst dat het WODC de recidive van de gehele forensische zorg heeft onderzocht. Sinds de jaren tachtig is het aantal ontvangers van deze zorg fors gestegen. Er stromen nu circa 6000 personen per jaar uit. Het hoogst is de recidive onder de veelplegers die een Maatregel Inrichting Stelselmatige Daders (ISD) kregen opgelegd; driekwart van hen ging binnen twee jaar na vrijlating weer in de fout. Drieschner: ‘Dit zijn mensen met zulke lange strafbladen dat het al een prestatie is dat een op de zeven na deze maatregel zijn criminele carrière beëindigt.’
Het onderzoek beantwoordt niet de vraag hoe effectief forensische zorg is. Het is niet te onderzoeken hoe vaak deze delinquenten in de fout zouden gaan als ze geen behandeling hadden gekregen. Mannen, jonge personen en delinquenten die in het buitenland zijn geboren, recidiveren vaker dan andere groepen; ook de lengte van het strafblad en de leeftijd waarop het eerste delict wordt gepleegd spelen mee. <