Direct naar artikelinhoud
NieuwsRutte in Curaçao

Nederlandse hulp aan Curaçao wordt door oppositie al snel gezien als kolonisatie

Nederland gaat Curaçao helpen bij zijn plannen voor een beter financieel beheer, een effectiever overheidsapparaat en economische groei. Een convenant hierover is deze week in Willemstad getekend door de premiers van beide autonome landen binnen het Koninkrijk, Mark Rutte en Eugene Rhuggenaath.

Minister-president Mark Rutte tijdens de conferentie Bon Bini for Business, 21 januari 2019.Beeld ANP

Officieel is sprake van een ‘samenwerkingsconvenant’, maar duidelijk is dat Nederland het voortouw neemt, al is dat op verzoek van Curaçao. Den Haag stelt een ‘ervaren transitiebegeleider’ ter beschikking. Deze zal helpen bij het vinden van projecten die bijdragen aan economische groei en een krachtiger bestuur.

Curaçao - sinds 2010 samen met Sint Maarten autonoom binnen het Koninkrijk, Aruba is dat al sinds 1986 - heeft jaren van economische krimp achter de rug. ‘Het is moeilijk, maar we gaan vooruit’, zegt premier Rhuggenaath. ‘Wij staan klaar om te helpen’, zo hield premier Rutte zijn gehoor voor. Volgens hem is het eiland sinds zijn laatste bezoek, in 2013, flink ten goede veranderd: ‘Het swingt.’

De Nederlandse bereidheid om Curaçao ‘volledige ondersteuning’ te geven, ook bij de aanpak van de nog altijd groeiende problemen met migranten uit het buurland Venezuela, zal op het Caribische eiland zelf tot veel politieke kritiek leiden. De regering-Rhuggenaath kent in het Curaçaose parlement een behoorlijke meerderheid. Maar voor de oppositie, die eerder zelf aan de macht is geweest, geldt een uitgestoken hand van Nederland al snel als een poging de Caribische delen van het Koninkrijk opnieuw te koloniseren.

Minister-president Mark Rutte tijdens een wandeling door Willemstad, 21 januari 2019.Beeld ANP

De angst daarvoor komt niet geheel uit de lucht vallen. Niet alle drie de ‘bijzondere gemeenten’ binnen het Koninkrijk (Saba, Sint Eustatius en Bonaire) beschikken sinds de hervorming in 2010 al over voldoende eigen, bestuurlijke en financiële expertise. In november vorig jaar dwong Nederland Bonaire tot een bestuursakkoord. Daarmee nam Den Haag de leiding in het beheer van de financiën en ambtenarij. Sint Eustatius kent sinds begin vorig jaar een door Nederland aangestelde regeringscommissaris.

Op het autonome Sint Maarten heeft Nederland nu veel zeggenschap omdat het ruim een half miljard euro uittrekt voor de wederopbouw na de verwoesting door de orkaan Irma, in september 2017. Nederland heeft op dit Caribische eiland ook invloed op het bestuur, doordat het Sint Maarten dwong een zogeheten Integriteitskamer op te richten.

Een onafhankelijk College van Financieel Toezicht (CFT) adviseert de drie autonome Caribische eilanden onder meer bij het opstellen van de begrotingen. Op Curaçao bijvoorbeeld blijkt dan telkens dat de overheidsfinanciën onvoldoende zijn gewaarborgd. Daardoor dreigt in het uiterste geval ingrijpen door Nederland, met alle spanningen binnen het Koninkrijk die dit elke keer weer oplevert.

Het nu gesloten convenant tussen Nederland en Curaçao moet voorkomen dat het komt tot een dergelijk ingrijpen en de ruzies die hiervan het gevolg zijn. Dat het akkoord er nu is, heeft ook te maken met de goede persoonlijke verstandhouding tussen de premiers Rutte en Rhuggenaath. Rutte was op het eiland voor de zakentop ‘Bon Biní for Business’, een initiatief van beide regeringsleiders, waaraan ook tientallen Nederlandse bedrijven en investeerders deelnamen.