Direct naar artikelinhoud
Reportage

Met xenofobie hoopt Turkse presidentskandidaat Kiliçdaroglu de zwevende kiezer te winnen

Kemal Kiliçdaroglu, tegenkandidaat van de Turkse president Erdogan, heeft zijn verkiezingscampagne een xenofobe draai gegeven. Daarmee hoopt hij de zwevende kiezers onder met name de Turkse jeugd en onder nationalistisch rechts binnen te halen. In studentenstad Eskisehir lijkt het te werken.

Straat in de progressieve Turkse studentenstad Eskisehir, met verkiezingsposters van Erdogan en Kiliçdaroglu zij aan zij.Beeld Foto Ayça Aldatmaz

Dat is wel even schrikken. Nota bene in Eskisehir, de ‘studentenstad’ van Turkije en een oase van progressiviteit, wordt de nieuwe campagneboodschap van de centrumlinkse CHP erin gehamerd, en die boodschap kan worden samengevat met: alle Syriërs en andere migranten oplazeren.

Op zuilen en muren in de stad werden begin deze week de partijposters uit de eerste ronde van de presidentsverkiezingen vervangen door posters met een aanzienlijk schrillere toon. Eén ding bleef hetzelfde: opnieuw prijkt op een diepblauwe achtergrond het bebrilde gelaat van de 74-jarige Kemal Kiliçdaroglu, de man die op 14 mei een teleurstellende 44,9 procent scoorde terwijl zijn tegenstander, president Recep Tayyip Erdogan, al bijna de overwinning kon verzilveren. Hij kreeg 49,5 procent van de kiezers achter zich.

De ontzetting was groot in het CHP-kamp, dat in de peilingen was aangewezen als de grote kanshebber. Wat te doen om op zondag 28 mei het kolossale gat van 5 procentpunt te dichten? Na een paar dagen intern beraad was een antwoord gevonden: de CHP zet zijn kaarten nog meer dan voorheen op de Turkse jeugd én op nationalistisch rechts. Dus staat nu, op een van de nieuwe affiches, met witte kapitalen en een uitroepteken: SURIYELIRER GI-DE-CEK! De Syriërs zullen weggaan.

Op een campagneavond dinsdag voor de jeugd in feestzaal Kent Palace in Eskisehir zien de jongeren er allesbehalve conservatief uit. Hipsterbaard is troef en de meisjes hebben lak aan zedige kledingregels. Later op de avond wordt er uitbundig gedanst op de rock van de linksgezinde Niyazi Koyuncu en zijn band.

Onvervalst xenofoob

De politieke toonsoort echter is onvervalst xenofoob. Twee grote schermen naast het podium tonen voortdurend de nieuwe posters, waaronder die over de Syriërs en één met TERREUR ZAL STOPPEN! ‘Het dynamiet dat de regering-Erdogan onder de samenleving heeft gelegd, is het vluchtelingenprobleem’, zegt Oguzhan Demir, voorzitter van de plaatselijke CHP-jongeren, in zijn inleidende praatje.

Campagneavond van de CHP voor jongeren in feestzaal Kent Palace in Eskisehir met op het scherm een verkiezingsbeeld van lijsttrekker Kemal Kiliçdaroglu.Beeld Ayça Aldatmaz

Feestredenaar Bülent Tezcan, vicevoorzitter van de landelijke CHP, doet er een paar scheppen bovenop. ‘Er zijn nu tien miljoen asielzoekers in Turkije’, roept hij, geagiteerd en met fikse overdrijving. ‘Als Erdogan aan de macht blijft, zullen er nog eens twintig miljoen Syriërs en Afghanen bijkomen. De onveiligheid op straat zal verder toenemen, onze jongeren zullen geen werk meer kunnen krijgen.’ De keus zondag is simpel, zegt Tezcan: óf dertig miljoen migranten in Turkije, óf alle ongewenste buitenlanders het land uit. ‘Als je ze weg wil hebben’, besluit hij, ‘kies dan Kiliçdaroglu!’

De xenofobe draai van de presidentskandidaat lijkt een wanhopige vlucht naar voren. Met zijn nadruk de afgelopen maanden op het falend economisch beleid van de regering-Erdogan heeft hij de kiezers kennelijk onvoldoende kunnen overtuigen. Verder had de zachtmoedige oud-bureaucraat een inclusief verhaal, hij probeerde diverse bevolkingsgroepen te omarmen.

Maar nee, niet de Syriërs. In die zin is Kiliçdaroglu’s boodschap niet veranderd. Hij zegt al geruime tijd dat de Syrische vluchtelingen binnen twee jaar terug moeten naar hun land. Wat sinds vorige week anders is, is de toon. Dat wordt ook openlijk toegegeven. ‘Het publiek wil die duidelijkheid’, zegt Butay Erdogan, vicevoorzitter van de CHP in Eskisehir.

Jonge partijactivisten

Ook jongeren willen duidelijkheid. Er was verdriet alom bij de CHP, op de ochtend na de eerste stemronde op 14 mei, zegt Butay Erdogan. ‘Maar toen meldden zich twee jongens en een meisje bij mij. Ze wilden zich inzetten voor de campagne. En ze waren lang niet de enigen. Dat heeft mij weer gemotiveerd.’

In het CHP-kantoor van Eskisehir vertellen acht jonge partijactivisten wat hen drijft in de politiek. Desgevraagd kunnen ze zich volkomen vinden in Kiliçdaroglu’s retoriek tegen de Syriërs. In hun betoog loopt de hele onderbuik leeg. Syriërs stelen en vechten, op straat is het niet langer veilig. In het aardbevingsgebied hebben ze geplunderd. Ze vallen vrouwen en meisjes lastig. Ze pikken onze banen in. Ze krijgen meer kansen dan Turken. Ze krijgen meer kinderen dan de Turken, ‘Arabisering’ van Turkije dreigt.

En de humanitaire nood van mensen die uit een oorlog komen dan? ‘Ja, vrouwen en kinderen zijn welkom’, zegt Burak Kisecik (20), student elektrotechniek. ‘Het zijn de mannen die de samenleving ontwrichten.’

Toegegeven, met dit alles komen de acht jongeren alleen als er nadrukkelijk naar wordt gevraagd. Uit zichzelf vertolken ze andere zorgen. ‘De economie, het onderwijs, vrouwenrechten, mensenrechten’, zegt Irem Bayram (19), student architectuur. Door het gebrek aan vrijheid houden veel jongeren zich volgens haar angstvallig buiten de politiek. Onder president Erdogan is het allemaal achteruit gehold. En met een Turkse zegswijze: ‘Als niemand zijn hand onder de steen legt, gebeurt er niets.’ Oftewel: wij jongeren moeten onze verantwoordelijkheid nemen.

Het jeugdig elan is opmerkelijk, ook tijdens het feest in Kent Palace. Kennelijk is de moed de jonge sociaal-democraten na de eerste ronde niet in de schoenen gezonken.

De CHP-jongeren weerspiegelen het beeld van de Turkse jeugd dat wordt geschetst in een reeks recente rapporten over Generatie Z in Turkije, geboren tussen 1997 en 2012. De British Council, de Konrad Adenauer Stiftung en het Nederlandse Glocalities geven een fascinerend beeld van een generatie die hunkert naar vrijheid en emancipatie.

Gendergelijkheid

Turkse jongeren hechten veel waarde aan gendergelijkheid, mensenrechten en het milieu. Geweld tegen vrouwen wordt alom genoemd als probleem. Meer dan negen van de tien ondervraagden vindt vrouwen in niets minder dan mannen. Religiositeit boet in aan belang. Tweederde was niet tevreden met de huidige regering. In een peiling van het Turkse Metropoll en het Center for American Progress wordt Erdogan gezien als ‘de belichaming van een gevestigde orde die jonge Turken in de steek laat’.

Cijfers over de steun voor Erdogan onder jongeren in de eerste ronde zijn er nog niet. Het Kiliçdaroglu-kamp gaat er echter van uit dat onder hen het electorale fruit rijp is voor de pluk, en op weinig plekken in Turkije is dat zo tastbaar als in Eskisehir.

De stad telt drie universiteiten, er wonen ruim honderdduizend studenten. Een op de acht inwoners is student. Het creëert een sfeer van stedelijke ongedwongenheid, nog eens versterkt door autovrije winkelstraten en een mooie, door het centrum meanderende gracht. Utrecht op z’n Turks. Horeca met alcohol is er volop, lhbti’ers gaan betrekkelijk ongestoord hun gang.

‘Je kunt in Eskisehir doen wat je wil. Het is veilig, niemand let op je’, zegt Sila Özpinar (19), student economie. Met haar vriendin en studiegenoot Damla Yildirim (18) zit ze op een terras in Collesium, een van de twee uitgaansbuurten. Zoals een groot deel van de studenten in de stad gaan beiden zondag Kiliçdaroglu stemmen.

‘We zijn erg boos over een interview met de president op Instagram, waarin hij nare dingen zegt over lhbti’ers’, zegt Sila. ‘Volgens Erdogan is het onacceptabel in een moslimland en vernietigt het het gezin.’ Voor Sila en Damla is zo’n uitspraak onaanvaardbaar. Ze behoren zelf tot de lhbti-gemeenschap, de vriendinnen hebben een relatie en wonen samen. ‘We willen niet overdrijven’, zegt Damla. ‘Als Erdogan wordt herkozen, zal heus de sharia niet worden ingevoerd. Maar het is duidelijk dat het land achteruit zal gaan.’

Erop of eronder

Tegenkandidaat Kiliçdaroglu zal over lhbti geen kwaad spreken, dat zou hem alleen maar stemmen kosten. Maar wat de vluchtelingen betreft, scheert de sociaal-democraat Erdogan rechts voorbij. Dat bleek ook woensdagavond, toen hij te gast was in Open Microfoon, het Turkse College Tour. Het programma is een kijkcijferkanon, het kan politici maken en breken. Gezien de electorale grilligheid van de jeugd kon de uitzending voor Kiliçdaroglu erop of eronder zijn. Hij deed het behoorlijk goed.

Dezelfde dag speelde de CHP-leider nog een sterke kaart uit. Hij verscheen met Ümit Özdag, leider van de rechts-xenofobe Overwinningspartij, op een persconferentie waar Özdag zijn steun voor Kiliçdaroglu bekendmaakte. ‘Als je wilt dat onze vrouwen en dochters veilig over straat kunnen’, zei hij, ‘als je wilt dat Turkije geen Göçmenistan (Migrantenstan) wordt, stem dan zondag Kiliçdaroglu.’ De kandidaat stond er tevreden glimlachend naast.

Donderdag werd een peiling van Al-Monitor en Premise Data gepubliceerd. Erdogan en Kiliçdaroglu gaan nek-aan-nek, met de president 1 procentpunt op kop. Veel kiezers (15 procent) twijfelen nog. Kiliçdaroglu lijkt dus nog kans te hebben. De vraag is alleen: wat zijn peilingen waard, na de flagrante misrekening van 14 mei?

Over de auteur
Rob Vreeken is correspondent Turkije en Iran voor de Volkskrant. Hij woont in Istanbul. Daarvoor werkte hij op de buitenlandredactie, waar hij zich specialiseerde in mensenrechten, Zuid-Azië en het Midden-Oosten. Hij is auteur van Een heidens karwei - Erdogan en de mislukte islamisering van Turkije.