Direct naar artikelinhoud
Veel regen zorgt in noord-Noorwegen voor extreem lage energieprijzen.Beeld Eric Fokke
Waterkracht

Sneeuw en regen het hele jaar door: stroom is in het noorden van Noorwegen vrijwel gratis

Terwijl in het noorden van Noorwegen het water over de dammen van de stuwmeren stroomt, staat het zuiden vrijwel droog. Dat doet rare dingen met de stroomprijzen.

Bijna alle elektriciteit – 90 procent – in Noorwegen wordt opgewekt met waterkracht. Dat maakt dat slecht weer goed nieuws betekent voor de energieprijzen. Wat dat aangaat heeft het noorden van Noorwegen niets te klagen: al het hele jaar sneeuwt en regent het daar, afgewisseld met af en toe een paar dagen zon. Stroom komt voor een habbekrats uit de stopcontacten.

In het zuiden van het land bereiken de energieprijzen daarentegen recordhoogtes. Hier is het al lange tijd warm en droog en ook in de winter is er niet veel sneeuw gevallen. Er is dus amper smeltwater dat de stuwmeren vult. Noren in het zuiden betalen hierdoor voor hun stroom een veelvoud van het bedrag dat hun landgenoten in het noorden kwijt zijn.

Noorwegen is verdeeld in vijf energieregio’s. In het zuiden gaan dagprijzen nu over de vier kronen (zo’n 40 eurocent) per kilowattuur, in het noorden is dat rond 0,02 Noorse kroon, oftewel tweehonderd keer goedkoper (0,002 eurocent). En stroom is daar ook nog eens btw-vrij.

Slechte verbinding tussen noord en zuid

Het zuiden kan niet profiteren van het energienetwerk in het noorden van Noorwegen omdat er een slechte verbinding is. Het overschot uit het noorden is daarom niet zomaar naar het zuiden overgebracht. In sommige meren staan de dammen open om overtollig water af te voeren – het stroomt zomaar weg, zonder elektriciteit op te wekken. Bewoners zien plots echte rivieren op plekken waar ze al jaren amper water hebben zien stromen.

Politici in het zuiden van Noorwegen pleiten dezer dagen voor dikke kabels naar het noorden zodat in het gehele land meer evenwichtige energieprijzen ontstaan. Politici in het noorden werpen dat idee verre van zich. Steeds meer bedrijven die op zoek zijn naar schone en goedkope energie kijken naar het noorden en willen zich daar vestigen. Laat ze maar komen, roepen ze in het noorden.

Wat in die discussie meespeelt, is dat Zuid-Noorwegen wel goede verbindingen heeft met Duitsland en Nederland en daar is een grote vraag naar groene en liefst betaalbare stroom. Je zou wel gek zijn, redeneren ze in het noorden, om die stroom naar die landen te voeren waardoor zich dáár fabrieken, datacentra en andere grootgebruikers gaan vestigen in plaats van bij ons.

Lofoten, een eilandengroep in het noorden van Noorwegen.Beeld Eric Fokke

Zweden profiteert

Intussen maakt Zweden slim gebruik van deze situatie. Dat land heeft goede verbindingen met het noorden van Noorwegen, maar ook binnen Zweden zelf, van noord naar zuid. En daar verkopen ze de spotgoedkope stroom weer voor kapitalen aan zuidelijk Noorwegen. Een ‘goudmijn’, koppen Noorse media.

Elektrificeren boorplatforms op laag pitje

Door de energiecrisis in Europa wordt in Noorwegen nu ook weer het elektrificeren van olieboorplatforms ter discussie gesteld. Een kwart van de Noorse CO2-uitstoot komt van de olie-industrie, waar gascentrales de boorplatforms ter plekke van stroom voorzien. Noorwegen is ondanks de klimaatcrisis geenszins van plan te stoppen met olie- en gaswinning, maar heeft wel het nobele streven om die industrie CO2-neutraal te maken. 

Daarvoor moeten die platforms op landstroom worden aangesloten, zodat ‘schone’ waterkracht gebruikt kan worden om de olie naar boven te halen. Dat leidt wel tot hogere energieprijzen, maar dat is een discussie die de Noorse regering niet opnieuw wil voeren.

Waterkracht wordt beschouwd als ‘schone’ energie en Noorwegen heeft daar veel van. Maar deze manier van stroom opwekken heeft ook nadelen, vooral voor de biodiversiteit. Met de aanleg van stuwdammen verdwenen ook gebieden waar rendieren grazen omdat ze onder water kwamen te staan.

Ook voor de zalm heeft het negatieve gevolgen. Visseneitjes vallen droog of volwassen zalmen kunnen gewoonweg de rivier niet meer opzwemmen en stikken in droge rivierbeddingen. Volgens een overzicht van de Noorse publieke omroep NRK zijn in minstens elf rivieren de zalmen verdwenen.

In nog eens veertig rivieren staat het water zo laag dat zalm daar op het punt van uitsterven staat. Het gaat om in totaal 550 kilometer aan rivieren waar zalm is verdwenen of dreigt te verdwijnen. Energiebedrijven zijn amper te vermurwen meer water te laten stromen. Die kijken vooral naar energieprijzen, en wanneer het loont, stroom te produceren.

Lees ook:

Waarom is gas zoveel duurder in Nederland?

“Je ziet nu in het algemeen lagere energieprijzen in landen met relatief veel waterkracht, kolen- of kernenergie in hun energiemix”,

Het smeltwater van de Himalaya geeft miljoenen mensen te drinken

De Utrechtse berghydroloog Walter Immerzeel klimt voor onderzoek naar de hoogste toppen ter wereld. Zijn doel: begrijpen hoe de bergen onze rivieren vullen, en hoe klimaatverandering dat proces gaat verstoren.