Direct naar artikelinhoud
Reportage

Stenen de hete steden uit werken: makkelijker gezegd dan gedaan

Steden moeten vergroenen om biodiversiteit te behouden én zich wapenen tegen klimaatextremen. In Zwolle geeft de stichting Straatboer betegelde tuintjes van sociale huurwoningen een make-over. En het werkt. ‘Lekker met een bakkie naar de hommels kijken.’

In de bloemenbuurt in Zwolle heeft de stichting Straatboer meegeholpen met het ‘onststenen’ van enkele tuinen.Beeld Harry Cock / de Volkskrant

‘Kijk, zie je hem graven? Prachtig toch?’ Tamara Stijf (42) kan haar opwinding over de onbekende, geel-zwart gevleugelde gast in het perkje van de onlangs geplante bol-acacia nauwelijks bedwingen. ‘Als ik hier in de schaduw zit, kan ik zo een half uur kijken naar dat gekrioel.’

Niet dat Stijf altijd zo begaan was met flora en fauna. Toen ze twee jaar geleden haar sociale huurwoning in de Zwolse wijk Pierik betrok, bekent ze ietwat beschaamd, liet ze achter een perenboompje weghalen en betegelde ze de voortuin volledig. ‘Van een wespje raakte ik al in paniek. En tegels zijn saai maar makkelijk – ze nemen ook geen hap uit je budget.’

Zonder de aansporing en hulp van stichting Straatboer had ze niet snel besloten een rij tegels uit het voortuin te wippen. Die maakten plaats voor onder andere hemelsleutels en een bescheiden vlinderstruikje. In de hoek is een hommelhotel verrezen. 

De buxus die ze zelf plantte heeft het zichtbaar zwaar door de droogte. Maar de tomatenplant profiteert van de mediterrane temperaturen, die ook Overijssel hebben bereikt. ‘Ik heb er nog vier liggen, dus deze laat ik mooi rood worden.’ Water geven kan ze gerust overlaten aan haar dochter van 4. Die genoot laatst ook van de lieveheersbeestjes. ‘Die zag je hier eerder niet.’

Welzijn en biodiversiteit

Een bijenwolf, zo heeft Christaan Kuipers (32) de wespachtige graver inmiddels gedetermineerd. In een reclame voor zijn stichting Straatboer zou hij Stijf zeker moeten laten opdraven. Want precies dit is zijn missie: tuintjes van sociale huurwoningen ontstenen en meer enthousiasme voor biodiversiteit in de stad teweegbrengen. ‘Het is een begin’, zegt de ecoloog over de vergroende strook van amper 2 vierkante meter. ‘Maar je moet ergens beginnen.’

Steen is niet meer heilig in de stad – integendeel. Vorig jaar werden er in Nederland circa 1,5 miljoen tegels ‘gewipt’ in het officieuze NK, dit jaar staat de teller tot dusver op ruim 1 miljoen. Overheden, zowel lokaal als landelijk, hebben steeds meer aandacht voor het belang van groen in stedelijk gebied, bleek recentelijk ook uit een inventarisatie door onderzoekers van de Wageningen Universiteit. Ontstenen draagt bij aan gezondheid en welzijn, versterkt de klimaatbestendigheid in zowel natte als hete perioden en bevordert de stedelijke biodiversiteit.

Maar de stenen de stad uit werken is makkelijker gezegd dan gedaan. Bij nieuwbouw krijgt groen meer de ruimte, al zijn er geen normen voor. Met name in bestaande wijken verloopt het ontstenen moeizaam, aldus de Wageningse onderzoekers. Corporaties vinden bomen maar lastig of wijzen naar de gemeente. Die maakt zich weer druk om leidingen in de grond of om de onderhoudskosten in tijden waarin op alles bezuinigd moet worden. Kuipers: ‘Iedereen wil wel, maar er gebeurt te weinig.’

Het klimaatvraagstuk blijkt bovendien opnieuw een sterke sociale dimensie te hebben. Wijken waar veel mensen wonen met minder inkomen, aldus het rapport, zijn het meest versteend. Je ziet het terug in Pierik. In sommige voortuinen in de Crocusstraat blijft het groen beperkt tot een deurmat van kunstgras of het onkruid tussen de tegels. 

Toch is het een vooroordeel dat sociale huurders niets met groen hebben, zegt Kuipers. ‘Maar het is wel een doelgroep die soms een zetje nodig heeft.’

Veel huurders hebben nu eenmaal niet het gevoel dat een huis echt van hen is. En ze hebben vaak andere zaken aan hun hoofd. Een voortuin professioneel herinrichten kost bovendien al gauw duizend euro. Straatboer werkt met vrijwilligers en grotendeels ‘tweedehands’ planten van particulieren, uit openbaar groen of gedoneerd door bedrijven. Circa 25 tuinen zijn nu zo opgefleurd.

Goudsbloemen niet opdringen

De metamorfosen werken aanstekelijk en verbindend, zo blijkt. ‘De buuf is ook aan de slag gegaan’, zegt Saskia (50). ‘Die Spaanse margrieten hebben we samen geplant.’ Toen ze vorig jaar in de huurwoning trok, was de voortuin ‘een en al tegel’. Maar haar man was net overleden en bij haarzelf werd kanker vastgesteld. ‘Dus tuinieren had geen prioriteit. Daarom was ik blij met de hulp. Nu vind ik er veel afleiding in. Zit ik lekker met een bakkie naar de hommels te kijken.’

De goudsbloemen moeten de bewoners niet opgedrongen worden, vindt Kuipers. En de maatvoering komt nauw. Voor zestiger Ria Oldenbeuving is de bescheiden border langs de stoep al heel wat. ‘Elke dag wieden zou voor mij geen doen zijn’, zegt ze. ‘Maar dit staat toch een stuk fleuriger.’

De huurders mogen dan begeesterd raken door vrouwenmantel en wilde marjolein, op bestuurlijk niveau zijn de geesten nog niet altijd even rijp. Zo’n doorgeschoten wilg, die even verderop in de Cyclamenstraat voelbaar verkoeling biedt? ‘Zo’n tuin noemen ze bij de woningbouwcorporatie al snel verloederd’, weet Kuipers. Laatst verzocht een beleidsmedewerker vriendelijk doch dringend gewipte tegels te bewaren voor als toekomstige bewoners toch weer een ‘onderhoudsarme’ tuin zouden willen. ‘Gelukkig grepen collega’s in. Daar willen we toch juist van af, zeiden ze.’

Niet alleen bij woningcorporaties moet de knop nog om, vindt Kuipers. Terwijl de gemeente Zwolle zijn project koestert, werd aan de rand van de wijk onlangs een hele rij populieren gekapt. ‘Dan voel je je even heel klein.’

De ecoloog is ervan overtuigd dat in de toekomst de grote opgave niet is hoe onze huizen te verwarmen in de winter, maar hoe genoeg verkoeling te vinden in de zomer. Zeker in de stad, een ‘hitte-eiland’ waar het al gauw 2 graden warmer is. Daarom, zegt hij terwijl de temperatuur is opgelopen tot 30 graden, moet je echt meer bomen en struiken planten. ‘Maar dan moet je wel bereid zijn een paar parkeerplaatsen op te offeren.’