Direct naar artikelinhoud
ReportageOorlog Oekraïne

In een verlaten steengroeve traint een Tataars bataljon voor de bevrijding van de Krim: ‘Als Allah het wil, krijgen we ons moederland terug’

Een soldaat van het Krim-bataljon.Beeld Giulio Piscitelli voor de Volkskrant

‘Wij waren misschien wel de enige Oekraïners die ook blij waren toen Rusland ons binnenviel.’ Een legereenheid van Krim-Tataren maakt zich op voor de strijd in het oosten en het zuiden van Oekraïne. Maar hun missie is een andere: de bevrijding van de Krim.

In een stoffige oude steengroeve zo’n 90 kilometer ten zuiden van Kiev schiet een handvol militairen om de beurt met een granaatwerper op een etalagepop. “Weer mis?” Een man met een lange baard knikt zijn jongere collega bemoedigend toe, terwijl die nog eens gaat liggen en aanlegt. “Je moet even vergeten dat het een vrouw is. Het is een Rus, denk daar maar aan.” De lach van zijn collega’s galmt door de groeve.

Het is op zich geen vreemd gezicht in Oekraïne. Overal in het land trainen legereenheden voor de strijd in het oosten, in groeves, de vrije natuur en verlaten fabrieken. Maar dit is geen regulier Oekraïense bataljon, het is het islamitisch bataljon Krim.

Het bataljon is onderdeel van het reguliere leger, maar bestaat uit vrijwilligers, voor een groot deel moslims. Zo ook de 23-jarige Uskud, niet zijn echte naam, een lange jongen met een verlegen voorkomen, en een sjaal over zijn neus en mond. Waarom hij zijn eigen naam niet wil geven? “We delen liever niets over wie we zijn en waar we vandaan komen”, zegt hij met een zachte stem. “Om onze familie in het moederland te beschermen”, zegt zijn 35-jarige collega Kerim, die erbij is komen staan, eveneens met afgedekte neus en mond. Kerim knijpt Uskud in zijn schouder. Ze zijn vrienden sinds ze in februari bij elkaar in het bataljon zitten.

Leden van het Krim-bataljon houden schietoefeningen.Beeld Giulio Piscitelli voor de Volkskrant

Uskud en Kerim zijn Krim-Tataren, een islamitische minderheid die al honderden jaren op het Oekraïense schiereiland de Krim woont. “Wij waren misschien wel de enige Oekraïners die dit jaar in februari ook blij waren toen Rusland Oekraïne binnenviel”, zegt Uskud. De Krim werd in 2014 ingenomen door de Russen. In de jaren daarna werd het steeds onwaarschijnlijker dat het schiereiland weer deel uit zou gaan maken van Oekraïne. “De invasie (in februari, red.) leidde ertoe dat we weer een kans zagen om ons moederland te bevrijden”, zegt hij.

Zijn stem klinkt vol hoop, maar zijn ogen, de sjaal en zijn houding vertellen een ander verhaal. Het is maar zeer de vraag of de Krim ooit kan worden terugveroverd, en of de westelijke bondgenoten het zullen toestaan, omdat ze Poetin niet te veel willen tarten. En dus zitten deze twee mannen, eigenlijk in een zeer lastig parket.

Hoewel ze zeggen trots te zijn om in het Oekraïense leger mee te vechten, zijn ze ook duidelijk over wie ze zijn: eerst Krim-Tataar, dan pas Oekraïner. Ze hebben allebei geen relatie, vertellen ze, maar hun familie en vrienden wonen nog altijd op de Krim. En dus zijn ze als de dood dat hun familie wordt gestraft door de Russen als die erachter komen dat zij hier aan Oekraïense kant meevechten.

Bewogen verleden

Om hun positie te begrijpen dien je de geschiedenisboeken in te duiken. Want de Krim-Tataren waren niet altijd een minderheid op de Krim. Toen tsarina Catherina de Grote in 1783 de Krim inlijfde, woonden daar al honderden jaren moslims met met een heel eigen geschiedenis, machtsstructuur en taal, die verwant is aan het Turks. Ze leefden in een Kanaat, een staat die bestond vanaf 1441 en het kanaat van de Gouden Horde opvolgde, en waren de facto een protectoraat van het Ottomaanse Rijk, en continu in staat van oorlog met het Russische rijk. De jaren voor de annexatie werd hun grip op het gebied steeds zwakker.

Bewogen verleden
Beeld Giulio Piscitelli voor de Volkskrant

Nadat de tsarina het gebied had ingenomen, russificeerde ze het: de moslims werden getolereerd als onderdeel van het Russische rijk, mits ze zich aanpasten door onder meer Russisch te leren. Plaatsnamen werden aangepast, en de oorspronkelijke bewoners moesten accepteren dat steeds meer Russen naar de Krim verhuisden. In de Sovjet-tijd ging de russificatie verder.

Tijdens de Duitse bezetting had een deel van de Krim-Tataren op het schiereiland gecollaboreerd met nazi’s, en Sovjet-leider Jozef Stalin rekende dat de hele bevolkingsgroep aan. Dus liet hij in 1944, van de ene op de andere dag, alle 240.000 Krim-Tataren deporteren naar de Sovjet-republiek Oezbekistan, drieduizend kilometer verderop, inclusief de tienduizenden mannen die in het Rode Leger tegen de Duitsers hadden gevochten.

Dit hoofdstuk in de geschiedenis was nauwelijks bekend in Europa, tot in 2016 de Oekraïense en Krim-Tataarse Jamala, met haar liedje ‘1944’ dat over deze deportatie gaat, het Songfestival won.

Ontluisterende terugkeer

Het is een groot trauma voor de Krim-Tataren, vertellen de soldaten in de groeve. “Mensen werden ’s nachts van hun bed gelicht en mochten niets meenemen.” “In de veewagon stierven veel mensen van de dorst.” “Ze werden als dieren behandeld, net zoals de inwoners van Boetsja.” “In Oezbekistan werden ze uit de trein gegooid in een veld zonder dat er iets van eten of huisvesting was”, vertellen de soldaten.

Tienduizenden Krim-Tataren stierven tijdens de reis en vlak daarna. En terwijl de overlevenden opnieuw moesten beginnen, ver van huis, werden hun huizen op de Krim weggegeven aan Russen die naar het schiereiland waren gebracht. Hierdoor veranderde de bevolkingssamenstelling van de Krim: het is een van de redenen dat het schiereiland later internationaal als een ‘pro-Russische regio’ bekend werd, en de Russen op veel steun konden rekenen tijdens de annexatie in 2014.

In een steengroeve ten zuiden van Kiev oefenen soldaten van een Tataarse eenheid in het Oekraïense leger hun schietvaardigheid op een etalagepop.Beeld Giulio Piscitelli voor de Volkskrant

Hoewel het leven in Oezbekistan goed was, wilden de Tataren koste wat het kost terugkeren, zegt de Amerikaanse historicus Brian Glyn Williams, auteur van het boek The Crimean Tatars – From Soviet Genocide to Putin’s Conquest, in een videogesprek. “Andere minderheden, zoals de Tsjetsjenen, vochten om hun land terug te krijgen, maar de Krim-Tataren bleven altijd vreedzaam protesteren. Ze waren uitzonderlijk vasthoudend.”

Toen de Sovjet-Unie uiteenviel, keerde bijna de helft van de Tataren terug, met toestemming van de nieuwe Oekraïense staat. “Dat klinkt nobel van de Oekraïners, maar dat was het niet”, zegt Williams. Het was Turkije, waar een grote Tataarse diaspora leeft, dat bij de Oekraïners aandrong dat ze moesten terugkeren. Oekraïne heeft lange tijd helemaal niets gedaan voor de terugkeerders, legt de historicus uit. “Eigenlijk zijn ze pas tijdens de oorlog, dus sinds 2014, belangrijk geworden voor Oekraïne.”

Terug in de steengroeve, bevestigen de Tataarse soldaten dat ze zich niet altijd zo welkom hebben gevoeld in Oekraïne. Toen hun ouders terugkeerden, kregen ze de huizen niet terug, en moesten vechten om een stukje land om daar iets op te bouwen, zeggen de soldaten.

Voor de jonge generatie terugkeerders was het een koude douche. Hun hele leven hadden ze de mooiste verhalen gehoord over het thuisland. Iedere avond moesten ze bidden voor terugkeer naar ‘de mooie heuvels van de Krim’. Maar wat viel hen ten deel toen ze daar aankwamen? Kerim snuift: “Thuis heerste er armoede en op school werden we uitgescholden door de Oekraïners en Russen.”

De Russische annexatie

En toen werd het 2014. De Tataarse minderheid had het inmiddels voor elkaar gekregen dat ze eigen scholen, buurthuizen, musea en een universiteit mochten stichten. Maar de annexatie door Rusland deed alles teniet. Opnieuw werden ze gerussificeerd. Vele prominente Tataren, politici, journalisten en activisten moesten vluchten. De Krim-Tataarse televisiezender ATR moest stoppen en de feestdag voor de herdenking van de deportaties werd verboden. Diverse activisten die bleven, werden uiteindelijk opgepakt, enkelen zijn dood en gemarteld teruggevonden. De mensen die zijn achtergebleven leven veelal in armoede omdat de grootste bron van inkomsten op het schiereiland, toerisme, is opgedroogd. Eeuwenoud erfgoed van de Tataren, zoals het Khanpaleis in de heilige plaats Bachtsjisaraj is door de Russen leeggehaald en onherstelbaar beschadigd.

‘Je moet even vergeten dat het een vrouw is. Het is een Rus.'Beeld Giulio Piscitelli voor de Volkskrant

Tegelijkertijd speelde de annexatie de Tataren in Oekraïne in de kijker. Op het schiereiland waren het namelijk de Krim-Tataren die het verzet tegen de Russen aanvoerden. Met de deportatie nog vers in het geheugen, waren het de Krim-Tataren die en masse de straat op gingen om tegen de Russische bezetting te demonstreren. Toen de beelden hiervan in heel Oekraïne werden uitgezonden, werden de moslims ineens in de armen gesloten. Tataarse vluchtelingen werden onthaald als verzetshelden en Kiveenaren gingen trots naar de nieuw geopende Tataarse restaurants in hun stad.

Eindelijk erkenning

Sinds februari dit jaar krijgen de Tataren nog meer voor elkaar, zegt historicus Williams. President Volodymyr Zelensky sprak ze toe op de dag dat ze de deportaties herdenken en gaf ze de lang gewenste status van inheemse bevolking. “Voor de Tataren is het essentieel dat ze verwelkomd worden in de Oekraïense schoot. Ze wilden een erkende, inheemse bevolkingsgroep zijn en afgevaardigden krijgen in het Oekraïense parlement. Ineens lukt dat, maar wel pas toen het Oekraïne uitkwam. Is dat niet opmerkelijk?”, zegt Williams.

De Tataarse zender ATR zendt tegenwoordig programma’s uit vanuit Kiev. Met programma’s waarin de bevolking, die op de Krim via een VPN-verbinding kijkt, keer op keer te horen krijgt moed te houden en dat Oekraïne achter hen staat. Ook zijn er speciale programma’s over de vriendschap tussen Oekraïners en de Krim-Tataren, waarin bijvoorbeeld Oekraïners die de Tataarse taal leren, worden geïnterviewd.

Ook het bestaan van het Krim-bataljon kan worden gezien als een voorbeeld van de verbroedering tussen Oekraïne en de moslimminderheid. Na jaren lobbyen kregen de moslims twee eigen bataljons. Het Krim-bataljon, waarvan enkele leden vandaag trainen in de steengroeve, is daar maar al te trots op, zeggen ze.

Dat Oekraïne in eerste instantie geen moslimbataljon wilde, kwam doordat de liefde eerst moest groeien, zegt commandant Isa Akaev (58),die we in Kiev spreken. Toen de Tataren de Krim wilden verdedigen in 2014 was het leger nog niet zover, zegt hij. “De meeste mensen in het leger zijn getraind in de Sovjet-tijd. Toen was het niet gebruikelijk bataljons samen te stellen op basis van etniciteit en religie. De legerleiding heeft inmiddels in het Westen geleerd dat het wel degelijk slim kan zijn, omdat het goed is voor de onderlinge moraal om mensen bij elkaar te zetten die elkaars waarden delen.”

Commandant Isa Akaev is trots dat zijn eenheid nu formeel onderdeel is van het Oekraïense leger. De liefde moest groeien, zegt hij.Beeld Giulio Piscitelli voor de Volkskrant

De waarden van dit bataljon? “Niet roken, niet drinken, respect voor vrouwen en liefde voor de Krim”, zegt Akaev. Dat laatste geldt ook voor de soldaten die niet Tataars zijn. Zoals Maoz (31) uit Kabardië-Balkarië, een islamitische republiek die deel uitmaakt van Rusland, een goedlachse man die hier vandaag traint met Uskud en Kerim in de groeve. Er zijn ook soldaten uit Tsjetsjenië, vertelt hij. “Wij zijn hier om als moslimbroeders naast elkaar tegen onze gemeenschappelijke vijand Rusland te strijden, en de Krim voor onze broeders terug te veroveren.”

Denken de mannen echt dat dat zal gebeuren? Zelensky geeft gemengde signalen: in sommige speeches, zoals ook deze week, zegt hij dat terug wil naar de situatie van vóór februari 2022, maar eerder noemde hij als doel alle veroverde gebieden terug te krijgen, ook de Donbas en de Krim. Volgens Akaev verspreidt hij geen valse hoop: “Het gaat gebeuren.”

‘Onhaalbare droom’

Als professor Williams dit hoort, schudt hij zijn hoofd. “Het gaat absoluut niet gebeuren.” Oekraïne mag al blij zijn als het terug kan naar de grenzen van vóór februari, herhaalt de historicus de boodschap van diverse internationale militaire experts.

De Krim terugveroveren is ten eerste militair bijna onmogelijk, maar het zou ook een stap te ver zijn voor westelijke leiders, omdat het Poetin onnodig zou provoceren. Dat weet Zelensky maar al te goed, maar als hij dit toegeeft, zal zijn volk hem defaitisme verwijten en dat kan hij nu niet doen, zegt Williams. “Vergeet niet dat het twee eeuwen Russisch is geweest. Zelfs Navalny (de Russische oppositieleider, red.) is voor behoud van de Krim voor Rusland”, zegt hij. “Het is een droom: naïef en gevaarlijk.”

Immers, hoe meer voor deze droom wordt gevochten, en bataljons als deze zich hierover uitlaten in de media, des te meer ze hun familie op de Krim een doelwit maken, zegt Williams. “Deze soldaten kunnen jou wel vertellen dat alle Tataren op de Krim bij Oekraïne willen horen, maar ik hoor ook andere verhalen van mensen op de Krim. Veel Krim-Tataren hebben de terugkeer vanuit Oezbekistan nog meegemaakt en zijn bang voor iedere vorm van negatieve aandacht die ertoe zou kunnen leiden dat ze opnieuw worden gedeporteerd. Je zou ook kunnen stellen dat deze mannen zich laten misbruiken voor Oekraïense propaganda.”

Williams zucht. “Het is ook fascinerend. Ze hebben zó’n eergevoel; ze kunnen gewoon niet stoppen met vechten tegen Moskou. Ik bewonder dat, ik romantiseer het zelfs. Ik zie ze als nobele overlevenden van genocide die het telkens weer lukt om vreedzaam hun natie te herschapen, maar je moet ook bereid zijn compromissen te sluiten, wil je kunnen blijven bestaan.”

Het voorlopige doel: de etalagepop

Vasthouden aan Oekraïne zou kunnen leiden tot scheuringen in families, denkt Williams. Sommige Krim-Tataren hebben gebruikgemaakt van de nieuwe situatie, en hun biezen gepakt naar Europa, dat alle Oekraïense vluchtelingen verwelkomt, dus ook hen. Onder hen zijn veel jonge jongens, zegt Kerim, die er alles aan doen om de Russische dienstplicht te ontlopen. Daarom kiezen ze nu voor Europa of Oekraïne, het land waarin ze opgroeiden.

De vaak wat oudere Krim-Tataren die op de Krim zijn achtergebleven, willen koste wat het kost blijven, vermoedt Williams. “Ze zijn weggegaan uit Oezbekistan, waar ze het goed hadden, voor ‘het moederland’. Denk jij dat deze mensen als het erop aan komt Oekraïne boven hun heilige grond verkiezen?”

Als de soldaten in de groeve dit wordt voorgelegd, wuiven ze het weg, met “Wij gaan die Russen wél verslaan” en “Als Allah het wil, krijgen we ons moederland terug”. De 35-jarige Kerim is de enige die even stil is als hij de vraag hoort. “Tataren haten de Russen, dat zit in ons bloed. Maar misschien is die bevrijding wel een enigszins theoretische droom”, zegt hij. Om zich dan om te draaien, en zich met een knikje naar de etalagepop aan de andere kant van de groeve tot een collega te richten. “Pak je scherpschuttersgeweer. We gaan verder.”