Direct naar artikelinhoud
Ronde van Italië

Koen Bouwman wint 19e etappe Giro, waarom zijn de Nederlanders zo goed?

Koen Bouwman, die vrijdag zijn blauwe trui als beste klimmer in de Giro veiligstelde, voor de start van de etappe van vrijdag in gesprek met de Ecuadoriaan Richard Carapaz, leider in het klassement.Beeld AFP

Koen Bouwman won vrijdag zijn tweede rit in de Giro. Hij was de snelste in de sprint van een kopgroep van vijf. Bijna elke dag rijden er Nederlandse renners voorop in de Ronde van Italië. Vijf redenen waarom Nederlanders zo prominent in beeld rijden.

Het zijn er veel

Met veel kan je meer. Zeventien renners uit Nederland waren dit jaar actief in Italië. Dat is het grootste aantal in een grote ronde sinds de Tour de France van 2015. Opvallend was dat vrijwel elke Nederlander wel een dag in beeld was. De enige die niet door de camera’s werd gespot, was Wesley Kreder van Cofidis. Maar die wist dat van tevoren. Tegen Eurosport zei hij: “Ja, ik ben onzichtbaar, maar dat is ook mijn taak.”

Er is iets om voor te fietsen

Koen Bouwman stelde vrijdag met zijn tweede ritzege de blauwe trui zeker, als beste klimmer van de ronde. Hij is de eerste Nederlander ooit die dat lukt. Het gaf moraal om daar dag in, dag uit voor te fietsen. Ramon Sinkeldam heeft daarvoor een andere reden: hij heeft als taak zijn kopman Arnaud Démare naar Verona te brengen om daar de paarse puntentrui in ontvangst te nemen.

Ze krijgen de ruimte

Gijs Leemreize, Koen Bouwman en Pascal Eenkhoorn zeiden het de afgelopen weken allemaal: na het wegvallen van de kopmannen Foss en Dumoulin lagen er voor de jonge Jumbo-Visma-renners meer kansen. Kansen die ze aangrepen.

Thymen Arensman deed dat ook. Hij zocht dagsucces na het wegvallen van zijn kopman, Romain Bardet. En Wilco Kelderman had klassementsambities, maar na een slechte dag op weg naar de Blockhaus stond hij zo ver achter in het klassement, dat ook hij regelmatig een vrijgeleide kreeg.

Mathieu van der Poel is van uitzonderlijke kwaliteit

Mathieu van der Poel ging onder meer naar de Giro om te kijken of hij drie weken achter elkaar kon racen. Dat kan hij zeker. Van der Poel verbaast opnieuw deze Giro. Hij won de eerste etappe en zat daarna meerdere dagen mee in de vlucht. Hij gebruikte zijn klassiekertactiek om voorop te komen. Zijn demarrages waren vaak te snel voor de klimmers, waardoor hij vaak op de voorlaatste klim kon anticiperen op de laatste bergkilometers. Zijn voorliefde voor afdalen hielp daarbij.

Het is niet de Tour

Dit klinkt in eerste instantie als een open deur. Maar het is wel degelijk van belang dat in de Ronde van Italië andere renners in actie komen dan in de Tour. Daar, in Frankrijk, is het peloton in de breedte een stuk sterker. Ter illustratie: kopman João Almeida van UAE Emirates kreeg deze Giro geen helpers voor in de bergen mee. Die rijden in de Tour allemaal in dienst van Tadej Pogacar.

Niet dat het peloton in de Giro slecht is, integendeel. Maar het is in de Giro eenvoudiger om de ruimte te krijgen. Bovendien speelt mee dat veel jonge renners nog onbekend zijn bij de rest, waardoor ze iets meer ruimte kregen. Toen Stefano Oldani in etappe twaalf onder meer Gijs Leemreize versloeg, noemde de Italiaan hem niet bij zijn naam, maar betitelde hij hem als ‘the other guy’. Onbekende renners worden onderschat, zo bleek ook deze Giro weer.

Lees ook:

Teleurstelling en vreugde voor Nederlanders in zwaarste etappe Giro

Teleurstelling en vreugde voor de Nederlanders in een van de zwaarste etappes deze Ronde van Italië. Na 200 kilometer en 5000 hoogtemeters strandde Thymen Arensman op 10 seconden van de dagwinnaar. Ondertussen verstevigde Koen Bouwman zijn bergtrui.