Direct naar artikelinhoud
Analyse

Het economische model van China is over de houdbaarheidsdatum heen, maar hervormingen blijven uit

China begint tegen de grenzen van zijn economische model aan te lopen. Maandag maakte het land historisch lage groeicijfers bekend. Wat zeggen de nieuwste cijfers over de stand van de Chinese economie?

Personeel van een speelgoedfabrikant in Lianyungang werkt aan pluche knuffelbeesten die naar ­Europa en de VS worden geëxporteerd.Beeld Si Wei / Getty

On-Chinees lage cijfers zijn het, die de Chinese overheid maandag bekendmaakte: een economische groei van 4 procent in het vierde kwartaal van 2021. Het is het laagste groeicijfer sinds 1990, op de eerste maanden van 2020 na, toen covid-19 net was uitgebroken. De Chinese economie herpakte zich toen snel, maar lijkt nu in een neerwaartse trend beland.

De Chinese economie heeft last van het strenge zerocovidbeleid en van onrust in de vastgoedsector. Maar China stuit ook steeds meer op de grenzen van zijn economische model, en dreigt in een lange periode van trage groei terecht te komen. Een overzicht van de nieuwste cijfers, hun geloofwaardigheid en wat ze ons leren over de stand van de Chinese economie.

Economische groei: 4 procent (vierde kwartaal 2021)

2021 begon fantastisch voor de Chinese economie, met een spectaculair herstel na de coviddip: in het eerste kwartaal werd een groei van 18,3 procent behaald. Maar halverwege het jaar begon het herstel te sputteren. Op jaarbasis levert China nog steeds mooie cijfers af (8,1 procent groei), maar daar gaat een dramatisch vierde kwartaal achter schuil. De Chinese overheid vermijdt overigens grote sprongen in haar groeicijfers, dus die 4 procent is mogelijk iets mooier dan de werkelijkheid.

De Chinese groei wordt deels geremd door het zerocovidbeleid, dat in tijden van delta (en sinds kort omikron) regelmatig tot onderbrekingen voor toerisme en horeca leidt. Maar voor een deel riep de Chinese overheid de economische schade ook over zichzelf af, door een plotse golf van regulering in de tech-, bijles- en entertainmentindustrie, en door een agressieve schuldafbouw in de vastgoedsector.

Sinds afgelopen zomer lijkt president Xi begonnen aan een grote schoonmaak: grote techbedrijven kregen miljardenboetes opgelegd wegens monopolievorming of schendingen van de dataprivacy. De populaire sector van naschoolse privélessen werd afgeschaft. En de entertainmentsector kreeg striktere censuur opgelegd: een hoop tv-programma’s en films werden afgevoerd. Gevolg: kelderende beurswaarden, ontslagronden en weggevaagde groei.

Ook de problemen in de bouwsector begonnen met strengere regels: door de invoering van strikte schuldlimieten ging vastgoedreus Evergrande aan het wankelen, met onrust in de hele sector tot gevolg. Terwijl Evergrande nu langzaam wordt ontmanteld, is de huizenverkoop in elkaar gezakt. Met 30 procent van het Chinese bbp voortkomend uit vastgoed, doet dat de economie op zijn grondvesten daveren.

Groei detailhandel: 3,5 procent (vierde kwartaal 2021)

De schoonmaak van Xi is gericht op oud vuil. Het Chinese economische model, gebaseerd op investeringen, schulden en export, is over zijn houdbaarheidsdatum heen. China wil een nieuw model, gebaseerd op consumptie en innovatie. Xi deed ingrepen in de vastgoedsector om de schuldopbouw te beperken, in de techsector om innovatie aan te wakkeren, en in de bijlessector om huishoudbudgetten te sparen, of in Xi’s woorden: ‘gemeenschappelijke welvaart’ te creëren.

De ingrepen werden met gemengde gevoelens onthaald: ze pakken weliswaar misstanden aan, zoals dure bijlessen of schendingen van de privacy door big tech, maar vergroten ook de overheidscontrole. ‘Er zit een controle-element in, maar er zitten ook zaken in die goed zijn voor de Chinese samenleving’, zegt Bert Hofman, directeur van het Oost-Azië Instituut aan de Nationale Universiteit van Singapore en voormalig China-directeur van de Wereldbank. ‘De Chinese overheid zegt: onze privébedrijven moeten werken voor het grotere goed van onze samenleving. Veel westerse landen delen die filosofie.’

Maar wat de reguleringsgolf niet deed, is China dichter bij zijn nieuwe groeimodel brengen. De Chinese economie bleef in 2021 sterk afhankelijk van export (23,3 procent groei in het vierde kwartaal), terwijl de groei van de detailhandel (3,5 procent in het vierde kwartaal) achterbleef bij de verwachtingen.

Groei detailhandel: 3,5 procent (vierde kwartaal 2021)
Beeld Barcroft Media via Getty

Werkloosheid: 5,1 procent (december 2021)

De Chinese overheid wil een door consumptie aangedreven groeimodel, maar Chinese consumenten houden hun hand op de knip. Het zerocovidbeleid, met zijn plotse reisrestricties en lockdowns, zet een domper op toerisme en horeca. De reguleringsgolf kostte honderdduizenden banen in de tech-, entertainment-, bijles- en vastgoedsector, en deed het consumentenvertrouwen geen goed.

Officieel valt de werkloosheid in China mee: 5,1 procent. Maar Chinese werkloosheidscijfers zijn notoir onbetrouwbaar. Ze houden geen rekening met arbeidsmigranten: als zij geen werk vinden in de stad, worden ze geacht naar het platteland terug te gaan en in hun eigen onderhoud te voorzien. En ze schrappen iedereen die niet beschikbaar is voor de arbeidsmarkt, bijvoorbeeld door quarantaine.

Het afgelopen kwartaal kwam regelmatig nieuws naar buiten over ontslagronden bij bedrijven die zijn getroffen door de reguleringsgolf. iQiyi – het Netflix van China – dankte 20 procent van zijn personeel af, Kuaishou – een concurrent van Tiktok – 30 procent. Bijlesinstituut New Oriental maakte bekend 60 duizend van zijn 105 duizend werknemers te hebben ontslagen. Evergrande, dat naar eigen zeggen ieder jaar indirect 3,8 miljoen banen creëert, is een slagveld.

Ook zonder betrouwbare cijfers zijn er signalen van toenemende werkloosheid in China. Steeds meer vrouwen zijn actief als pakjes- of maaltijdbezorger, traditionele opvangbaantjes voor wie zonder werk zit. Wijkopzichters en -schoonmakers, ook een typische noodoplossing, lijken steeds jonger te worden. In de straten van Beijing zijn steeds meer straatverkopers te zien. En het aantal deelnemers aan staatsexamens, om een overheidsbaan te bemachtigen, lag 1,6 miljoen hoger dan in 2019.

Liefdadigheid: 0,21 procent (2020)

‘De consumptie verhogen is niet gemakkelijk’, zegt Jue Wang, universitair docent Chinese economie aan de Universiteit Leiden. ‘Het is niet: vorig jaar kocht iedereen één tv, dit jaar kopen ze er twee. Je moet naar de welvaartsverdeling kijken, naar de inkomens en spaartegoeden, naar de gezondheidszorg en pensioenen. Mensen moeten zich veilig genoeg voelen over de toekomst om vandaag hun geld uit te geven.’

Experts zijn het erover eens: om de consumptie te verhogen, moet China grote hervormingen doorvoeren in de sociale zekerheid en het belastingstelsel. Het geld moet minder naar staatsbedrijven en lokale overheden, en meer naar lage inkomens en sociale voorzieningen. ‘Dat gaat over heel veel geld en politieke belangen’, zegt Hofman: ‘Het huidige belastingsysteem in China herverdeelt niet. Maar dat hervormen, daar maak je je niet populair mee.’

‘Beijing lijkt niet bereid om die structurele veranderingen door te voeren’, zegt Jacob Gunter, economisch analist van de Duitse denktank Mercator Instituut voor Chinastudies (Merics). De maatregelen die tot nog toe zijn genomen, zijn volgens hem onvoldoende en gaan soms verschillende richtingen uit. ‘Het lijkt in veel opzichten op dat Nederlandse jongetje dat zijn vinger in een barst in de dijk stak om het water tegen te houden, maar er blijven alsmaar barsten bij komen.’

Xi hamert sinds vorig jaar op ‘gemeenschappelijke welvaart’. Maar het blijft vaag wat dat betekent, op miljardendonaties van grote bedrijven na. China kan meer liefdadigheid gebruiken: donaties stegen er in 2020 van 0,14 naar 0,21 procent van het bbp. ‘Maar dat maakt geen enorm verschil’, zegt Hofman. Zelfs in de gulste landen ter wereld wordt nauwelijks 1 procent van het bbp aan liefdadigheid gespendeerd. ‘Dat is niet genoeg om te herverdelen.’

Het is volgens veel experts ook tegenstrijdig om de innovatie te willen verhogen en tegelijk de overheidscontrole over privébedrijven te vergroten. De Chinese overheid denkt innovatie te kunnen stimuleren door staatssubsidies en -interventie, terwijl innovatie normaal juist baat heeft bij minder regels. Het beteugelen van big tech mag positieve aspecten hebben, de agressie waarmee het gebeurde heeft het ondernemersvertrouwen in China geen goed gedaan.

‘Xi promoot het idee dat staatsbedrijven meer middelen moeten krijgen voor innovatie’, aldus Gunter. ‘Dat is lachwekkend. Geen enkele serieuze waarnemer denkt dat staatsbedrijven goed zijn in innovatie. Het zijn gigantische, opgeblazen entiteiten, die niet erg efficiënt omgaan met kapitaal.’

Werknemers in beschermende kleding halen goederen uit een vrachtwagen in Xian.Beeld Zhang Jie / Getty

Groeiprognose: 4,3 tot 5,5 procent (2022)

Analisten verwachten dat China dit jaar een laag groeicijfer houdt. De overheid houdt voorlopig aan het zerocovidbeleid vast, en de transitie van investerings- naar consumptiegedreven groei blijft haperen. Veel economen voorspellen voor 2022 een groei net boven de 4 procent, maar Beijing wil om politieke redenen allicht graag 5 procent halen. In 2022 vindt het belangrijke Partijcongres plaats, waarop Xi zijn derde termijn wil binnenhalen. Daar horen mooie cijfers bij.

De grote schoonmaak wordt dit jaar dus even op pauze gezet, om plaats te maken voor stimulus. Maandag kondigde de centrale bank van China alvast een renteverlaging voor leningen van middellange termijn aan. ‘Het afbouwen van schulden, het koolstofvrij maken van de economie, het beteugelen van vastgoedspeculatie: dat zal aan de kant worden geschoven als de groei vertraagt’, zegt Gunter. ‘Xi kan zich geen veel lagere groei veroorloven in aanloop naar het Partijcongres.’

Stabiliteit, dat is het mantra voor 2022. Pas als Xi in 2023 weer stevig in het zadel zit en een nieuwe termijn van vijf jaar begint, kan de grote schoonmaak herbeginnen. Maar ook dan blijft het de vraag of de grote uitdagingen – de hervorming van de sociale zekerheid en het belastingstelsel – worden aangepakt. En of Xi de privésector dan weer wat meer ruimte geeft, of verdergaat met zijn uitbreiding van de staatsinterventie.

Bert Hofman van het Oost-Azië Instituut is voorzichtig optimistisch. ‘In de jaren negentig heeft China heel moeilijke hervormingen doorgevoerd. Ze nemen hun tijd, maar doen uiteindelijk wel wat nodig is.’ Ook universitair docent Jue Wang denkt dat de Chinese overheid pragmatisch genoeg is om verder te liberaliseren. Maar ze ziet andere onzekerheden. ‘Hoe de economie het doet, hangt af wat er gebeurt met de pandemie, met de handelsrelaties met de rest van de wereld, met de investeringsprojecten buiten China.’

Jacob Gunter van denktank Merics is sceptischer over de toekomst. ‘Ik voel enig medelijden met Chinese bestuurders: ze staan voor zoveel uitdagingen die hun wortels in de afgelopen decennia hebben, maar nu tot wasdom komen, terwijl de groei vertraagt. Ze moeten de schuld afbouwen, klimaatopwarming en risico’s in de economie tegengaan, het leger moderniseren, allemaal terwijl zich een demografische crisis aftekent. China is goed in het bestrijden van crises, maar dit zijn wel heel veel crises tegelijk.’

Geboortecijfer China naar historisch dieptepunt

In 2021 werden in China 1,4 miljoen minder kinderen geboren dan een jaar eerder, zo maakte het Chinese nationale bureau voor statistiek maandag bekend. In 2021 werden 10,6 miljoen baby’s geboren, tegenover 12 miljoen in 2020. Hoewel Beijing de geboortebeperkingen in 2015 versoepelde en sinds vorig jaar drie kinderen toestaat, ligt het geboortecijfer met 7,52 baby’s per duizend personen het laagst sinds 1949. Veel ouders vinden het opvoeden van een kind erg duur. De Chinese overheid probeert daar iets aan te doen, zoals door het afschaffen van de private bijlessector.