Direct naar artikelinhoud
Interview

Coronavaccins voor kinderen? ‘Je kunt deze weg maar één keer inslaan’

In Oostenrijk, Israël en de VS worden kinderen van 5 tot en met 11 jaar gevaccineerd tegen het coronavirus. In Nederland komt de Gezondheidsraad naar verwachting deze week met een advies. 'Het vertrekpunt is het welzijn van kinderen.’

In de VS kunnen kinderen tussen 5 en 11 jaar oud al een coronavaccinatie krijgen.Beeld REUTERS

Waarom zou je gezonde kinderen in godsnaam vaccineren? Waar de vaccinatie van volwassenen soms al een heikel punt is, is kindervaccinatie onder antivaxers pas echt een steen des aanstoots. Alsof de naald in het bovenarmpje de onschuldige kinderjaren kapot prikt. 

Maar ook mensen met een medische blik zijn kritisch. Een besmet kind heeft immers bijna altijd milde klachten; ernstige ziekte is een uitzondering. Volgens een studie van het LUMC gaat het in Nederland om een kleine honderd ziekenhuisopnamen in de leeftijdsgroep 5-11 jaar, terwijl al honderdduizenden kinderen besmet zijn geraakt.

Toch is kinderarts-immunoloog Emmeline Buddingh (LUMC) in principe voorstander van kindervaccinatie. Zodra vaststaat dat de bijwerkingen miniem zijn, zou ze haar eigen kinderen laten prikken, zei ze vorige maand. Vooral om het risico op het Multisystem Inflammatory Syndrome – Children (MIS-C) te verkleinen; een hevige ontstekingsreactie die levensbedreigend kan zijn en vaak ic-opname vergt.

Het is moeilijk om in te schatten hoeveel kinderen en jongeren in Nederland MIS-C hebben gehad, zegt Buddingh, maar ze houdt het op zo’n 200. Het komt het vaakst voor bij kinderen rond de 8-12 jaar.

Ook vanuit ouders of grootouders is er druk om kindervaccinatie toe te staan. Naarmate er meer virusvarianten opdoken, bleken kinderen immers steeds vaker een rol te spelen bij de virustransmissie. Verder zal een gevaccineerd kind waarschijnlijk minder vaak onderwijs missen. Kinder- en jeugdartsen zien deze ‘indirecte’ voordelen van vaccinatie eveneens: de kans dat de maatschappij tot stilstand komt, wordt kleiner naarmate de vaccinatiegraad van de hele bevolking hoger is.

Toch is Nederland terughoudend. Het Europese Medicijnagentschap EMA gaf al groen licht voor markttoelating, maar zoals gebruikelijk vroeg minister Hugo de Jonge advies aan de Gezondheidsraad. Alleen kinderen met onderliggende aandoeningen als obesitas, chronische longaandoeningen of hartafwijkingen mogen hier een prik halen, aldus een advies van 3 december. Voor gezonde kinderen komt waarschijnlijk deze week een advies, volgens een persvoorlichter van de Gezondheidsraad.

Kinderarts-epidemioloog Patricia Bruijning (UMC Utrecht) is ‘incidenteel geraadpleegd deskundige’, meldt de Gezondheidsraad. Ze spreekt op persoonlijke titel over de afwegingen.

Hoe kijkt u ernaar?

“Het vertrekpunt is het welzijn van kinderen. Daarbij zet je de ziektelast van een infectie en andere nadelen voor kinderen af tegen de vaccineffectiviteit en de kans op bijwerkingen. We weten dat de bescherming tegen infectie ongeveer 90 procent is, maar dat kinderen vaak een milde ziektelast hebben. En over bijwerkingen waren tot voor kort nog te weinig resultaten bekend.”

 Is dat nu anders?

“Het onderzoek naar vaccinveiligheid is uitgevoerd onder 1500 kinderen; te weinig om zeldzame bijwerkingen te kunnen uitsluiten. Berichten uit de VS stellen nu dat er na 5 miljoen kindervaccinaties niet of nauwelijks bijwerkingen zijn. De cijfers zelf heb ik nog niet gezien, maar de berichten zijn zeer bemoedigend. Ze geven hopelijk snel de noodzakelijke bevestiging dat het vaccin heel veilig is. Want dat is nodig voor een zorgvuldige afweging.”

Op welke wijze speelt het voorkomen van ‘indirecte ziektelast’ mee: minder schoolverzuim, minder angst om oma te bezoeken?

“Dat is uiteraard ook een afweging. Het was zelfs een doorslaggevend argument voor de vaccinatie van 11-18-jarigen, die ook een relatief milde ziektelast hebben. Door vaccinatie kon het onderwijs beter doorgang vinden, hoefden tieners niet meer in quarantaine en kregen ze meer bewegingsvrijheid. Open scholen en een open samenleving is beter voor hun ontwikkeling.”

Stel dat de bijwerkingen van vaccinatie heel miniem zijn. Is er dan nog bezwaar tegen goedkeuring?

“Je moet je goed realiseren dat je de weg naar kindervaccinatie maar één keer kunt inslaan. Als je eenmaal zegt ‘we adviseren dit voor alle kinderen’, kun je dat niet meer terugdraaien.”

“Vier maanden geleden was kindervaccinatie nog erg onpopulair, omdat de situatie niet zo precair was. Maar de beslissing zou niet moeten afhangen van weekcijfers. De zorgvuldigheid moet je niet overslaan vanwege paniek. Stel dat er groen licht komt, dan kun je pas op z’n vroegst in januari beginnen met prikken. De eerste effecten zie je pas vanaf eind februari. Misschien is de situatie dan minder precair.”

En ouders die hun kinderen willen beschermen tegen MIS-C dan?

“Als er één medische reden is om gezonde kinderen te vaccineren, dan is het MIS-C. Maar als je dat zuiver cijfermatig bekijkt, weten we nog niet exact hoe goed of hoe lang het vaccin hiertegen beschermt, en hoeveel MIS-C-gevallen we nog kunnen voorkomen. Die cijfers zijn er gewoon nog niet.”

Is er een gulden middenweg?

“Je kunt vaccinatie mogelijk maken voor kinderen en ouders die dat willen. Dat kan het welzijn van sommige kinderen verhogen, bijvoorbeeld omdat je wat angst wegneemt.”

“Ook kun je vaccinatie alleen actief adviseren aan kinderen die niet eerder corona hebben gehad. Want een doorgemaakte infectie beschermt zeer waarschijnlijk ook tegen MIS-C. Bij kinderen die positief zijn getest, zou je dus terughoudender kunnen zijn.”

“Omdat MIS-C vooral voorkomt in de leeftijd van 8-12, kun je overwegen bij vaccinatie wat forser in te zetten op die groep.”

Kinderarts-epidemioloog Patricia Bruijning (UMC Utrecht) is ‘incidenteel geraadpleegd deskundige’, meldt de Gezondheidsraad.