Draadbreuk: Beste netwerktips- en tools van februari

Op netwerkgebied komen er iedere maand handige tools bij en met de juiste tips ontdek je mogelijkheden die je eerder nog niet voor mogelijk hield. In deze maandelijkse rubriek praten we je daarover bij. Netwerkbeheerders, opgelet!

Schakel wpad uit

Zoals de meeste besturingssystemen (waaronder iOS, macOS, Chrome OS en Linux) ondersteunt ook Windows iets dat heet web proxy auto-discovery (kortweg wpad). Dat kan handig zijn in bepaalde omgevingen, zoals scholen of bedrijven, waar de gebruikers geacht worden via een proxyserver het internet op te gaan.

Op die manier kan bijvoorbeeld het webverkeer worden gefilterd en gecachet. Wanneer wpad is ingeschakeld, hoef je de configuratie voor de verbinding met de proxyserver niet zelf uit te voeren, maar gebeurt dat eigenlijk automatisch.

Handig, maar het probleem in Windows is dat wpad standaard is ingeschakeld. Dat maakt het in principe mogelijk voor hackers om je langs een eigen proxyserver om te leiden wanneer je je met een (malafide) openbaar wifi-netwerk verbindt, zodat je privacy niet langer gewaarborgd is.

Tenzij je deze functie absoluut nodig hebt, doe je er beter aan die uit te schakelen. Ga in Windows naar Instellingen en kies Netwerk en internet / Proxy, waar je de knop uitzet bij Instellingen automatisch detecteren.

Facebook blokkeren

Facebook heeft absoluut geen goede naam als het op privacy aankomt. Het bedrijf kan je traceren op andere sites die het bezit (zoals Instagram en WhatsApp) of zelfs op willekeurige sites die een of andere Facebook-module hebben geïnstalleerd.

Er zijn echter verschillende manieren waarop je Facebook (of andere sociale media) op computers kunt blokkeren: dat kan bijvoorbeeld via een proxyserver, firewall of alternatieve dns (zoals het gratis OpenDNS Home). Maar het kan ook via het hosts-bestand. Dit bestand zorgt voor het omzetten van url’s in ip-adressen nog voor er een (externe) dns-service aan te pas komt.

Je vindt dit bestand in de Windows-map %systemroot%\system32\drivers\etc. Standaard is 127.0.0.1 localhost zowat de enige ingang die je in dit platte-tekstbestand aantreft. Wanneer je een ingang toevoegt als 0.0.0.0 www.facebook.com, dan leidt de url www.facebook.com voortaan nergens toe.

Echter, om alle mogelijke ‘kanalen’ voor Facebook af te sluiten, moet je bijna 1500 regels toevoegen: die kun je gelukkig in je hosts-bestand plakken door ze te kopiëren vanuit de lijst die je vind via deze link. Start wel je teksteditor (zoals Kladblok of een betere tool als Notepad++) als administrator op als je het hosts-bestand wilt bewerken.

netwerk

© PXimport

Https op nas inschakelen

Https is een logische veiligheidsvoorziening om je nas (op afstand) te benaderen, maar dat leidt doorgaans tot certificaatfoutmeldingen, omdat de gebruikte certificaten niet ondertekend zijn. Met de dienst Let’s Encrypt vermijd je zulke foutmeldingen. De dienst is gratis en zowel QNAP als Synology hebben inmiddels een Let’s Encrypt-client geïntegreerd. We nemen een Synology als voorbeeld.

Meld je aan met je beheerdersaccount en open het Configuratiescherm. Klik rechtsboven op Geavanceerde modus, kies Beveiliging, ga naar het tabblad Certificaat en klik op Toevoegen. Selecteer de optie Een nieuw certificaat toevoegen, druk op Volgende, vul een duidelijke beschrijving in en vink Krijg een certificaat van Let’s Encrypt aan. Eventueel vink je hier ook de optie Instellen als standaardcertificaat aan.

Druk op Volgende en vul je domeinnaam in. Let wel, zorg dat je nas op poort 80 via die domeinnaam bereikbaar is, zodat Let’s Encrypt de nodige controles kan uitvoeren. Desnoods forward je tijdelijk poort 80 op je router naar poort 80 op je nas. Bevestig met Toepassen. Als alles goed is, wordt je certificaat nu aangemaakt. Je kunt het verder configureren via Beveiliging, op het tabblad Certificaat via de knop Configureren.

netwerk

© PXimport

Cloud- & serveropslag met Cyberduck

Maak je gebruik van verschillende cloudopslagdiensten en wissel je geregeld data uit tussen deze diensten, dan komt een tool als Cyberduck handig van pas. Dit programma kan met diverse diensten en protocollen overweg, waaronder (s)ftp, webDAV, Amazon S3, Google Cloud Storage, Google Drive, Microsoft Azure, Dropbox en Backblaze B2, en sinds versie 6 is daar ook Dracoon en OneDrive bijgekomen. Gebruik je de gratis encryptietool Cryptomator, dan kun je met Cyberduck ook de digitale kluizen van deze tool benaderen.

Er is ook een commandline-interface beschikbaar, met de naam Duck. Die biedt ongeveer dezelfde mogelijkheden en laat zich bedienen zowel vanuit de Windows Opdrachtprompt als een shell in Linux of MacOS. Eén voorbeeld: met onderstaand commando kopieer je een bestand van Dropbox naar een ftp-server, weliswaar na het invoeren van een autorisatiecode:

duck --copy dropbox://<map>/bestand&gt; ftp://<host>/<map></map></host></map>

Wie verder graag zijn server- of cloudopslagruimte vanuit Finder (macOS) of Verkenner (Windows) benadert kan hiervoor Mountain Duck installeren; na een proefperiode moet je hier wel voor betalen (39 dollar, ca. 33 euro).

netwerk

© PXimport

Mac-spoofing

Heel wat routers voorzien in een of meer functies voor ouderlijk toezicht, waarbij je vaak niet meer hoeft te doen dan een toestel te selecteren en de tijden aan te geven waarop dat toestel het internet niet op mag. In nagenoeg alle gevallen werkt deze beveiliging op basis van het unieke mac-adres (media access control) van het apparaat en volstaat mac-spoofing (het maskeren van het mac-adres) om de beveiliging te omzeilen. Overigens volstaat deze truc vaak ook wanneer je computer tegen andersoortige routerblokkades aanloopt.

Op een Windows-pc kan dat meestal vanuit het Apparaatbeheer (devmgmt.msc). Open daar het eigenschappenvenster van je netwerkadapter: ga naar het tabblad Geavanceerd en pas het Network Address aan.

In macOS doe je het vanuit een terminalsessie met het commando:

sudo ifconfig en0 ether aa:bb:cc:dd:ee:ff

Om het mac-adres op een mobiel apparaat (permanent) te wijzigen moet je het in de meeste gevallen rooten (Android) of jailbreaken (iOS), waarna je een app kunt inzetten.

Snellere dns

Zoals je weet zorgt dns voor het omzetten van internet domein- en hostnamen in ip-adressen. De kans is groot dat je computer of router de dns-servers van je eigen internetprovider gebruikt. Maar met alternatieve dns-servers krijg je extra functionaliteit zoals websitefilters of meer snelheid.

Een van de betere tools om de snelste dns-servers op te sporen is DNS Benchmark van Gibson Research Corporation. Start de tool, open het tabblad Nameservers en klik op Run Benchmark. Er worden nu enkele tientallen bekende servers gecontroleerd. De kans bestaat dat je Local Network Nameserver als snelste uit de bus komt, maar dat is wellicht je router aangezien die op je lokale netwerk beschikbaar is en gecachete resultaten nagenoeg onmiddellijk retourneert.

De router maakt op zijn beurt gebruik van de dns-servers van je provider. Wil je die testen, dan moet je die zelf aan DNS Benchmark toevoegen, via de knop Add/Remove. Je achterhaalt die externe dns-servers via de webinterface van je router of eventueel door je pc rechtstreeks aan je modem te hangen en vervolgens op de Opdrachtprompt het commando

ipconfig /all

uit te voeren.

netwerk

© PXimport

Deel dit artikel
Voeg toe aan favorieten