Direct naar artikelinhoud
Getuigenissen'Let's Talk About Sex'

Lust en liefde wereldwijd: ‘Het is niet mijn probleem dat jij me niet aantrekkelijk vindt. Dat is jouw probleem’

Sigi uit IJsland en Egili uit Brazilië.Beeld VRT

Dat we van gelijkheid allemaal gelukkiger worden, is keer op keer bewezen. Wat houdt ons eigenlijk tegen om er gewoon aan te beginnen en die geluksformule te implementeren? Cultuur? Religie? Angst? En wat zou het betekenen voor ons seksleven? Zou het nog even spannend zijn? Worden we elkaar misschien sneller beu? Of wordt het gewoon anders? We reisden de Eén-documentaire Let’s Talk About Sex achterna, vergeleken relaties en seksgewoontes van Brazilië tot Japan, en kwamen terug met opwindende stof tot nadenken.

EGILI (BRAZILIË): ‘MINUSCULE BIKINI’

In Brazilië hebben ze veel seks, maar is het gelijkheidsideaal ver te zoeken. “Het machismo zit hier nog strak in het pak,” zegt danseres Egili Oliveira, “ook al proberen we ons ertegen te verzetten.”

Egili uit Brazilië.Beeld vrt

Egili Oliveira: “Steeds meer Braziliaanse vrouwen gaan naar de universiteit en vinden een goeie job. Maar het patriarchale idee dat de man de kostwinner is en de vrouw thuisblijft, blíjft diepgeworteld in ons land.”

Weet je dat de meeste IJslandse mannen koken en afwassen?

Oliveira: “Echt?! Dat heb ik nog nooit meegemaakt!”

Zou jij zo’n man sexy vinden?

Oliveira: “Ik denk het niet, eigenlijk. (denkt na) Sorry, maar ik kan het me gewoon niet voorstellen. Ik verlang er ook niet naar de rollen om te draaien. Ik wil dat een man mijn gelijke is.”

Brazilië staat bekend om zijn borsten-en-billencultuur. Jij toont je prachtige lichaam ook graag. Zouden vrouwen daarmee de stereotypen niet mee in stand houden?

Oliveira: “Het is vreemd wat voor foute ideeën er over ons bestaan. Dat wij in minuscule bikini’s op het strand lopen komt omdat we graag mooi zijn én dat graag tonen – het is daarom dat we naar de gym gaan en werk maken van ons lichaam. We doen dat omdat we dat zelf wíllen. We zíjn zo. Het maakt deel uit van onze cultuur. Het is een erfenis van de slavenhandel, toen veel Afrikaanse vrouwen met mooie lichamen hierheen zijn gebracht. Mannen doen hier ook bijna allemaal aan capoeira (een sport die het midden houdt tussen vechtkunst en dansen, red.), omdat ze daar een goddelijk lichaam van krijgen.

“Ik kijk er nu al naar uit om straks eindelijk weer op het carnaval in Rio te kunnen dansen in mijn glitterpakjes en mensen te doen dromen.”

Je vertelt in Let’s Talk About Sex wel dat mannen het pronken met je lichaam vaak verkeerd verstaan.

Oliveira: “Zeker als ik tijdens het carnaval aan het dansen ben, ja. Dan proberen mannen altijd wel iets. Vroeger werd ik dan kwaad, maar nu ik ouder ben, begrijp ik wel dat het mannen opwindt als je in die kleine pakjes wild staat te bewegen, dus nu probeer ik met hen te praten. Dan leg ik rustig uit dat we ons lichaam tonen omdat we er trots op zijn, niet omdat we seks willen.”

Het percentage van verkrachtingen en femicide in Brazilië is schrikbarend. Denk je dat er een verband is met de broeierige, lichamelijke sfeer die je beschrijft?

Oliveira: “Het seksuele geweld in ons land heeft vooral te maken met het feit dat mannen vrouwen willen bezitten. Het vindt ook voornamelijk thuis plaats, binnen relaties. Braziliaanse mannen zijn ziekelijk jaloers. Ze controleren je telefoon, worden razend als andere mannen naar je kijken. Veel vrouwenmoorden gebeuren omdat mannen niet kunnen accepteren dat een vrouw van hen wil scheiden. Er zit veel vuur in de Brazilianen, hè. Ze laten zich snel gaan: ze kunnen iemand intens graag zien, maar ook intens haten.

“Vrouwen zouden daar rekening mee moeten houden en oppassen met wie ze daten, maar dat is niet simpel als je verliefd bent. Mijn vorige vriend droeg mij eerst op handen, maar begon me daarna al snel te vernederen. Ik ben een sterke vrouw en dat hebben de macho’s hier niet zo graag. Het is niet simpel. Ik heb ook niet altijd zin om sterk te zijn en zou ook weleens verzorgd willen worden, maar ik durf niet meer zo goed aan een relatie te beginnen.”

Ik kan me wel voorstellen dat Brazilianen een goed seksleven hebben.

Oliveira: “O, jaaaa! We love sex! Seks ontspant je, het laadt je batterijen op. Na goeie seks voel je je weer helemaal nieuw. Toch?”

Absoluut! Kun je je voorstellen dat 40 procent van de Japanners boven de 35 nog maagd is?

Oliveira: “Wat? Neen! Nu, ik weet wel dat er culturele verschillen zijn. Ik heb een tijdje een Zweedse vriend gehad en zijn sekshonger was veel kleiner dan ik gewend was. Hij deed in bed soms alsof hij sliep, terwijl ik wist dat hij nog wakker was. Dan lag ik daar naast hem, gek van verlangen. Ik kon dat niet volhouden, dus heb ik er een punt achter gezet.

“In Brazilië zijn er dan weer veel mannen die je alleen maar willen om de seks. Dat hoeft voor mij ook niet. Dan behelp ik me liever zelf.”

Het is veelzeggend dat president Jair Bolsanaro tegen politica en mensenrechtenactiviste Maria do Rosário durfde te zeggen: ‘Jij bent te lelijk om verkracht te worden.’

Oliveira: “Bolsonaro is een vreselijke man. Er zijn momenteel veel demonstraties van mensen die hem willen afzetten.

“Weet je, soms vraag ik me af: wie heeft mannen eigenlijk ooit al die macht gegeven? Is het omdat we een slavenland zijn dat mannen denken dat je een ander mens kunt bezitten en je wil mag opleggen? Waar waren mannen zo bang voor toen ze na de oorlog de macht van vrouwen – die ondertussen de boel draaiende hadden gehouden – zo snel mogelijk weer afpakten? Hoe hard vrouwen ook vechten, 70 procent van de topjobs zijn nog steeds in handen van mannen.

“Ik geef voor een sociaal project dansles aan meisjes van 4 tot 12. Ik probeer hen via het dansen ook te leren om voor zichzelf op te komen. Ik duw ze niet in choreografieën waarin er geen plaats is voor hun persoonlijkheid, maar moedig hen juist aan die persoonlijkheid te uiten via hun dans. Ik stimuleer hen ook om respect te tonen en elkaar leuk te vinden in plaats van te concurreren met elkaar of jaloers te zijn omdat de één knapper is dan de ander – iets wat onze lichaamscultuur jammer genoeg met zich meebrengt. Ik leer hen dat het fijn is dat andere vrouwen óók mooi zijn.”

MAKIKO (JAPAN): ‘NOOD AAN EEN KNUFFEL’

Van het land van de vurige seks naar het land van de eeuwige maagden: Japan. Je kunt het je haast niet voorstellen, maar 40 procent van wie ouder is dan 35 heeft er nog nooit seks gehad. Bovendien maakt de emancipatie van de vrouw, samen met de economische crisis, het bijna onmogelijk om nog een geschikte partner te vinden, zegt tolk Makiko Kobayashi.

Makiko uit Japan.Beeld Lieve Blancquaert

Makiko Kobayashi: “Het was wel schrikken dat jullie Japan zien als ‘Het Land Zonder Seks’, maar het is waar. (lacht) Het aantal geboortes blijft drastisch dalen. Het zijn er nu nog maar 900.000 per jaar. Niemand van mijn vriendinnen heeft een vriend, noch een kind. Al denk ik wel dat ze al seks hebben gehad – of toch minstens één keer in hun leven.”

Je vertelt in Let’s Talk About Sex dat je ervan droomt om op café oogcontact te hebben met een man.

Kobayashi: “Ja, en dat hij dan vraagt of de stoel naast me vrij is en of hij mij een drankje mag aanbieden. En in de supermarkt stel ik me soms voor dat een man naast mij zogenaamd per ongeluk mijn hand aanraakt terwijl we groenten uitzoeken... Maar dat gebeurt hier allemaal nooit. Je houdt afstand van anderen, dat hoort zo. Je moet mensen hun personal space respecteren. Je mag je op geen enkele manier opdringen en mag geen toenadering zoeken zonder dat de ander je daar toestemming voor heeft gegeven. Dat krijgen we met de paplepel ingegoten. Daardoor zijn we heel passief en is iedereen aan het afwachten om initiatief te nemen.”

Zo krijg je inderdaad moeilijk intiem contact.

Kobayashi: “Natuurlijk. Jullie geven elkaar op een eerste date al een kus. Dan smelt je lichaam, raak je opgewonden en komt er schot in de zaak. Bij ons duurt het vier dagen voordat je iemands hand mag aanraken. Welke ontmoeting overleeft nu vier dagen zonder fysiek contact? Op dag twee denk je toch al: de chemie is er niet, laat maar.”

We kunnen niet zonder lichamelijk contact, zo bewees psycholoog Harry Harlow al met zijn experiment in de jaren 60. Er is in Japan een hele industrie ontstaan die daarop inspeelt: er zijn knuffelcafés waar je voor 150 euro lepeltje-lepeltje kunt liggen met iemand en sites waar je voor 50 euro per uur een vriendin kunt huren.

Kobayashi: “Klopt, maar niemand van mijn single vriendinnen is al naar zo’n knuffelcafé geweest. Dat is toch wel iets extreems. Ook een vriendin huren is niet zomaar sociaal aanvaard. Niemand zal rondbazuinen dat hij dat doet, maar er zijn wel veel sites die de service aanbieden.

“Weet je, ik heb soms zo naar fysiek contact verlangd dat ik heb overwogen om naar de VS te verhuizen, gewoon om eens geknuffeld te worden en eens vlinders in mijn buik te voelen.”

Japanse vrouwen stellen wel vreemde eisen. Bij datingbureaus wordt bij elk profiel van een man het inkomen getoond. Vrouwen willen alleen een man die goed verdient.

Kobayashi: “Shocking, hè? Vrouwen leven hier nog heel erg met het idee dat een man hen moet kunnen onderhouden. Ik ben 38 en heb me te pletter gewerkt om een onafhankelijke vrouw te worden, maar tot na mijn eerste baan ging ik ervan uit dat ik mijn job zou opgeven zodra ik zou trouwen. Mijn moeder was huisvrouw, de moeders van mijn vriendinnen ook. Zij waren de enige rolmodellen die we kenden. Pas op mijn 28ste ben ik gaan beseffen dat de wereld aan het veranderen is en dat je als vrouw je eigen dromen kunt nastreven. Tot dan toe had ik nooit nagedacht over wat ik wilde ‘zijn’, alleen maar over wat ik wilde ‘hebben’ en hoe een man mij dat zou geven. Dat zit zo diep dat ik, als ik heel eerlijk ben, toch nog steeds een man wil die mij een stabiel leven kan geven. Zo ben ik geprogrammeerd. Het is ook wat mijn ouders van mij verwachten. Het is verwarrend om zowel de oude als de nieuwe wereld te willen pleasen en ondertussen gaat de tijd voorbij en besef je opeens: ik ben 38 en mijn houdbaarheidsdatum is aan het verstrijken.”

Dat is onzin! Ik snap het wel. Het stereotiepe denken is nog heel actueel in Japan. Gaan meisjes nog altijd naar school met een rode boekentas en jongens met een zwarte?

Kobayashi: “In mijn schooltijd was dat nog zo, maar intussen is die regel afgeschaft. Er is echt wel veel aan het veranderen in de samenleving. Maar dat maakt het vinden van een partner niet makkelijker.

“Wegens de economische crisis zijn er geen jobs voor het leven meer. Daardoor zijn er steeds minder mannen die een vrouw een stabiel leven kunnen geven, en omdat mannen het gevoel hebben dat ze geen gezin kunnen onderhouden, durven ze helemaal geen vrouwen meer te benaderen.”

Ik kreeg de indruk dat mannen onder enorme druk staan, vaak angstig en verlegen zijn, en geen idee hebben hoe ze zich tegenover vrouwen moeten gedragen.

Kobayashi: “Het is moeilijk een man met zelfvertrouwen te vinden die nog vrij is. Weet je dat de overheid nu grote datingbijeenkomsten organiseert? In magazines krijg je de raad om je niet sexy maar eerder schattig te kleden als je ernaartoe gaat. Mijn vriendinnen en ik zijn voor zo’n event speciaal roze jurken en strikken gaan kopen.”

Japan loopt vol vrouwen die zich kleden als kleine meisjes.

Kobayashi: “Ja, maar bij mij en mijn vriendinnen werkte dat dus niet. Onze assertiviteit scheen natuurlijk dwars door al dat roze heen. We konden niet verbergen wie we werkelijk waren. Dat is het probleem. Vrouwen zijn veel veeleisender – ze willen hun onafhankelijkheid én een man met geld – terwijl steeds meer mannen maatschappelijk heel zwak staan. Mannen die single zijn na hun 40ste hebben een inkomen dat onder het gemiddelde zit, terwijl single vrouwen van veertig ver boven dat gemiddelde zitten. Die twee zullen elkaar nooit ontmoeten in Japan.”

Elkaar ontmoeten is sowieso moeilijk. Vrouwen gaan op stap met vrouwen en mannen met mannen. Jullie zingen zelfs in aparte karaokebars. Waarom doen jullie dat nooit samen?

Kobayashi: “Tja. Daar denken we eigenlijk niet bij na. Je doet het omdat iedereen het doet. Je wilt ook niet dat er achter je rug geroddeld wordt.”

Heb je mannelijke vrienden?

Kobayashi: “Die heb ik wel, maar zodra ze trouwen verbreek ik alle contact, want ik wil niet dat hun vrouwen zich ongemakkelijk voelen. Vreemd hoor, om na zo’n trouw van het één op het ander moment nooit meer een bericht te sturen en nooit meer samen een glas te drinken. Maar dat gaat gewoon niet.

“Ik heb sinds kort iemand ontmoet. (glimlacht) Een buitenlander. Ik vond geen Japanse man en had écht behoefte aan affectie. Hij is van Spanje!”

Een man met warm bloed! Super.

Kobayashi: “Jaaaa! Ik ben zoveel aan het leren. (lacht)

SASHA (THAILAND): ‘DURE OPERATIE’

Terwijl in Brazilië en Japan de stereotypen nog hoogtij vieren, lijkt Thailand een paradijs voor transgenders en zogenaamde ‘ladyboys’ – jongens en mannen die als vrouw door het leven gaan. Zoals toeristengids Sasha Yoojongdee.

Sasha uit Thailand.Beeld vrt

Sasha YooJongdee: “Ik neem hormonen, maar heb geen transitie ondergaan.”

Waarom niet? Zo’n operatie kost in Thailand maar 2.000 euro.

YooJongdee: “Voor een Thai is dat enorm veel geld. En zo’n operatie is ook niet ongevaarlijk. Er is een kans dat je op de operatietafel sterft.”

Dat kan ik me voorstellen. Ik zag in Let’s Talk About Sex dat de patiënt een paar uur na de operatie met een infuus in de hand naar huis vertrekt.

YooJongdee: “Mijn vriend zegt ook dat zo’n operatie voor hem niet hoeft. Mannen die vrouw willen worden, komen er achteraf ook meestal achter dat het niet dé oplossing is. In onze lgbt-gemeenschap duren relaties meestal niet zo lang. Veel ladyboys willen een relatie met een heteroman – omdat ze denken dat heterokoppels minder snel uiteen gaan, maar dat is helemaal niet zo. De meeste blijven bedrogen achter en snappen dan pas dat er in de liefde nu eenmaal nooit garanties zijn. Liefde moet ook niet gaan over ‘met wie je wil zijn’ maar over ‘wie je zelf wilt zijn’.

“Veel ladyboys hebben, zoals ik, een relatie met een tomboy. Een vrouw die als man door het leven gaat en een man die als vrouw door het leven gaat: die matchen vanzelf, geen operatie nodig. (lacht)

Waarom heeft Thailand zo’n grote community van transgenders, ladyboys en tomboys?

YooJongdee: “Omdat we een boeddhistisch land zijn. De filosofie die wij van jongs af aan meekrijgen, is er één van vergeven en genereus zijn. Daarom accepteren onze families ons heel makkelijk. Ze vinden het vooral belangrijk dat we een goed mens zijn.”

De overheid behandelt transgenders en ladyboys wel als tweederangsburgers. Na een operatie kun je je geslacht niet officieel wijzigen, wat betekent dat transgenders in militaire dienst een vernederend onderzoek moeten ondergaan. Mensen van gelijke sekse mogen niet trouwen en kunnen geen kinderen adopteren. Dat lijkt onboeddhistisch.

YooJongdee: “Wij begrijpen dat ook niet. Wetsvoorstellen over gelijke rechten worden keer op keer verworpen. Tanwarin Sukkhapisit was de eerste politica in het parlement die er openlijk voor uitkwam dat ze transgender is, maar ze is ondertussen alweer buitengewerkt. Het parlement bestaat voornamelijk uit oude mannen die niet van de lgbt-community willen weten en die al hun macht gebruiken om degenen die voor ons opkomen onschadelijk te maken.”

Op de arbeidsmarkt worden jullie ook vaak uit goede jobs geweerd. Veel ladyboys en transgenders komen in de entertainmentbusiness terecht of in de prostitutie.

YooJongdee: “Zeker wie van het platteland komt en geen geld heeft voor een opleiding. Ik heb gelukkig kunnen studeren. Maar ook dat lost niet alles op. Er zijn wel al transgenders die dokter of leraar worden, maar het zijn er nog steeds erg weinig. Als ladyboy kun je overigens alleen maar ambtenaar worden als je je haar afknipt, je make-up afveegt en weer een broek aantrekt.”

Jij bent freelance toeristische gids.

YooJongdee: “Tot de pandemie uitbrak. Thailand zit nog steeds op slot, dus ik heb een kappersopleiding gevolgd en mijn eigen salon geopend. Veel ladyboys en transgenders kiezen voor een eigen zaak. We hebben een sterke hang naar vrijheid: we willen in geen enkel hokje gedrukt worden, ook niet in een vaste job.”

SIGGA (IJSLAND): ‘BREIENDE VIKINGS’

Het meest gendergelijke land van de wereld is IJsland. En wat blijkt: de mensen zijn er het allergelukkigst. Dat ligt volgens seksuologe Sigga Dögg voor de hand. Al is er, zélfs in IJsland, nog werk aan de winkel.

Sigga uit IJsland.Beeld vrt

Terwijl Japanse meisjes en jongens tot voor kort nog met rode en zwarte schooltassen naar school gingen, kammen jongens op IJslandse kleuterscholen elkaars haar en leren ze elkaar complimenten geven, terwijl meisjes in bomen klimmen en met blokken gooien.

Sigga Dögg: “Japan scoort heel laag qua gendergelijkheid. In IJsland hebben we een heel individualistisch denkkader, terwijl in Japan de druk erg groot is om je aan te passen aan de groepsmentaliteit.

“De aanpak zoals die in de kleuterscholen waar jij het over hebt, is nog niet ingevoerd in publieke scholen, maar de ouders zijn wel heel enthousiast. We hechten hier veel belang aan genderissues, gaan elke discussie erover aan, omdat we ervan uitgaan dat wat mannelijk en vrouwelijk is vooral cultureel wordt bepaald.”

Is IJsland cultureel gezien niet het land van de Vikingen?

Dögg: “Ja, maar mannen hebben hier ook altijd gebreid.”

En ze vinden het nog mannelijk ook!

Dögg: “Wat mijn stelling dus bewijst. Omdat IJsland een eiland is en bovendien weinig inwoners telt, zijn we altijd al op elkaar aangewezen geweest. Niemand kon zeggen: ‘Dat werk doe ik niet.’ Vrouwen deden als het nodig was hetzelfde werk als mannen en vice versa.”

Ik moet eerlijk toegeven dat ik het een beetje moeilijk vind een breiende man sexy te vinden.

Dögg: “Dat hoor ik wel vaker. Als het gaat over genderstereotypen moet je blijkbaar op één of andere manier ‘sexy’ zijn, of indruk maken op de ander. Dat is toch heel stresserend? Waarom zeggen we niet gewoon: ‘Ik ben wie ik ben en ik doe wat ik doe.’ Zonder na denken over wat anderen over je denken, of stil te staan welk gedrag hoort bij het geslacht waarmee je geboren bent.”

Allemaal goed en wel, maar je moet je als het even kan toch wel aangetrokken voelen tot je partner.

Dögg: “Wat je aantrekt is persoonlijk. Ik vind iemand die breit ook niet aantrekkelijk, maar dat geldt bij mij voor mannen én vrouwen. En als je het dan toch per se over stereotypen wil hebben: hier in IJsland wordt een goeie, zorgende vader als heel aantrekkelijk beschouwd. En het is ónaantrekkelijk als ze dat niet zijn.”

En wat vinden mannen van vrouwen die de plak zwaaien?

Dögg: “Ze vinden dat prettig, want dat verlost hen van de druk om het ‘gezinshoofd’ te moeten zijn. Daardoor zijn ze vrijer om te zijn wie ze willen zijn.

“Er zijn hier nog steeds wel vrouwen die liever thuisblijven, maar zij doen dat omdat ze daarvoor kiezen, niet omdat het moet. En er zijn ook nog echte Viking-mannen. Verandering kost tijd, maar de discussie over wat het betekent om een goeie man, vrouw of een goeie partner te zijn, is hier heel erg open en gewoon.”

In Let’s Talk About Sex is Bryndis al toe aan haar derde man met wie ze een kind kreeg. Haar andere kinderen voedt ze heel ongedwongen op met haar exen. ‘Wij zien scheiden hier niet als een mislukking’, zegt ze. ‘Je wordt gewoon verliefd, wilt samen een kind, en begint aan een mooi verhaal . Als daar een einde aan komt, sluit je het boek en ga je gewoon verder.’

Dögg: “Zo is het. Hier gaat het meestal zo dat je eerst kinderen krijgt en daarna pas gaat nadenken of je met de vader of moeder wilt trouwen. Het is niet omdat je een kind hebt met iemand dat je per se voor de rest van je leven met die vader of moeder zit opgescheept. Wat wel vaststaat, is dat je het kind samen opvoedt. Het einde van een relatie is toch niet het einde van de wereld? In IJsland hechten we meer waarde aan onze vrijheid en persoonlijk geluk.

“We geloven hier ook niet in het idee van schaamte. Religie beleven we anders dan op het vasteland. We hebben geen kerk die gevoelens van schaamte en schuld aanwakkert.”

Vandaar dat IJsland ook het land is van de casual sex. Voor jongeren is seks gewoon een manier om iemand je affectie te tonen en een connectie aan te gaan. Dus als ze met iemand op café een klik hebben zeggen ze meteen: ‘Let’s check this out!’

Dögg: “Klopt. De drempel voor abortus is laag en er zijn gratis soatests en medicatie voor iedereen onder de 18.”

Wordt seks op die manier niet iets heel erg banaals?

Dögg: “Maar seks moet toch helemaal niet ‘speciaal’ zijn, het kan toch ook gewoon fun zijn? Het kán speciaal zijn, maar dat moet niet. Seks gaat vooral over je lichaam ervaren en respect hebben voor de manier waarop de ander zijn of haar liefde uit en lichaam beleeft.”

Wat mij opviel toen ik van de warme baden in IJsland genoot, is dat geen enkele vrouw haar bikinilijn had gewaxt.

Dögg: “Dat is een kenmerk van ons feminisme. Mannen scheren zich daar beneden toch ook niet? In dat soort discussies draaien wij de rollen altijd om. De jonge generatie neemt daarin nog veel meer uitgesproken stelling en zegt nadrukkelijk: ‘Het is mijn lichaam en ik doe ermee wat ik wil.’ Mannen beginnen het ook echt te snappen. We staan daarin heel ver. Iedereen heeft natuurlijk zijn voorkeuren maar die zijn ondergeschikt aan wat je partner met haar of zijn lichaam wil.”

Het zou mijn opwinding toch temperen als ik een man zie slikken bij het aanschouwen van zoveel haar.

Dögg: “Stel dat een man zegt: ‘Je hebt haar en nu wil ik geen seks meer met je.’ Dan is er een veel belangrijker probleem, namelijk: waarom accepteert hij je niet zoals je bent? Weet je wat een IJslandse vrouw zou zeggen? Het is niet mijn probleem dat jij me niet aantrekkelijk vindt. Dat is jouw probleem. En wat is het resultaat: het maakt mannen in IJsland totaal niet meer uit. Iedereen is eraan gewend.”

© Humo