Direct naar artikelinhoud
Rechtsstaat

Pieter Omtzigt: Het kabinet moet nu laten zien dat het menens is met de nieuwe bestuurscultuur

Pieter Omtzigt tijdens een debat in de Tweede Kamer.Beeld ANP

Het rapport van de Raad van Europa over de Nederlandse rechtsstaat geeft het kabinet de kans te laten zien dat het menens is met de ‘nieuwe bestuurscultuur’, zegt Tweede Kamerlid Pieter Omtzigt. ‘Als het dit rapport serieus neemt, blijft het niet bij holle woorden.’

Maandag publiceerde de raad, waar 47 Europese landen deel van uitmaken, een rapport over de democratie en rechtsstaat van Nederland. De zogeheten Venetië commissie van de Raad heeft het onderzoek uitgevoerd in opdracht van de Tweede Kamer, naar aanleiding van een motie van Omtzigt. Die had om het onderzoek gevraagd vanwege de toeslagenaffaire. De onderzoekers constateren dat er hervormingen in wetgeving, uitvoering en rechtspraak nodig zijn, en komen met een dertiental aanbevelingen om dit te verbeteren.

Constitutioneel hof

Zo bepleiten de onderzoekers van de Venetiëcommissie onder meer extra mogelijkheden voor parlementaire onderzoeken en hoorzittingen. Daarnaast moeten rechters wetten kunnen toetsen aan de Grondwet. Van dit laatste is Pieter Omtzigt groot pleitbezorger. Hij ziet het liefst de invoering van een constitutioneel hof in Nederland. “De grondwet is onze belangrijkste wet, maar die kan nergens formeel getoetst worden.” Omtzigt plaatst Nederland in een rijtje met landen als Cuba en Saudi-Arabië, die ook geen grondwetstoetsing hebben. Ook D66-Kamerlid Joost Sneller is voorstander van de invoering van een constitutioneel hof. Wel moet volgens Sneller duidelijk zijn waar zo’n hof precies aan mag toetsen. “De hele grondwet, of enkel sociale of klassieke grondrechten”?

Eerder adviseerde de staatscommissie parlementair stelsel, aangesteld tijdens Rutte II en onder leiding van Johan Remkes, al om een constitutioneel hof in te stellen. De staatscommissie wees erop dat er steeds minder aandacht is voor de kwaliteit van wetgeving, en minder burgers naar de rechter stappen vanwege misstanden in wetten.

Mogelijkheid tot onderzoeken en hoorzittingen

Omtzigt schaart zich volledig achter de aanbeveling van de Raad dat er meer mogelijkheid moet zijn voor parlementaire onderzoeken en hoorzittingen. “Als het onderwerp moeilijk is, hebben regeringspartijen weleens de neiging om onafhankelijke onderzoeken tegen te houden”, zegt Omtzigt. “In andere landen kan een minderheid dit aanvragen, maar in Nederland niet.” Sneller is het niet met het oud CDA-Kamerlid eens. Volgens hem zijn er juist heel veel hoorzittingen in de Kamer, waarbij heel weinig Kamerleden bij aanwezig zijn. “Ik heb niet het gevoel dat we hoorzittingen of onderzoeken tegenhouden, het probleem is eerder dat er zoveel georganiseerd wordt, dat er vrijwel niemand komt.”

Sneller vindt bovendien dat het kabinet al een eind onderweg is met het verbeteren van de bestuurscultuur. Hij ziet de aanbevelingen vooral als steun in de rug om de door het kabinet ingezette hervormingen door te zetten. “Aan de meeste zaken die de Venetiëcommissie aankaart, wordt al gewerkt”, zegt Sneller. “Niet altijd met het tempo dat ik graag zou zien, maar het beeld dat er niks gebeurt is gewoon niet waar.” Hij noemt de adviezen ‘goed om als stok achter de deur te hebben’, maar wijst er op dat ze niet per se nieuw zijn.

Omtzigt loopt sinds hij het CDA verlaten heeft, ook tegen een ander bezwaar aan dat de Raad van Europa aankaart: de gebrekkige ondersteuning voor kleine fracties of eenpersoonsfracties. Omtzigt: “Ik heb slechts twee parttime medewerkers, waardoor ik weinig ruimte heb om wetgevende arbeid te doen.” Volgens hem focussen Kamerleden zich te veel op het indienen van moties, en te weinig op hun taak als medewetgever. Die dynamiek moet veranderen, vindt hij, en extra inhoudelijke ondersteuning kan daar een grote rol in spelen.

Lees ook: Raad van Europa roept op tot andere politieke cultuur in Nederland

Nederland moet lessen trekken uit de toeslagenaffaire, concludeert de Raad van Europa. De rol van de Tweede Kamer moet fors versterkt worden om tegenwicht te bieden aan de macht van het kabinet.