Italiaanse openbaar aanklagers en de Nigeriaanse staat gaan in hoger beroep tegen de vrijspraak van oliebedrijven Shell en Eni in een Nigeriaanse corruptiezaak. Dat meldt persbureau Reuters.
Medewerkers van de twee bedrijven werden afgelopen maart door de rechtbank in Milaan vrijgesproken van betaling van smeergeld in 2011 om de rechten te verwerven van een belangrijk olieveld voor de kust van Nigeria. Voor die rechten werd 1,3 miljard dollar (bijna 1,1 miljard euro) betaald. Volgens Italiaanse openbaar aanklagers werd bijna 1,1 miljard dollar (925 miljoen euro) van dat bedrag doorgesluisd naar politici en tussenpersonen. De Italiaanse rechter zag daar in maart geen bewijs voor, waarop de betrokken medewerkers werden vrijgesproken. Onder hen zijn onder meer de huidige bestuursvoorzitter van het Italiaanse Eni en een oud-bestuurslid van Shell.
Een woordvoerder van Shell laat aan Reuters weten vertrouwen te hebben in de uitkomst van een hoger beroep. „We hebben altijd volgehouden dat de overeenkomst in 2011 legaal was en we zijn blij dat de rechtbank oordeelde dat er geen zaak was tegen Shell en zijn voormalige werknemers”, laat de Brits-Nederlandse oliemaatschappij weten aan Reuters. „Integer handelen is fundamenteel voor onze waarden.” Ook Eni maakt zich weinig zorgen over het beroep. „Eni bevestigt de totale irrelevantie van de betwiste feiten”, zegt een woordvoerder.