Direct naar artikelinhoud
Exclusief

Elton, 20 jaar later: ‘Ik heb ­zoveel mensen verloren, het is ongehoord’

Elton nu. Zijn leven is rustiger geworden, met de liefde is het goed. Als hij morgen doodgaat, denkt hij: oké, ik heb geleefd.Beeld Raimond Wouda

Twintig jaar geleden stelde Hans van der Beek grote vragen aan 18-jarige Amsterdammers. De zin van het leven, liefde en seks, God en de dood, vaders en moeders. Tien jaar later vroeg hij hen weer. En nu weer. Aflevering 6: Elton heeft sikkelcelziekte. Hij probeert nu uit de gevangenis te blijven.

Elton Cairo heeft zijn hele leven al last van helse pijnen. Een jointje hielp. Elton werd een Bijlmergangster, maar in die buurt komt hij niet meer. ‘Je wilt het niet, maar je wordt erin gezogen.’

Het leven

18

“Het besluipt je. De pijn begint met rugpijn en dan verspreidt het zich. In je botten, in je benen, je handen. Het is een ondraaglijke pijn – wat kun je er verder van zeggen? Uitzitten. Zo’n aanval duurt ongeveer drie weken. Drie, vier keer per jaar. Je wacht gewoon tot je weer ziek wordt. Zoals een prooi: hij weet gewoon dat hij ooit opgegeten gaat worden. Gewoon niet aan denken. Het is ook geen ­duel of zo: je verliest het toch.”

“De zin van het leven..., nieuw leven eigenlijk, denk ik. Volgende keer beter.”

28

“Ik heb een paar keer vastgezeten. Drugsdingen, je weet toch. Ik ben controversieel zoals ik ben. Ik heb goede mensen verloren, geweld en zo. Het leven is heavy.”

“Die ziekte gaat weg, maar hij blijft komen. Ze noemen sikkelpatiënten de junks onder de patiënten. Je kunt ze ­alles toedienen, als het maar verdooft. Het is een sluipende ziekte. Vroeger was ik jong en dom en impulsief, ik zie het nu: ik ben de hunter gewoon, ik leef nog steeds, don’t bullshit the bullshitter. Ik weet dat ik die pijn ga krijgen, ik weet dat ik fucked up ga, maar als ik wil, loop ik wel naar de badkamer of zo, tenminste om mezelf te verschonen. Ik vecht ertegen.”

“De zin van het leven is: haal er volledig uit wat erin zit. Ik ben aardig onderweg, ik doe zeker mijn best.”

38

“Die pijnaanvallen zijn er nog wel, maar door meditatie kan ik het inhouden, dat ik niet helemaal overboord ga. Op zo’n moment lijkt het of ik gewoon aan het nadenken ben, maar ik zit gewoon pijn weg te vreten om weer op een ­rustige level te komen.”

“Bij het AMC zeiden ze: ‘Hé Elton, zou je deze medicatie willen testen? Het gaat jou niet helpen, maar wel kinderen die later worden geboren.’ Toen kwam ik dus een keer in de gevangenis te zitten, en opeens werd de deur opengetrokken: ‘Kom eruit, je mag niet samen met iemand op de cel!’ Ik zei: ‘Pardon?’ Ik wou al gaan matten. Maar als je zo’n kuur doet, schijn je allemaal toxische rotzooi uit te stoten, chemisch gewoon. Dus op die fiets.”

“Het leven? Je moet gewoon minder stress hebben en je niet druk maken. Ik heb nu mijn eerste woning ooit. Dat was ook een stressfactor in mijn leven. Ook al had ik vandaag geld, ik wist niet waar ik morgen sliep. Soms een ­hotel, soms een traphalletje. Mijn leven is gedeeltelijk rustiger geworden. Die rush zit er niet meer zo bij.”

“Ik zag mezelf echt niet meer in de Bijlmer vertoeven, nee, nee, nee, nee. De laatste keer dat ik daar kwam, heeft me weer een lange zaak opgeleverd gewoon. Een eis van zes jaar. Het is die plek, de Bijlmer. Je hebt daar meer testosteron-vibe, je weet toch. Het is heet. Kleine jongens tegenwoordig hebben geen respect meer en trekken meteen een lang mes of een lange pijp voor je. Van de kinderrechter krijgt hij vier jaar en dan komt hij terug en dan heeft hij naam. Nee man, je hebt daar mooiere woningen dan hier in Slotervaart, maar ik moet niet in die soeppot daar. Je wilt het niet, maar je wordt erin gezogen, hoe dan ook.”

Familie

18

“Mijn vader kan achterwege blijven. Hij is er nooit voor me geweest, dus waarom nu opeens wel? Ja, en mijn moeder, dat is mijn moeder gewoon. Wat moet ik daar nog meer over zeggen? Ik tel niet hoe vaak ze in het ziekenhuis komt, meestal één keer in de week. Ze komt wanneer ze komt. Het is goed zoals het is, knuffels zijn voor kleine kinderen. Ik ben niet echt een mensentypetje. Zo van: mensen dit, mensen dat.”

28

“Mijn donor. Ik heb met mijn vader niets te maken. Hoe kun je van iets houden wat je nooit hebt gekend? Vaderliefde, bedoel ik. Het doet me wel pijn, maar het is real ­gewoon. Ik zei laatst tegen mijn moeder: ‘Hij is mijn zaaddonor.’ Ze zei: ‘Elton, je moet niet zo praten.’ Maar het is toch zo? Nee man, ik ben niet eens emo. Sentimenteel ­gevoel schakel ik uit, als een aan- en uitknop.”

“En mijn moeder: love, sowieso. Zonder haar besta je niet. Dat is mijn mama, ze kan mensen als dr. Phil benaderen. Ik ga nu iets makkelijker met mensen om, en dat komt ook door mijn moeder. Toen ik nog in het AMC lag, moest ik naar een psycholoog. Die heeft me tot tien leren tellen, zulke ongeinige dingetjes. Ik ben nu veel opener. Nou, niet echt opener, maar op bepaalde momenten laat ik dat met cement gevulde bakstenenhart van me weleens bonken.”

38

“Mijn vader is mijn spermadonor, nog steeds, je kent mijn takkie toch? Dat zei ik je twintig jaar geleden al. En de band met mijn moeder is wel ietsje beter geworden. Vroeger was ik echt een heethoofdje, nu begrijp ik waarom ze soms zo boos was. Soms, wanneer ik met iemand praat, dan hoor je die wijze lessen van je moeder. En ik ben zelf ook een koppige nigger, je weet toch.”

De essence of life is voortplanten. Niks anders dan dat. Maar ik ga het niet doen. Dan heb je een kind en dan word je een vals secreet en dan mag ik mijn kind niet zien en dan dit dat dat. Ik heb het vaak genoeg gezien. Er staat niet voor niets Trust no bitch in mijn nek, je weet hoe ze zijn.”

“Kijk, als mannen honden zijn, zijn vrouwen slangen. Mannen lopen uit, echt klootzakken, hun neus achterna gewoon, maar hij weet wel altijd zijn huis te vinden, zo ­loyaal is dat beest. Die slang ligt daar in een hoekje, mooi beest, lekker gladjes, je hebt niks gedaan, je loopt langs, je maakt één misstap en: tsjaaaa!”

“Nee, ik wil geen kinderen, ik kan geen stress hebben en je wilt ook nog een beetje leven. Kijk naar mijn maatje Maantje. Die man is doodgeschoten en heeft geen kind achtergelaten. Hij was geen lelijke jongen, maar we hadden geen tijd daarvoor. We waren alleen op winst, puur dat, hossel, niks anders. Geen zware domme criminele dingen, gewoon jongens die hun boterham willen kunnen smeren – en iets extra’s.”

“We hebben nog in een project van Paul Blanca gezeten, Mi Matties, over de gangstercultuur in Amsterdam. Er was een expositie in Amsterdam en ook in New York, maar omdat ik vastzat kon ik daar niet naartoe. Maantje was echt een broertje voor mij. Ik kon altijd zijn bel drukken. Dat hij is weggegaan is een rib uit mijn lijf.”

De liefde

18

“Ik zie liefde als vriendschap. Maar als die vriend je verraadt, waar is die liefde dan? Ik heb dat meegemaakt. Dan heb je een vriendin en merk je dat ze vreemdgaat. Nog met je beste vriend ook. Maar ik ben ook nuchter in die zaken. Ik zeg: jullie verdienen elkaar. Zonder liefde ben je eigenlijk ook wel eenzaam. Dan verrot je.”

“Seks is ook belangrijk. Je moet wel aan je trekken ­komen. Dat willen meisjes ook. Meisjes zijn toch ook mens? Alleen zullen meisjes dat niet zo snel toegeven. Waarom, ja... Omdat ze een meisje zijn.”

28

“Ik heb veel vrouwen gehad, en nog steeds, maar het is moeilijk de juiste te vinden. Mijn hart is één keer gestolen. Verpulverd. Je denkt een vrouw te hebben, haar zoon zegt: ‘Jij bent mijn vader,’ en je houdt van haar no matter what, ze gaat twee weken met vakantie, jij blijft met haar zoon, ze komt twee maanden later terug en je kunt wegwezen. Toen heb ik een tattoo laten zetten, hier, in mijn nek: Trust no bitch.”

“Seks heb ik zo veel mogelijk, I love it. Meer vrouwen, maakt niet uit. Maar het is niet onvoorwaardelijk. Ik ben door mijn ervaring gewoon niet meer een persoon van een tienjarenplan. Huisje, boompje, beestje, het zou nice zijn. Maar een kind wil ik niet. De kans dat een kind van mij ook de sikkelziekte krijgt is fiftyfifty. Al die helse pijnen, dat kun je een kind niet aandoen.”

38

“De liefde, de liefde. De liefde komt en gaat. Met de liefde is het nu goed, maar ik hou niet van stress. Als je me strest, moet je even kwijt, zodat ik rust kan nemen. Ik heb een ­relatie gehad, drie jaar lang, we woonden samen, met haar drie kinderen, alles, maar dat is ook iets wat ik nooit meer ga doen. Je moet als man een eigen huis hebben, dat maakt een man een man. Waar die vrouw haar huis heeft met de kinderen, daar zit dan je gezin.”

“Liefde is een emotioneel iets. Dat gaat met gevoelens gepaard. Iedereen heeft liefde nodig gewoon. Ik heb Trust no bitch in mijn nek, maar ik heb zelf ook veel vrouwen ­gebruikt wel. Ja, man. ‘Je hebt me gebruikt!’ zeiden ze dan. Ja, dat klopt, ik heb gebruik van je kwaliteiten gemaakt toen je in mijn leven was. Het is een aan- en uitknop en dan... weg. Maar liefde hoort erbij, man. Zonder liefde word je een lonely fool.

“Maar ik heb ook in de gevangenis gezeten zonder liefde. Tough love. Dus wat liefde? Ik zat daarbinnen en niemand was daar voor mij. Ik moest eerst van mezelf houden, zoals mijn moeder me zei. Dan pas kun je liefde geven. Dat zei ik toch? Mijn moeder zit altijd in mijn hoofd.”

“Seks? Kijk, ik heb een appsclub, daarin noemden ze me teamslet, je weet toch. Op seks kom ik niks tekort, man. Je moet seks hebben gewoon, dat is toch normaal? Je gaat oud en verrimpeld worden. Ik hou van vrouwen die van vrouwen houden. Niet lesbisch, dat is homo, maar bi­seksueel wel gewoon. Dus mijn seksgame is een goeie, ask somebody.”

Elton Cairo in 2001.Beeld raimond wouda

God

18

“Ik geloof wel. Dat God bestaat en zo. Waarom gaan al die mensen naar de kerk als God niet bestaat? Het kan natuurlijk ook zijn dat iedereen een beetje paranoïde loopt te doen. Maar dan al járen, hè.”

“Eigenlijk is het grappig. Waarom leven we? Om dood te gaan. Je leeft, en daarna moet je toch dood. Bullshit eigenlijk. Daar heb je je zin van het leven. Je leeft en je gaat dood. It’s life, life sucks, pech gehad.”

28

“Meester Leon in groep 8 vertelde daar vroeger heel mooie verhalen over, Samson en Delilah, Abraham en zijn zonen. Maar er is wel een duidelijke lijn tussen realiteit en fictie. Kijk, de mens heeft guidance nodig, maar je gaat mij als volwassen man niks lopen wijsmaken over Adam en Eva, en dat alle mensen uit één vrouw komen, dat is incest ­gewoon.”

“Ik geloof wel dat er een hoger ding is, zeer zeker. We kunnen niet goddeloos door het leven. Ik geloof in karma. Als je iets uitspookt, komt dat terug als een boemerang.”

“Ik ben niet bang voor de dood. Waarom bang zijn voor iets wat onherroepelijk komt? Ik heb de dood al zo vaak gezien, ik heb zelf meermalen op het randje gezweefd, of ik heb een paar ervaringen op straat gehad waar ik het leven had kunnen laten. Wanneer je tijd is gekomen, dan ga je, dat is onvermijdelijk.”

38

“Ik zei je de eerste keer toch al: wat staat er als je dat woord omdraait? Dog. Allemaal dogs, man. Kijk, er zijn veel religies en door de jaren heen hebben veel mensen voor mij gebeden. Of er een god is, weet niemand. Ik weet wel dat er iemand is die ons karma kan geven, die ons alles laat voelen. De mensen zeggen: de hemel. Maar als je naar boven kijkt, zie je de maan. Moeder Aarde, daar begint het bij. Moeder Aarde geeft ons alles. Mama Aisa, zeggen wij in het Surinaams. Er moet wel iets zijn, wat het is weet ik niet.”

“Ik ben ook een klootzak, ik heb ook toen ik in de problemen zat bij die man gezocht, gebeden, je weet toch. Ik hoor hem niet terugpraten, maar ik praat wel in mijn eentje. Misschien is het in het reine komen met jezelf. Wat ik wel weet: als er één god is waar we allemaal in geloven, dan is er geen chaos, dan is er rust. Ik heb respect voor iedereen z’n religie. Maar het woord liegen zit er wel in, hè.”

“Voor de dood ben ik wel warmer geworden. Ik heb ­zoveel mensen verloren, het is ongehoord. Mijn maatje Maantje pas nog kwijt. Kijk, we leven om dood te gaan, maar als je je broeders moet gaan begraven, je ziet die mannen daar zo liggen, in een positie, soms met die kist dicht, snap je? De dood brengt je wel dichter bij een ­bepaald besef. Ik heb genoeg bijna-doodervaringen meegemaakt, met sikkelcel in het ziekenhuis, dus voor mij ­persoonlijk heeft me dat immuun gezet. Daarom denk ik: als ik morgen doodga, oké, ik heb geleefd. Daarom leef ik elke dag ook echt.”

Elton in 2011.Beeld raimond wouda

De ideale dag

18

“Als alle armoede uit de wereld is en mensen zonder ziekte leven. Wanneer de wereld eerlijk wordt verdeeld. Daarom kan het ook niet. De wereld is niet eerlijk gewoon.”

“Dus mijn echte ideale dag: om een uur of één, twee sta ik op. Rustig douchen, alles. Dan bel ik een paar van mijn vrienden. Rustig effe naar de stad. Gewoon een beetje rondlopen, coffeeshop. Let’s get high!”

“Daarna effetjes naar een afhaalrestaurant, bami of zo. En dan naar een r&b-feest. Voordat je dan naar bed gaat, is het alweer een uur of zeven ’s ochtends. Met een meisje dat ik heb opgepikt op dat feest.”

28

“Mijn ideale dag is wanneer ik kan opstaan en zeggen: ‘Martin, ik had ook dromen, en een paar zijn uitgekomen.’ Martin is Martin Luther King, snap je. Dat ik een paar goedlopende firma’s heb. En dat ik nog steeds heel goede wiet kan halen.”

“Ik word om half negen wakker, ik ga douchen, spuit mijn Paco Rabanne, en ik ping mijn crew om een getto-barbecue te houden op het crackplein. Dat is bij de Tugelaweg. Kip, spareribs, vis voor de rasta’s, joints voor iedereen, tipsy op mijn lady Hennessy, en Johnnie W is sowieso aanwezig. Mooie cute faced ladies en de goons. Dat is wat mensen gangsters noemen, maar wij zeggen goons.

De dag eindigt als ik word opgehaald door een bad ass chick. Of met mijn neef Sno de autoweg op. Rijden, maakt niet uit waar we eindigen. Soms komen we uit in Ermelo gewoon.”

38

“Ik sta om half zeven op, mijn hond uitlaten. Dan douchen, lekker parfummetje op, goeie Marokkaanse ­ontbijt, met grillworst ook, madame Jeanette erbij, die ­hele motion gewoon. Daarna als eerste naar de coffeeshop, een paar jointjes halen, en vlees voor de barbecue. Een grasveldje vol met mensen die van gezelligheid houden. En daarna is het eten, chillen, roken, drinken, en meestal in de avond is het de appsclubparty. Met een maatje van mij geef ik houseparty’s. We geven gewoon party’s op locaties of bij mensen thuis. Zelfs tijdens corona hebben we ­coronaparty’s gehad. Allemaal dames en heren bij elkaar die van een gezellige avond genieten gewoon, in plaats van in de club.”

“Het is verschillend. Het kan een onesieparty zijn, of misschien gaan we naar een zwembad, of een barbecueparty. Eerst eten en op het laatst feesten tot in de ochtend, letterlijk. Chillen, dansen, gezelligheid, genieten van je dag gewoon.”

“Met Maantje deed ik dat everyday, met hem ben ik die getto-barbecues gestart. We deden ons ding, je hebt wat om uit te geven, dames in de buurt met kinderen die met stress zitten. Dus dan zetten we op een speelpleintje een paar barbecues neer, kinderen komen spelen, krijgen ze ijsjes, de dames hebben wat minder stress van de dag, en zo hou je iedereen een beetje tevreden. Een beetje van je winst afschrapen, een beetje Robin Hood-achtig.”