Direct naar artikelinhoud
Exclusief

Kroongetuige Nabil B. had half jaar voor deal toegang tot internet in zijn cel: hij kon ‘alles’ googelen

Tijdens de behandeling van de zaak Marengo worden in de omgeving van de rechtbank strenge veiligheidsmaatregelen genomen.Beeld ANP

Maanden voordat hij werd gepresenteerd als kroongetuige tegen Ridouan Taghi en diens criminele organisatie, had Nabil B. toegang tot internet in zijn cel. Dat appte hij zijn familie via een smartphone die hij van 15 september 2017 tot 9 februari 2018 tot zijn beschikking had.

Op 15 december 2017 appte Nabil B. een zus dat hij ‘alles’ kon googelen: ‘Heb iPhone 5’. Op 12 januari 2018 appt hij een broer dat hij ‘tuurlijk niet’ op internet mag, maar dat hij de ‘wificode heeft achterhaald’ van het draadloze netwerk op de locatie waar hij op dat moment is ondergebracht.

‘Je volgt het nieuws buiten dus’, vraagt zijn broer. ‘Sowieso’, antwoordt de latere kroongetuige. Zijn broer: ‘Maar dat weten ze waarschijnlijk ook want ze zullen alles afluisteren.’ Nabil B.: ‘Neuh’.

In het grote liquidatieproces Marengo tegen Ridouan Taghi en zestien medeverdachten kwam eerder al ter sprake dat de spijtoptant in zijn cel toegang had tot internet voordat hij zijn deal had getekend. Dat wordt nu bevestigd met de inzage in het appverkeer uit de iPhone 5 die hij stiekem in zijn cel had. Justitie heeft het verslag daarvan aan de strafdossiers van de verdachten toegevoegd.

USB-stick

Die inmiddels veelbesproken iPhone 5 is op 16 maart 2020 in beslag genomen bij de Amsterdamse deken van de Orde van Advocaten, nadat Oscar Hammerstein, ex-advocaat van Nabil B., die daar had afgeleverd. De onderzoeksrechter gaf de inhoud op een usb-stick aan het onderzoeksteam van Marengo.

Nabil B. had eerder gelogen over de vraag of hij behalve een versleutelde Blackberry nog een telefoon in zijn cel had gehad. Uit stukken blijkt dat hij al in februari 2018, vóór de bekendmaking van zijn deal, bang was dat derden gevaar zouden lopen als de telefoon bekend zou worden.

Advocaten van de verdachten zullen stellen dat Nabil B. delen van zijn verklaring ‘bij elkaar heeft kunnen googelen’ en niet bewijsbaar alles wat hij verklaart uit eigen wetenschap heeft. Daarbij moet worden aangetekend dat toentertijd nog relatief weinig op internet stond over Taghi en alle moordzaken waarvan hij en zijn organisatie worden beschuldigd.

Op 20 november 2017 appte Nabil B. een zus al: ‘Staat stuk over me in parool en crimesite’. Hij appte ook de link door van dat Parool-artikel dat hij op internet had gelezen. ‘Pittig’, antwoordt de zus. Het gaat over het onderlinge berichtenverkeer tussen verdachten dat justitie dan heeft over een liquidatie waarbij Nabil B. een rol speelde (door de vluchtauto te leveren).

Ander beeld

Het nu ingebrachte appverkeer tussen Nabil B. en zijn familie bevat meer interessante informatie. Zo is te lezen dat het Nabil B. ‘extreem pijn’ doet dat hij zijn ‘allerbeste vriend’ Mo (Mohamed Razzouki) ‘de das om doet’. Dat geeft een heel ander beeld dan het inmiddels uit de rechtszaal bekende geruzie waaruit alleen maar haat en nijd blijkt tussen de gewezen boezemvrienden. Verderop in het ‘gesprek’ relativeert Nabil B. wel: ‘broer is niet te vervangen, een vriend wel’.

Waar Mohamed Razzouki herhaaldelijk heeft gesteld dat Nabil B. betrokken was bij de mislukte aanslag die op 18 december 2017 op zijn leven was gepleegd in Utrecht, weerlegt het berichtenverkeer dat overtuigend.

Zijn zus appt Nabil B. op de dag van de aanslag: ‘Heeey gast het is Mo (…) Mo is waarschijnlijk de zwaargewonde (…) Rustig blijven hè Nabil (…) Is nog lang niet zeker’.

Oorlog

Vervolgens speculeren de twee over het gebeurde en dat de schutters ‘negers’ waren. Ze bespreken wie de opdrachtgevers zouden kunnen zijn, zoals Ridouan Taghi of juist de rivaliserende familie Changachi. ‘Dit wordt oorlog’, voorspelt de latere kroongetuige. Hij schrijft dat justitie nu ‘haast wil maken’ (met zijn deal, om Mohamed Razzouki en de andere verdachten van straat te kunnen halen en die oorlog te voorkomen). Hij overweegt juist te stoppen vanwege het nieuws over de aanslag op zijn vriend, waarvan hij duidelijk is geschrokken.

In de zaak Marengo is maandag weer een belangrijke zitting, waarin het appverkeer uitvoerig aan de orde zal komen.