Direct naar artikelinhoud
Ten slotte

Jan van de Roemer (1957-2021): warme schaatsgek vol wilde plannen

Jan van de Roemer.Beeld Eigen archief

Jan van de Roemer woonde het liefst op de ijsbaan. De Amsterdamse schaatser was grenzeloos bevlogen en trok in alles zijn eigen plan. Hij wist anderen beter te maken, zoals schaatscoryfee Jan Ykema. Die werd in 1982 de jongste Nederlands kampioen sprint ooit, niet geheel toevallig een jaar nadat hij de ploeggenoot was geworden van Jan van de Roemer. Ykema noemt de Amsterdammer zijn mentor, die hem de kneepjes van het vak leerde.

Daarvoor had Van de Roemer zijn grootste successen al gevierd. Het hoogtepunt was na jaren van hard trainen zijn nationale sprinttitel in 1980. Van de Roemer was bovendien een van de eerste Nederlanders die aan shorttrack deden.

Van jongs af aan fietste Van de Roemer dagelijks dwars door Amsterdam, van Sloterdijk naar de Jaap Edenbaan. Om trainingen en nieuwe ijzers te bekostigen had hij een krantenwijk en nam hij een baantje bij de groentewinkel. Alles week voor de schaatssport.

Familieleden wisten eigenlijk nooit waar de vrijbuiter was. Van de Roemer vloog van trainingskampen naar wedstrijden over de hele wereld. Soms hoorden ze weken niets.

Na zijn actieve loopbaan werkte Van de Roemer even bij een installatiebureau. Hij kon niet zonder het ijs onder zijn voeten en keerde terug als trainer bij het gewest Noord-Holland/Utrecht. Ook daar deed hij het op zijn eigen manier. Waar andere selecties trainingskampen belegden in Duitsland of Oostenrijk, trok Van de Roemer de talenten mee het vliegtuig in richting Salt Lake City.

“Het was een knettergek plan. Waar hij het van betaalde, weet ik nog steeds niet,” zegt Bram Mackaij, tien jaar geleden een van de pupillen van Van de Roemer. “De man wist echt alles over schaatsen, over elk detail kon je discussiëren. Prachtig, die grenzeloze bevlogenheid.”

Hotelkamer in de fik

“Tijdens de weken in Salt Lake City wilde hij ons voorstellen aan een vriend,” zegt Mackaij. “Stonden we ineens oog in oog met vijfvoudig olympisch kampioen Eric Heiden. What the fuck, dachten wij. Van de Roemer deed alsof het de normaalste zaak van de wereld was. Een dag later konden we als vip mee naar een NBA-wedstrijd van Utah Jazz.”

Mackaij en Ykema herinneren zich talloze gezellige avonden: Van de Roemer hield van ontspanning na hard werken. “Tijdens oudjaarsavond 1980 sliep ik met hem ergens op een hotelkamer,” zegt Ykema. “We moesten 23 flessen champagne afrekenen. Dat schept een band.” Later vloog een andere gezamenlijke hotelkamer in de fik toen Ykema zijn schaatspak droogde op een lamp.

Ykema raakte later aan lager wal door een drugsverslaving. Van de Roemer bleef zich om zijn maat bekommeren. “Toen ik twaalf jaar geleden probeerde terug te komen in het schaatsen, was Van de Roemer er voor mij. Hij introduceerde mij bij trainers en bestuurders. Een heel lief gebaar van een warme schaatsgek.”

Vier jaar geleden trok Van de Roemer naar het Noorse Hamar om op het ijs van het Vikingschip schaatslessen te geven. Hij woonde er pal naast, zoals hij altijd had gewild. Daar werd hij vorige week door een vriend aangetroffen na een plotselinge dood.