Direct naar artikelinhoud
Analyse

Rapport over kosten van immigratie leidt niet tot nieuwe ophef in Den Haag. Hoe kan dat?

Een rapport waarin gesteld wordt dat immigratie de samenleving zoveel geld kost dat de verzorgingsstaat onhoudbaar dreigt te worden, doet aan het Binnenhof opmerkelijk weinig stof opwaaien. Zijn de kosten van immigratie een politiek taboe?

Kinderen die in asielzoekerscentra verblijven krijgen in 2017 het woordenboek Hallo uitgereikt. Met het woordenboek leren ze de eerste Nederlandse woorden die te maken hebben met het alledaagse leven.Beeld ANP

Een wetenschappelijk rapport dat eindigt met de conclusie dat de Nederlandse verzorgingsstaat bij ongewijzigd beleid onbetaalbaar wordt, leidt normaal gesproken op zijn minst tot Kamervragen. Een ruim assortiment verontruste en opgewonden tweets van Kamerleden en het aanvragen van een Kamerdebat zijn meestal ook gegarandeerd. Maar niet, blijkbaar, als het onderzoek gaat over de negatieve gevolgen van immigratie voor de houdbaarheid van de verzorgingsstaat. Dan heerst er doodse stilte op het Binnenhof, behalve in de uiterste rechtervleugel van FvD en PVV.

Toch gaat het – op het eerste gezicht – om een gedegen onderzoek dat de conclusies uit een eerder onderzoek van het Centraal Planbureau (CPB) uit 2003 min of meer bevestigt: immigratie trekt een zware wissel op de Nederlandse schatkist. Tussen 1995 en 2019 kostten arbeidsmigranten, asielzoekers en andere immigranten de overheid gemiddeld 17 miljard euro per jaar netto, stellen de onderzoekers in het woensdag gepubliceerde rapport. Dat is 400 miljard euro in totaal. Als de CBS-prognoses voor het aantal immigranten tot 2040 uitkomen, kosten die nieuwe inwoners de samenleving de komende twintig jaar nog eens 600 miljard euro.

Oorzaken

Dat immigranten Nederland gemiddeld meer kosten dan ze opbrengen, heeft volgens het onderzoek twee oorzaken. Ten eerste is de werkloosheid onder immigranten veel hoger dan onder Nederlanders zonder migratieachtergrond, en doen zij dus een relatief groot beroep op uitkeringen als de bijstand. De tweede reden is dat immigranten in verhouding vaak laaggeschoold, dus slecht betaald werk doen. Zij betalen dan weinig belasting en sociale premies, maar ontvangen wel toeslagen en wonen bijvoorbeeld in een (gesubsidieerde) sociale huurwoning. Ook laaggeschoolde arbeidsmigranten kosten dus meer dan zij financieel bijdragen. Dat laatste geldt overigens ook voor laaggeschoolde Nederlanders zonder migratieachtergrond.

Mohannad en zijn vrouw Layla in 2016, na een verlossend telefoontje van hun advocaat. Het gezin van Palestijnse origine, sinds september 2015 in Nederland, krijgt een verblijfsvergunning.Beeld Marcel van den Bergh

Het onderzoek met de titel Grenzeloze verzorgingsstaat – De gevolgen van immigratie voor de overheidsfinanciën is uitgevoerd door twee economen en twee sociaal wetenschappers, van wie drie gepensioneerd. Zij hebben op basis van microdata van het CBS en met behulp van rekenmodellen die ook het CPB gebruikt een kosten-batenanalyse van immigratie in Nederland gemaakt. Hun onderzoek is gefinancierd door het Renaissance Instituut van Forum voor Democratie, wat waarschijnlijk deels verklaart waarom politici van andere partijen (met uitzondering van de PVV) het (vooralsnog) negeren. Hoofdonderzoeker Jan van de Beek stelt echter dat FvD geen enkele inhoudelijke bemoeienis heeft gehad met het onderzoek.

Meetlat

De kosten van immigratie zijn een politiek taboe, oppert Van de Beek, wiskundige en gepromoveerd in de sociale wetenschappen. In zijn voorwoord haalt hij onder meer wijlen PvdA-minister van Integratie Eberhard van der Laan aan, die in 2009 zei dat het kabinet-Balkenende IV ‘niet geïnteresseerd is om mensen langs de meetlat van euro’s te leggen’. Voormalig CPB-directeur Laura van Geest zei in 2015: ‘Volgens mij moet je over vluchtelingen niet praten alsof je iets gaat zitten doorrekenen. Zo moet je niet naar dit onderwerp kijken.’

Van de Beek en zijn drie mede-onderzoekers vinden dat geen verdedigbaar standpunt, omdat de overheid (ook het CPB) op andere terreinen wel kosten-batenanalyses maakt die over mensenlevens gaan. ‘Denk aan de zogenoemde qaly’s in de gezondheidszorg. De politieke discussie over hoeveel medicijnen mogen kosten per gewonnen levensjaar is ook beladen, maar wordt wél gevoerd.’ En het SWOV, het wetenschappelijk instituut voor verkeersveiligheidsonderzoek, heeft berekend dat elke verkeersdode de maatschappij 2,8 miljoen euro kost.

Het CPB, dat bij uitstek de taak heeft de financieel-economische effecten van politiek beleid door te rekenen, heeft het onderwerp ‘kosten van immigratie’ sinds dat ene onderzoek uit 2003 niet meer aangeroerd. Een CPB-woordvoerder kan geen antwoord geven op de vraag waarom niet. ‘We willen dit thema binnenkort wel weer oppakken.’ De afgelopen zeventien jaar heeft het CPB wel diverse onderzoeken naar de kosten van vergrijzing gepubliceerd, kosten die volgens Van de Beek lager zijn – dus minder grote gevolgen hebben – dan die van immigratie.

Belastingen

De hoge kosten van immigratie zijn democratisch gezien relevant, omdat die om politieke afwegingen vragen. Volgens dit nieuwe onderzoek zullen de jaarlijkse kosten van immigranten en hun nazaten op lange termijn stijgen naar 50 miljard euro per jaar. Dat is ongeveer 15 procent van de huidige rijksbegroting. Immigratie gaat dan steeds meer ten koste van andere publieke uitgaven, tenzij de overheid de belastingen fors verhoogt, zegt Van de Beek. ‘Om de verzorgingsstaat betaalbaar te houden, moet die dan steeds verder versoberd worden. Uitkeringen moeten omlaag en de eigen bijdrage aan de gezondheidszorg omhoog. Dan worden we uiteindelijk een soort Verenigde Staten, een land met heel magere sociale voorzieningen.’

Deze zorg leeft niet alleen in (zeer) rechtse hoek. De PvdA’ers Paul Scheffer en Coen Teulings (econoom en oud-CPB-directeur) hebben in het verleden ook voor de negatieve gevolgen van aanhoudend hoge immigratie gewaarschuwd. Teulings schreef in 1998: ‘Nederland moet zich beschermen tegen een ongelimiteerde instroom van immigranten, omdat ons land een hoog ontwikkelde verzorgingsstaat in stand houdt. Zo’n sociaal-economisch stelsel vereist uitsluiting van buitenstaanders.’

De Volkskrant heeft de asiel- en integratiewoordvoerders van VVD, CDA, D66, ChristenUnie, GroenLinks, PvdA en SP woensdag om hun reactie op het onderzoeksrapport gevraagd. Alleen Bente Becker (VVD) en Bram van Ojik (GroenLinks) reageerden. Becker appt: ‘Dit onderzoek laat zien wat we al wisten; dat migratie veel vraagt van onze samenleving. Het onderstreept de noodzaak de vluchtelingenstromen in te perken en de integratie van nieuwkomers te bevorderen.’

Vluchtelingenverdragen

Van Ojik bestrijdt niet dat immigranten de schatkist gemiddeld meer geld kosten dan ze opleveren, maar vindt dat het migratievraagstuk niet vanuit economisch perspectief bekeken moet worden. ‘Ik vind het een nutteloos onderzoek, want dit is in de eerste plaats een morele kwestie. We moeten ons gewoon aan internationale vluchtelingenverdragen houden.’

De bekende migratiedeskundige Leo Lucassen, die vaak geciteerd wordt door voorstanders van een ruimhartig immigratiebeleid, verwijst in een reactie op Twitter naar een artikel dat hij 2016 aan het onderwerp wijdde. Daarin erkent hij dat immigranten de samenleving per saldo geld kosten. Lucassen vindt daarom dat de overheid zich meer moet inspannen voor snelle integratie van nieuwkomers.