Direct naar artikelinhoud
Column

Ik ben bang dat een dikke en ongezonde samenleving het nieuwe normaal wordt

Zittend in mijn woonkamer met in mijn handen een glaasje fris, krijg ik heimwee naar de zomers waarin ik in voorgaande jaren met mijn kleurrijke buren onbekommerd het glas hief en gezellig een praatje maakte. Onze spelende kinderen vormden een prachtige regenboognatie met elkaar. Met rugdekking van de zon, voelden we ons vrij om de deuren voor elkaar te openen. En onder het genot van onze drankjes te keuvelen over het leven.

Ik voel me melancholisch en neem een slokje. Het is lente, en dat op 20 februari, vier weken eerder dan de astronomische lente van 20 maart. En al kan er dan technisch nog niet gesproken worden van lente, zo voelt het wel. De voorspellingen zijn dat het warme weer de komende weken aanhoudt waardoor de krokussen, tulpen en narcissen snel tot bloei komen. En dat verwacht de natuur ook van ons mensen. Dat we groeien en bloeien.

Ik kijk uit het raam naar buiten en hoop stiekem dat mijn buren ook naar buiten komen. Sommigen heb ik al maanden niet gezien. Bij een van mijn buurmannen, die sowieso al een teruggetrokken bestaan leidt, lijkt deze coronatijd er meer in te hakken dan de rest. Zo nu en dan doorbrak ik zijn isolement door bij hem langs te gaan voor een praatje. Hij vertelde mij dat ik de enige ben die hem vraagt hoe het met hem gaat. Normaal gesproken zou hij met dit weer de auto wassen.

Uitbundige vrolijkheid

Ik doe mijn balkondeur wijd open om te kijken of hij daar staat. Net op dat moment loopt mijn buurvrouw in een lange, wijde bloemetjesjurk langs. Met een geforceerde brede glimlach zwaai ik naar haar. Ze zwaait halfslachtig terug, maar ik mis haar uitbundige vrolijkheid bij het gebaar. Haar energie is anders, alsof ze aan het slaapwandelen is. De coronapandemie, de lockdown en de avondklok lijken bij haar hun tol te eisen. En ik weet dat zij niet de enige is. Zonder twijfel komen we als natie zieker uit de pandemie dan we erin stapten.

Uiteraard is corona een heftig virus met heftige impact en soms zelfs een dodelijke afloop. Tegelijkertijd brengen de coronamaatregelen ook ernstige schade toe aan de sociale volksgezondheid. Het is lastig voor de overheid en de wetenschap om te kiezen in dit dilemma. De overheid waarvan verwacht wordt dat zij het gezond verstand blijft gebruiken ten aanzien van de gehele bevolking, verliest het van de wetenschap die doden wil voorkomen.

Kop of munt, dood gaan we allemaal. Dat is een feit! Maar alsjeblieft beste overheid, laat ons ook leven! Veel van de coronamaatregelen onderbouwd en gesteund door de wetenschap zijn in orde, maar er zijn er ook een aantal die ik (en velen met mij) totaal overbodig vind. Het sluiten van de sportscholen vind ik het minst slimme besluit dat is genomen. Met deze maatregel maak je burgers niet gezonder, eerder zwakker. Want deze maatregel leidt niet alleen tot lichamelijke maar ook tot psychische klachten. 

Een dikke en ongezonde samenleving

Je hoeft geen wetenschapper te zijn om te constateren dat het ophopen van vet rond je middel gevaarlijk is. En in een jaar tijd hebben zich enige coronavetrolletjes rondom mijn middel opgehoopt die mijn ooit solide sixpack tot een onepack hebben gemaakt. Natuurlijk baal ik hier enorm van. Maar ik weet dat ik niet de enige ben. Velen van ons bewegen minder en als we zo doorgaan, worden we een dikke en ongezonde samenleving. Mijn angst is dat dit uitgangspunt straks het nieuwe normaal wordt. Kom in beweging.

Babah Tarawally is schrijver, columnist en programmamaker. Voor Trouw schrijft hij om de week over (verborgen) discriminatie en racisme, maar vooral over manieren om elkaar op dit thema te kunnen verstaan. Lees ze hier terug.