Het zal je als wielerkoers gebeuren. Je officiële status is niet heel groot, maar je bent zo gaaf dat de toppers in het metier allemaal staan te trappelen om mee te doen, om op je erelijst te komen, om je te winnen. Dat overkwam de Strade Bianche, de Italiaanse gravelkoers met start en finish in Siena. Zaterdag is het weer tijd voor die koers.

De Strade Bianche speelt zich af op de gravelwegen van Toscane en kent een heel specifieke identiteit, die menig professional inspireert. Toppers als Fabian Cancellara en Peter Sagan staan aan de basis van de populariteit van de koers. De wedstrijd vervult een behoefte aan avontuur die niet alleen de profs aantrekt. Ook gewone fietsers willen ontdekken hoe het is om op die gravelwegen te racen.

Strade BiancheRuim tien jaar geleden kwamen we bij Fiets voor het eerst in aanraking met het fenomeen gravel, toen nog een term waarbij de meeste fietsers vooral aan tennis dachten. De fietsindustrie was in die tijd niet bezig met deze ondergrond als basis voor een fietstocht. Als er al door fietsers ‘gegraveld’ werd, gebeurde dat hoogstwaarschijnlijk op een cyclocrosser of op een doodgewone racer.

Tijd van toen
Het was in die periode dat we iets lazen over L’Eroica. Een georganiseerde fietstocht door Toscane over oude, niet geasfalteerde, witte grindwegen. Om deel te mogen nemen aan L’Eroica moest je aan een aantal voorwaarden voldoen. Je fiets mocht bijvoorbeeld niet zijn gebouwd na 1987. Ook werd (en wordt) het door de organisatie en de deelnemers bijzonder gewaardeerd als je koerspakje en andere accessoires de tijd van toen uitstraalden. En dus rijden er nu mannen en vrouwen mee in retro merinowollen koerstruien, met buitenbanden om de schouders gevouwen en met lederen helmpjes inclusief fietsbrillen die meer weghebben van een oversized Speedo-zwembrilletje.

Natuurlijk heeft niet iedereen zo’n oude, enigszins werkende koersfiets in de schuur staan. Laat staan dat je zin hebt om je in de mottige, halfvergane koerstrui van je opa te hijsen. Maar de gravelpaden in Toscane en het decor van de historische stad Siena hebben een aantrekkingskracht die niet te weerstaan is. Dat de nog jonge wielerklassieker Strade Bianche, in navolging van Noord-Europese soortgenoten, in hetzelfde weekend als de wedstrijd ook een cyclosportieve toertocht ging organiseren, was een schot in de roos. De vierde editie alweer vindt plaats op zondag 10 maart 2019.

Lyrisch
Gelegenheidsverkenner Daniël Bentveld ging in maart dit jaar poolshoogte nemen en kwam lyrisch terug. Zijn conclusie: deze ervaring moet iedereen die van fietsen houdt een keer hebben meegemaakt. Het begon op zaterdag met de profwedstrijd voor de mannen en de vrouwen. Twee dagen voor de koers postte tweevoudig winnaar Michal Kwiatkowski op Instagram een foto van zijn verkenningstocht van het parcours. De witte wegen van Toscane waren dit jaar wit van de sneeuw. Dit natuurverschijnsel was zo ongebruikelijk voor deze streek dat het zelfs de Italiaanse kranten en het nieuws op tv haalde. Maar de dooi was ingezet en op zaterdag was het hele parcours vrij van sneeuw. De vrouwen gingen als eerste van start en dat leverde naast heel mooie plaatjes ook een keiharde koers op, met een Nederlandse winnares. Anna van der Breggen was afgetekend de beste en kwam solo over de finish op het Piazza del Campo in hartje Siena. Bij de mannen soleerde Tiesj Benoot naar de zege. De renners zagen eruit als beesten toen ze na de finish door de verzorgers werden opgevangen.

Strade Bianche

Uniek moment
Op zondag rijden de cyclotoeristen exact dezelfde route als de vrouwen de dag ervoor. Het parcours van een kleine 140 kilometer met grofweg 2.200 hoogtemeters en ruim 30 kilometer aan gravelstroken lijkt op papier redelijk te doen. Maar schijn bedriegt. De acht gravelstroken in combinatie met de steile hellingen hakken er behoorlijk in. De stroken verschillen in lengte van 800 meter tot bijna 12 kilometer en worden net als in Parijs-Roubaix gecategoriseerd met sterren. Tijdens de tocht ben je die gravelstroken dan toch aan het aftellen. Op z’n Italiaans hebben ze het lekkerste voor het laatst bewaard. Bij het binnenrijden van het historische centrum van Siena krijg je nog een gemene klim voor je kiezen om het laatste beetje jus uit je benen te persen. De Via Santa Caterina is een middeleeuws straatje met een maximale stijging van 16 procent. Hier kreeg Wout Van Aert het een paar jaar geleden even moeilijk en hij ‘stapte’ op nogal onconventionele wijze van zijn fiets. Vorig jaar stapte hij even later van zijn fiets, maar dan als winnaar van Strade Bianche 2020. De finish op het beeldschone Piazza del Campo is ten slotte een uniek moment dat voor altijd in je geheugen zal worden gegrift.

Hoewel de profs zaterdag in actie komen, is de toerversie verplaatst naar september. Bekijk hier meer informatie.

Strade Bianche

Strade Bianche 2018