Direct naar artikelinhoud
Achtergrond

Alles over vaccineren: waar een wil is, is nog geen prik

Engeland zegt volgende week de eerste coronaprikken te zetten. Duitsland timmert aan vaccinatiecentra. In Nederland? Daar wordt minister Hugo de Jonge (Volksgezondheid) van alle kanten weersproken als hij zegt dat we ‘als het meezit’ op 4 januari beginnen.

Aan 112 tafeltjes in de Europahal van de RAI vaccineerde de GGD in 2009 tegen de Mexicaanse griep.Beeld Paul van Riel/HH

Belooft De Jonge weer iets dat hij niet kan waarmaken?

“Alles is erop gericht om afspraken te maken met uitvoerende partijen om in de eerste week van januari tot vaccinatie over te kunnen gaan,” zei de minister van Volksgezondheid dinsdag. Die ‘uitvoerende partijen’ – specialisten ouderengeneeskunde, huisartsen, bedrijfsartsen – achten die datum niet of nauwelijks haalbaar. Het vaccin van Pfizer/BioNTech, dat naar verwachting als eerste in ons land beschikbaar komt, heeft vanwege een bewaartemperatuur van -70 graden Celsius een gebruiksaanwijzing die van menig huisarts te veel vraagt.

Het zou niet voor het eerst zijn dat De Jonge een gedane belofte niet kan nakomen. Bij het testbeleid, de ophoging van de ic-capaciteit en de ontwikkeling van een corona-app ging het niet anders. Blufpoker helpt soms om logge besluitprocessen te versnellen, maar verliezen bij het bluffen tast het vertrouwen in de overheid aan.

Wat De Jonge ditmaal kan tegenwerken, zijn problemen bij de levering van vaccins. Door vertraging in de toeleveringsketen van essentiële bestanddelen kunnen voor het einde van het jaar niet 100 miljoen, maar ‘slechts’ 50 miljoen doses van het Pfizer/BioNTech-vaccin worden geleverd, aldus de Wall Street Journal van donderdag.

“We hebben contact gezocht met de Nederlandse en Europese tak van Pfizer,” zegt een voorlichter van het ministerie van VWS. “Zij konden het bericht niet plaatsen. Daarom gaan we vooralsnog uit van de geplande levering voor Nederland: 1 miljoen doses voor het einde van het jaar, 1,6 miljoen doses in het eerste kwartaal van 2021.”

Een vaccinatie bestaat uit twee doses, dus die 2,6 miljoen doses zijn voor 1,3 miljoen mensen.

Als het Pfizervaccin er op tijd is, waarom zou 4 januari dan niet haalbaar zijn?

“Het is lastig een vaccinatieprogramma voor te bereiden als je belangrijke informatie mist,” zegt Jaap van Delden, sinds oktober programmadirecteur vaccinatie Covid-19 bij het RIVM. Minister De Jonge is de baas van het vaccinatieprogramma, zegt Van Delden, maar de coördinatie ligt bij het RIVM, dat zich ondanks de onzekerheden ook richt op de week van 4 januari.

Allereerst is onduidelijk of de Europese Registratieautoriteit EMA het vaccin van Pfizer/BioNTech goedkeurt. Uiterlijk 29 december valt de beslissing. “Als het wordt goedgekeurd, weten we niet precies wanneer het bij ons in de vriezer ligt,” zegt Van Delden. Daarom zijn nu nog geen concrete afspraken te maken.

Wat is wel al afgesproken?

Dat kwetsbare zestigplussers als eerste aan de beurt zijn. Maar die groep is met 4,4 miljoen mensen te groot voor de eerste levering vaccins. Daarom is binnen de zestigplussers een scherpere onderverdeling gemaakt: verpleeghuis­bewoners en hun verzorgers gaan voor. Daarna volgen zestigplussers met een ziekte, beginnend met de oudste leeftijdsgroepen. Dan komen zestigplussers zonder ziekte, waarbij ouderen die al Covid-19 hebben gehad vanwege de kans op herinfectie ook in aanmerking komen. Vervolgens mensen onder de 60 met een ziekte, zorgmedewerkers, enzovoorts.

En hoe zit het met een vaccin voor gezonde mensen onder de vijftig?

Die zijn vermoedelijk pas in de zomer aan de beurt, omdat er nog niet voor iedereen genoeg vaccins zijn. De vraag is veel groter dan het aanbod; de hele wereld zit erom te springen.

“Als de eerste groepen Nederlanders dit voorjaar zijn ingeënt, kan worden bekeken of een geleidelijke versoepeling van de coronamaatregelen mogelijk is,” zegt hoogleraar virologie en OMT-lid Menno de Jong (Amsterdam UMC). “Door gegroeide immuniteit onder de kwets­bare bevolking neemt de druk op de zieken­huizen immers af. Voordat er wordt versoepeld, moeten de effecten eerst goed worden door­gerekend.”

Zijn de afspraken over de vaccinatievolgorde bindend?

Nee. Als het vaccin niet effectief genoeg blijkt bij de kwetsbaarste groepen, komt er een andere strategie. De EMA komt nog met een uitspraak over de effectiviteit per leeftijdsgroep.

“Meestal zijn vaccins minder effectief bij de groepen die ze hardst nodig hebben,” zegt viroloog De Jong. “Het immuunsysteem werkt wat minder goed bij sommige onderliggende aandoeningen of een hoge leeftijd, waardoor de respons op het vaccin ook wat minder is.”

Als de effectiviteit van het vaccin bij de zwakke groepen erg tegenvalt, vraagt de regering waarschijnlijk opnieuw advies aan de Gezondheidsraad over de vaccinatieroute.

Zijn er nog meer problemen die een vliegende start kunnen verhinderen?

Ja. Er moet een centraal register komen waarin staat wie, wanneer welk vaccin heeft gehad. Nederland heeft zes kandidaat-vaccins besteld. Als met een bepaalde levering achteraf iets mis blijkt, moet de overheid weten wie gewaarschuwd moet worden. Ook voor de monitoring van bijwerkingen is zo’n register essentieel. Alleen: het optuigen ervan is in technische zin een hels karwei. Daar komt bij dat ingeënte mensen mogen weigeren hun gegevens te delen met het RIVM.

Zijn andere landen sneller met hun vaccinatieprogramma’s?

Het Verenigd Koninkrijk wel, omdat het vanwege de brexit niet meedoet met de EMA-registratieprocedure. De Britten weerspreken kritiek van de EMA dat ze alleen zo snel kunnen zijn doordat ze minder veiligheidscontroles uitvoeren.

Vanwege de schaarste van het Pfizer/BioNTechvaccin spelen voor premier Johnson bij de verstrekking dezelfde problemen als in Nederland. In andere Europese landen is dat net zo, al heeft Duitsland mogelijk de beschikking over meer vaccins. BioNTech is een Duits bedrijf en ontving 375 miljoen euro aan staatssteun. Nederland is aangewezen op de verdeelsleutel van de Europese Unie.